Showing posts with label twee-eenheid. Show all posts
Showing posts with label twee-eenheid. Show all posts

Monday, 29 July 2019

De wereld van onbijbelse leer #1

Heden leven wij in wat wij een wereld van onbijbelse leer kunnen noemen. De onbijbelse leerstellingen vieren hoogtij. Maar wij moeten niet denken dat de onbijbelse leer iets nieuws van deze eeuw is. In de middeleeuwen zorgde de Rooms Katholieke Kerk dat de onbijbelse leer aan iedereen werd opgedrongen als een aan te nemen (dogmatiek) Kerkelijke leer.
die Rooms Katholieke Kerk is de grote verantwoordelijke voor de zeer grote verdeling in het Christendom welke wij heden kunnen aantreffen in deze wereld.

Die Kerk die zich opdrong als de enige ware kerk, heeft het verloop van onze menselijke geschiedenis, met name in de westerse wereld, in belangrijke mate mede bepaald. Vanaf de invoering van het leenstelsel in de vroege middeleeuwen tot aan de napoleontische tijd deden de leiders van die Rooms Katholieke instellingen er alles aan om naast kerkelijke macht ook hun wereldse als politieke macht te laten gelden.

Al tamelijk vroeg in de geschiedenis van de Christenheid kwamen er leraren met valse leerstellingen die hun leerstof doordrongen met de antieke (Griekse en Romeinse) filosofieën. De geschiedenis van die Griekse filosofie bepaalde een groot deel ook de geschiedenis van de onbijbelse leer. zo kwamen verscheidene kerkleiders er toe om zich voor te stellen als monotheïstische christenen maar echter met een zichtbare uitzondering van andere volgers van de Nazareense Joodse leermeester Jeshua (Jezus Christus) dat zij in tegenstelling van hen geen andere god wilden aanbidden dan Jezus de Zoon en God de Vader.eerst was er dus een Duo-godheid, maar al snel trad er een Drie-godheid op waarbij de Drie-eenheidsleer uiteindelijk het won. Tijdens het concilie van Nicea (325) werd de Bijbelse leer van een Enige God die buiten Christus Jezus stond verworpen. Er werd verklaard dat de mensenzoon Jeshua voortaan Issou (of Heil Zeus) zou noemen en aldus deze Christus de nieuwe naam "Jesus" of "Jezus" één in wezen moest genomen worden met de Vader wat men zou beschouwen als de "homo-oesios", en niet zoals de Alexandrijn Arius had gemeend als eerste der schepselen op de Vader geleek (= "homoi-oesios"), doch wezenlijk ondergeschikt bleef aan hem.

Tijdens het Eerste Concilie van Constantinopel (381) werd door de verzamelde bisschoppen de plaats van de heilige Geest in de triniteit nader bepaald. De Geest kwam volgens de concilievaders voort uit God de Vader en moest samen met Christus de Zoon als (een van de personen van) God worden aanbeden en verheerlijkt. Dit strookte helemaal niet met wat Jezus aan de mensen leerde noch wat de apostelen verder aan de nieuwe volgelingen aanleerden.

Maar doorheen de eeuwen werd die onbijbelse leer aanschouwd als de basis van het Christendom, waarbij de meederheid van gelovigen dat credo van Nicea als hun geloofsbelijdenis gingen aanschouwen.
De geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel wordt tot op de dag van vandaag door zowel katholieke, alsook orthodoxe en reformatorische christenen onderschreven.

Erg genoeg kreeg een figuur die zich eerst nogal losbandig had gedragen en zich enige tijd bijzonder aangetrokken had gevoeld tot het manicheïsme, een stroming die een dualistische visie op goed en kwaad had – na zijn bekering tot het christendom een zeer grote invloed door de vele geschriften die hij bracht. Hij werd bisschop van de Kerk van Hippo Regius en kon als Augustinus (354–430) de leer van Plato en de neoplatonist Plotinus met steun van paus Innocentius I verder doen verspreiden.

De kerkleiders zorgden er ook voor dat de gewone bevolking de teksten van de Heilige Geschriften niet kenden, zodat zij hun kerkelijke leer als de enige ware leer konden inprenten in de hoofden van de bevolking. Er wie er aan twijfelde of niet mee akkoord ging moest het vergelden.

Paus Gregorius I, bijgenaamd 'Gregorius de Grote' (540-604), had een goede manier gevonden om hun leer verder mondeling te doen verspreiden? Volgens hem konden prenten de geschiedenis van Jezus vertellen  Hij zag de functie van afbeeldingen in om de ongeletterde bevolking het evangelie te verkondigen. Een bekende uitspraak van hem is:
 Schilderingen kunnen wat de Schrift doet voor hen, die kunnen lezen voor ongeletterden hetzelfde uitrichten wat de Schrift doet voor hen, die kunnen lezen. 
Deze opvatting zou van een onschatbare betekenis zijn voor de kunstgeschiedenis.

Thursday, 27 November 2008

Hoe zullen de doden weer levend gemaakt worden?

Hoe zullen de doden weer levend gemaakt worden?

In de zondagochtend dienst van 30 november 2008 gaan wij dieper in op de toestand van de herrezenen bij de opstanding uit de doden.
Op de dag van het laatste oordeel zullen wij allemaal moeten verschijnen voor de troon van de rechter Jezus Christus om beoordeeld te worden. Dit zou dan kunnen betekenen dat nog zeer veel kan gebeuren met het lichaam voor Christus. Maar door God opgewekt geworden zou het ook kunnen zijn dat Hij ons dadelijk van het juiste lichaam heeft voorzien. De goedgekeurden hebben dan mogelijk een lichaam gekregen dat sterfelijkheid al of niet in zich draagt maar onbederfelijk is. Uit het stof zullen zij een lichaam krijgen dat in de eeuwigheid verder zal kunnen leven in een vorm waarbij al de goede eigenschappen en essentiële herkenningspunten van die persoon bewaard blijven. Zo zullen wij elkaar terug kunnen zien in het hiernamaals.
Wij zullen ingaan op de vraag: "Hoe worden de doden dan weer levend gemaakt? En wat voor lichaam hebben zij dan?"
In de Heilige Schrift zullen wij lezen dat elk vlees niet gelijk is. Er is verschil tussen het vlees van mensen, vee, vogels en vissen. Er zijn hemelse en aardse wezens; en de schoonheid van de hemelse is anders dan die van de aardse. Zon, maan en sterren hebben een verschillende helderheid; en ook de sterren onderling verschillen in lichtsterkte. Zo is het ook bij het levend worden van de doden. Het lichaam dat in de aarde wordt gelegd, zal vergaan. Maar het lichaam dat levend wordt gemaakt, kan niet vergaan zegt Paulus aan de Korinthiërs. Wat levend wordt gemaakt zal schitterend zijn en grote kracht hebben. Wat in de aarde werd gelegd, is een natuurlijk lichaam. Maar wat levend wordt, is een geestelijk lichaam. Want als er een natuurlijk lichaam is, moet er ook een geestelijk lichaam zijn. Er staat immers in de Boeken: "De eerste mens, Adam, kreeg een natuurlijk leven." Maar Christus, de laatste Adam, geeft geestelijk leven. Het natuurlijke lichaam komt eerst en daarna pas het geestelijke. Adam, de eerste mens, werd uit stof van de aarde gemaakt. Christus, de tweede mens, kwam uit de hemel. Alle mensen stammen af van Adam en hebben dus een aards lichaam, net als hij. Maar de mensen die uit Christus voortkomen, zullen een hemels lichaam krijgen, net als Hij. Maar na de verrijzenis kwam Jezus weer op de aarde en konden de apostelen zijn vlees en zijn beenderen voelen. Dus, zoals wij op de aardse Adam lijken, zullen wij ook op de hemelse Christus lijken.
Wij, als gelovigen, zullen niet allemaal sterven, maar wel allemaal in een oogwenk een nieuw lichaam krijgen op het moment dat de laatste trompet schalt. Ja, er zal het machtig geluid van een trompet te horen zijn; en dan zullen de doden voor altijd levend worden gemaakt en wijzelf zullen een nieuw lichaam krijgen. Ons vergankelijke, sterfelijke lichaam zal verwisseld worden voor een onvergankelijk, onsterfelijk lichaam. De oude menselijke natuur en het denken zullen grondig vernieuwd worden en wij zullen op staan als een heel nieuw men, die alleen voor God leeft, zuiver en goed. Wanneer dat gebeurt, wordt werkelijkheid wat in de Boeken staat: "De dood is opgeslokt in Gods grote overwinning." ” (1 Korinthiërs 15:35-54, Efeziërs 4:20-24)
Dan kunnen wij ons dus afvragen of de rechtvaardigen dadelijk hun onsterfelijk of een onbederfelijk lichaam krijgen. Kunnen zij ook nog een oordeel krijgen als zij voor de Rechterhand van God verschijnen? Want vinden wij in de Schrift plaatsen waar wordt vermeld dat diegenen die spijt betuigen over hun fouten vergiffenis hebben gekregen. En eens de schulden kwijt gescholden zullen zij niet meer in aanmerking worden genomen.
“Geen van zijn vroegere zonden zal hem worden aangerekend, want hij heeft zich bekeerd tot het goede en zal in leven blijven.” (Ezekiël 33:16 BOEK)
De onrechtvaardigen zullen geen goede daden in hun voordeel hebben en zullen vernietigd worden.
“Wanneer de Mensenzoon komt in zijn heerlijkheid en vergezeld van alle engelen, dan zal Hij plaats nemen op zijn troon van glorie. Alle volken zullen voor Hem bijeengebracht worden en Hij zal ze in twee groepen scheiden, zoals de herder een scheiding maakt tussen schapen en bokken. De schapen zal Hij plaatsen aan zijn rechterhand, maar de bokken aan zijn linker. Dan zal de Koning tot die aan zijn rechterhand zeggen: Komt, gezegenden van mijn Vader, en ontvangt het Rijk dat voor u gereed is vanaf de grondvesting der wereld. Want Ik had honger en gij hebt Mij te eten gegeven. Ik had dorst en gij hebt Mij te drinken gegeven. Ik was vreemdeling en gij hebt Mij opgenomen, Ik was naakt en gij hebt Mij gekleed, Ik was ziek en gij hebt Mij bezocht, Ik was in de gevangenis en gij hebt Mij bezocht. Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden en zeggen: Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien en U te eten gegeven, of dorstig en U te drinken gegeven? En wanneer zagen wij U als vreemdeling en hebben U opgenomen, of naakt en hebben U gekleed? En wanneer zagen we U ziek of in de gevangenis en zijn U komen bezoeken? De Koning zal hun ten antwoord geven: Voorwaar, Ik zeg u: al wat gij gedaan hebt voor een dezer geringsten van mijn broeders hebt gij voor Mij gedaan. En tot die aan zijn linkerhand zal Hij dan zeggen: Gaat weg van Mij, vervloekten, in het eeuwig vuur dat bereid is voor de duivel en zijn trawanten. Want Ik had honger en gij hebt Mij niet te eten gegeven. Ik had dorst en gij hebt Mij niet te drinken gegeven; Ik was een vreemdeling en gij hebt Mij niet opgenomen, naakt en gij hebt Mij niet gekleed; Ik was ziek en in de gevangenis en gij zijt Mij niet komen bezoeken. Dan zullen ook zij antwoorden en zeggen: Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien of dorstig als vreemdeling of naakt of ziek of in de gevangenis, en hebben wij niet voor U gezorgd? Daarop zal Hij hun antwoorden: Voorwaar, Ik zeg u: al wat gij niet voor een van deze geringsten hebt gedaan, hebt gij ook voor Mij niet gedaan. En dezen zullen heengaan naar de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen naar het eeuwige leven.’” (Mattheus 25:31-46 WV78)
Diegenen die de goede daden verricht hebben zullen over gaan tot eeuwig leven. Daar kan men dan ook de vraag bij stellen of niet gelovigen of anders denkenden (mensen van verschillende denominaties) hierbij kans maken om gered te worden. Zou het zo niet kunnen zijn dat trinitariërs voor de stoel dan hun keuze zullen moeten maken als zij horen dat er slecht een unitaristische God is, of andersom zullen niet-trinitariërs moeten aanvaarden dat God dan wel een drie-eenheid of slechts een twee-eenheid is. Op de dag van het laatste oordeel gaan wij te horen krijgen hoe de vork juist in de steel zat. En zal dan niet iedereen alsnog de keuze krijgen om voor de Ware God te kiezen en verder beoordeelt worden op de daden die hij of zij verricht heeft in het leven?
“Want allen moeten wij voor Christus’ rechterstoel verschijnen, opdat ieder het loon ontvangt voor wat hij in dit leven heeft gedaan, goed of kwaad.” (2 Korinthiërs 5:10 WV78)
“Toen zag ik een grote, witte troon, en Hem die daarop gezeten is. De aarde en de hemel vluchtten weg van zijn aanschijn en hun plaats werd niet meer gevonden. En ik kon de doden, groot en klein, voor de troon zien staan. En de boeken werden geopend. Nog een ander boek werd geopend, het boek des levens. En de doden werden geoordeeld naar hun daden, zoals die in de boeken beschreven stonden. En de zee gaf haar doden terug, en de dood en de onderwereld gaven hun doden terug, en zij werden geoordeeld, een ieder naar zijn daden. Toen werden dood en onderwereld in de vuurpoel geworpen. Dit is de tweede dood, de poel van vuur. En ieder wiens naam niet stond in het boek des levens, werd geworpen in de poel van vuur.” (Openbaring 20:11-15 WV78)