Showing posts with label maria. Show all posts
Showing posts with label maria. Show all posts

Monday, 28 November 2011

Virgin Mary’s girdle

A chunk of the Virgin Mary’s girdle, made of camel hair and preserved for centuries since its owner headed heavenwards according a lot of Christians. For several Christians it is a holy relic, which is now on tour in Russia and drawing crowds of Orthodox believers on a scale that makes U2 concerts look under-populated

The belt is usually kept in a monastery on Mount Athos, Greece, but has been toted round a series of Russian cities over the past few weeks, ending up in Moscow’s Cathedral of Christ the Saviour – the vast white and gold post-USSR replacement for an Orthodox cathedral razed under Stalin. Pilgrims are flooding in to kiss the relic, which is believed to have special powers to treat infertility and promote health.

For the Orthodox Church, already enjoying a resurgence and snowballing membership since the USSR fell apart, the public display of faith is an apparent triumph: devotion doesn’t come much plainer than this. Not everyone agrees, though: even among the faithful, the extremity of the response (at least half a million people have turned out in Moscow alone, and another two million elsewhere in Russia) smacks a touch too much of superstition, of a kind of mass hysteria.

Read the whole story:
  1. Belt up! – the Virgin Mary comes to Moscow

  2. Belt up part II – how the Virgin Mary won Russia’s elections


Wednesday, 2 November 2011

Zeus een heerser van hemel en aarde

In de oudheid nam men aan dat het geheel der dingen wel oest geschapen zijn door een speciaal wezen. Al de geneugten die men kon verkrijgen door al het geen men kon bewonderen en verorberen. Maar als er iemand zo machtig kon zijn om dat alles te doen ontstaan kon hij dat ook doen reageren en werken: de aarde kon werken maar ook de lichten en de wateren konden werken. donder en bliksem waren de sprekende krachten van die god.

Zeus--greek-mythology-687267_1024_768 Het flitsende licht maakte dat hij kon waargenomen worden en daarvoor werd de bliksemschicht de symbolische voorstelling van deze god die als heerser van hemel en aarde, vader van de goden en van de mensen mocht zijn. Met de bliksemschicht kon hij de stralende zijn (Indo-Europees *Djev = stralende, verwant met Latijn dies = dag) duidend op een verwantschap met de verering van het heldere uitspansel. Zeus (Oudgrieks: Ζεύς, genitivus Διός of Ζηνος) is een figuur uit de Griekse mythologie welke voor de Romeinen dezelfde god was als Jupiter of Iupiter en als meest wezenlijke functie die van hemelgod had.Hij heerste vanaf de berg Olympus in Thessalië. De Germaanse volkeren vereenzelvigden hem met Wodan en de Scandinavische volken met Odin.

Iemand die zo veel macht had dat hij alles kon doen ontstaan moest wel inventief en avontuurlijk zijn. en mits de vrouwmens kinderen ter wereld kon brengen moest dat wezen wel mogelijks verbonden kunnen zijn of verleid kunnen worden door die machtige god.
Door zijn grote behoefte aan avontuur en speelsheid kreeg hij ontelbaar veel kinderen bij godinnen en aardse vrouwen. Velen werden door Hera gestraft. Er zijn ook verhalen die aantonen dat Zeus ook van mannen kon houden, zo werd deze koning in het vreemdgaan verliefd op de koninklijke Trojaan Ganymedes. Zeus was zo dol op deze jongen dat hij hem tot zijn wijnschenker maken (dan voel je je belangrijk), zo kreeg Zeus zijn Nectar aangeboden door Ganymedes. Zijn belangrijkste avonturen vonden plaats met: Maia (Hermes), Semele (Dionysos), Leto (Apollo en Artemis), Themis (de Moerae, dit waren schikgodinnen, en de Horen, dit waren de godinnen van de jaargetijden) en bij Mnemosyne verwekte Zeus de Muzen.

Vreemd is dat hij als heerser van hemel en aarde dan toch nog een zoon van Kronos (Lat. Saturnus) en Rheia, twee van de twaalf Titanen, de machtige zonen en dochters van Ouranos, de hemelgod kon zijn. Kronos was de opvolger van Ouranos. Zeus was als enige zoon ontsnapt aan Kronos' vraatzucht, die was opgewekt door een orakel dat voorspelde dat een van zijn zonen hem eens van de troon zou stoten. Om dit te voorkomen verzwolg hij al zijn kinderen. Maar de verdrietige Rheia wist de geboorte van Zeus geheim te houden en zij verborg hem in een verafgelegen, donkere grot op Kreta waar hij werd opgevoed door de nimfen. Daar dronk hij melk van de geit Amaltheia en brachten de bijen hem honing. Adriasteia en Ida, dochters van Melisseus, verzorgden hem. Ook de priesters van die streek, de Koureten, hielpen mee de jonge god te beschermen. Ze bewaakten de grot en als hij huilde sloegen ze hard op hun wapenrusting, zodat Kronos het niet zou horen.

Al vroeg, wellicht reeds in de Myceense tijd (ca. 1600 tot ca. 1100 v.Chr.), werd hij de centrale figuur van het Griekse pantheon en stelde hij de overige goden op de achtergrond. Naar het voorbeeld van hoofden van aanzienlijke geslachten op aarde stelde men Zeus voor als het hoofd van de godenfamilie.

Voor Europa zou hij aan de wieg liggen van onze contreien.

De beeldschone dochter was van Agenor en Telephasse, Europa ging op een dag met haar vriendinnen naar het strand van Sidona. zeus die alles gade sloeg vanuit de hemelen zag de beeldige minne en kreeg er zin in. In de gedaante van een tamme witte stier benaderde hij Europa en legde zich aan haar voeten. Toen Europa genoeg moed verzameld had om met de stier te spelen durfde zij zelfs op zijn rug te gaan zitten. Maar toen ze dat deed greep Zeus zijn kans schoon om zich op te richten en de zee in te rennen. Europa huilde en smeekte om terug te gaan, maar tevergeefs. Europa moest zichzelf goed vasthouden om niet te vallen. Zeus bracht haar naar Kreta, waar hij haar bij de bron van Gortyna (in de bosjes) beminde, vanaf dat moment zijn deze bomen groenblijvend, omdat ze de liefde van een god bedekte. Zeus en Europa kregen 3 kinderen: de legendarische Minos, de dappere Sarpedon en de rechtvaardige Radhamanthys. Er wordt gefluisterd dat Zeus de enorme robot Talus aan Europa gaf als geschenk.

Europa trouwde later met de koning van Kreta Asterion, die haar kinderen adopteerde, ook gaf hij het continent waar Griekenland en omliggende landen in liggen de naam Europa.

De stier steeg op naar de hemel en is sinds die dag een sterrenbeeld: de Stier.

Zeus is ook onafscheidelijk verbonden met Aphrodite die 'ontstond' toen Zeus de gonaden van Kronos in zee wierp.

Ook is er hier met deze god een vreemde verbintenis met een oermoeder Gaia van de Aarde (Oudgrieks: Γαῖα, Γαῖη of Γῆ) of Gaea (gelatiniseerd) in het Romeins Tellus of Terra. In dat licht paste Zeus of Ieus goed in het kader van diegenen die een gelijkenis met de Griekse en Romeinse goden wensten in het Christendom. As men Jeshua voor Ieus of Jesus ("Heil Zeus") nam kon zijn moeder Myriam als Maria ook moeder van god worden.Door tekens de naam Jesus of Jezus te zeggen kon men dan tegelijk Zeus vereren en alle heil toe brengen. Met zijn moeder als moeder van god en aardse moeder aan te nemen kon zij ook moeder aarde vertolken.

Voor hen die wilden vasthouden dat de aarde was ontstaan uit een zwart gat of uit chaos kwam Gaia als godin overeen. Zij is dan die oermoeder, de Aarde, die ontstond uit de Chaos aan het begin van de dingen. De Chaos bevatte alle basisbestanddelen, de vier elementen aarde, water, lucht en vuur. Daaruit ontstond onder anderen Gaea.

Zeus had enkele van Gaia, afgebeeld als een mollige vrouw, in de tweede grote oorlog om de hemelheerschappij, tussen Zeus en zijn tegenstanders, de monsterlijke Giganten.enkele kinderen gevangen genomen om te laten kwellen in Tartarus. De monsterlijke Giganten werden door Gaia opgeroepen om de kinderen te bevrijden. Hoewel de reuzen in hun woede hele bergen losrukten en op elkaar stapelden, won Zeus de strijd en werd hij voorgoed en onbetwist heerser van het heelal, als Opperste in de kring der goden.

Door Jeshua ook de rol van Zeus toe te dienen kon die nieuwe god ook heerser van het heelal worden.


Friday, 7 October 2011

Heil tot de gezondene van God of Zeus

Als wij er bewust van zijn dat Namen weldegelijk belangrijk zijn, kan men zich afvragen of wij daarom ook niet beter handboeken en studiemateriaal gebruiken met de juiste namen er in.
Betreft de Naam van God zijn velen het ermee eens dat wij daar best de Naam gebruiken zoals hij door het Volk van God werd gebruikt en zoals God hem openbaar gemaakt heeft. Maar voor de andere namen laat men het dikwijls in het ongewisse.

Men zou kunnen zeggen dat God natuurlijk begrijpt dat wij door onze verschillende spraken verwarring in de talen hebben gekregen en dat er met de vertalingen ook andere klanken en uitspraken zijn gekomen.

In Yahushua, Yehoshua, Yeshua, Jehoshua of Jeshua zagen wij dat er niet alleen spraak verwarring is omtrent de Naam van de Allerhoogste. Ook betreft zijn zoon zijn er pogingen gedaan om hem uit de belangstelling te krijgen. Men wenste een andere god voor het voetlicht brengen.Mits dat meerdere personen meer belang begonnen te hechten aan de Nazareen dan aan de gebruikelijke goden, inclusief de God der Joden (Jehovah), kon het machtsapparaat makkelijk de beleidsvoerders op het geloofvlak ompraten om de zoon van Kronos (Lat. Saturnus) en Rheia, twee van de twaalf Titanen, aan te nemen als God. Bij de heidenen was hij reeds oppergod, die heerste vanaf de berg Olympus, en werd algemeen in het rijk vereerd. Door de naam van de zoon van Jozef en Maria uit Nazareth, afkomstig van de stam van David, zijn naam יהשע (Jesjoea) Jeshua van Jahushua of "Jehovah redt" (Redding van Jehovah") te vervormen tot YaZeus (Je-Seus/Jezeus) of "Heil Zeus" in plaats van "Heil (tot diegenen die) van God (komt)".

Door de naamswijziging van diegene die zei zoon van God te zijn kon het licht schijnen op diegene die lichtflitsen in de hemel bracht door bliksems, de wolken verzamelde en uiteendreef; maar ook regen en sneeuwval veroorzaakte. Men slaagde er aldus in nog meer mensen de naam naar het Indo-Europees *Djev (= stralende, verwant met Latijn dies = dag) te laten gebruiken en aldus te laten verwijzen naar een verwantschap met de verering van het heldere uitspansel; Zeus’ meest wezenlijke functie is die van hemelgod.

De aanhangers van de Babylonische goden vonden daar vrede in als die populaire figuur ook verpersoonlijkt kon worden met hun twee gezichten god Baal (Heer). De God van de Hemel of Heer van de schepping kon dan opgenomen worden in die Joodse man die zich zoon van God noemde en daardoor ook god de zoon kon zijn. Jeshua werd Je-Zeus of Jezus/Jesus. De Romeinse leiders slaagden door hun wijsheid en handigheid er mooi in tot een aanvaardbaar compromis te komen en zo de gemoederen te bedaren.

De centrale figuur van het Griekse pantheon kon nu centrale figuur worden van vier verschillende godsdiensten (Oosterse Heidenen, Romeinen, Grieken en Christenen).

Zo werd Zeus niet slechts de bevestiger van de harmonie in de natuur, maar vooral ook van de maatschappelijke orde. Koningen en vorsten ontleenden hun macht aan Zeus en waren aan hem verantwoording schuldig. Zij konden hem vereren zonder iemand tegen de borst te stoten. Voor meerdere gemeenschappen kon hij voorgedragen worden als de raadgevende god, de beschermer van de volksvergadering en handhaver van de eed. Ook het gezin stond onder zijn hoede: als Zeus Herkeios (= Beschermer van de hof) had hij een altaar op de binnenplaats van de woning. Vooral gasten en vreemdelingen stonden onder zijn bescherming. Nu konden ook in de huizen van de zogenaamde volgelingen van Christus Jezus beelden in huis geplaatst worden met zijn beeltenis, om vereerd te worden als god. De stap om ook zijn moeder als godin te gaan vereren was niet ver af meer. Toch duurde het nog een tijdje voor de Maria verering echt op gang kwam. Maar als Jeshua die nu Jezus werd genoemd god was moest zijn moeder wel de Moeder van God zijn of kon Moeder Gods worden genoemd en zo de plaats innemen van oermoeder Gaia .

In de Indo-Europese talen zoals het Frygisch gaat het '-zios' element in de naam terug op Dyeus, de gemeenschappelijke voorloper van 'dios', 'deus' (god) en ook van de naam Zeus. Juist om die reden is het niet aangeraden om meer de tittel 'God' te gebruiken dan de Naam van God uit te spreken.

Rubens - El rapto de Europa
 Met de naamsverandering van de zoon van God kon de tamme (dan toch niet 'brullende")  stier ook Europa gaan veroveren, waar de volgelingen van Jezus verder naar toe trokken om mensen te bekeren.

De Meester in vermommingen kon nu ook bij de Christenen meester in alle hoedanigheden en onder allerlei vormen zijn. Van dan af kon die Jeshua nu als Jezus ook overal tegelijkertijd zijn.

Zeus kon ook van mannen houden en werd dan als man met meer vrouwelijke trekken afgebeeld en opgevoerd als een 'aphprodite' en gaf de mogelijkheid om god als een man-vrouw voor te stelllen. De Vrouw in de god kon verder uitgewerkt wordenen stemde overeen met het plaatje van de oermoeder Gaia, waar de Joden Jehovah als de oervader God aanschouwden. Zo kon Jezus dan ook oer-vader, "hij die aan de oorsprong lag" worden. Teksten als de alpha en de omega het begin en het einde werden zo omgevormd dat Jeshua, Jezus aan het begin en het einde van de schepping zou liggen. Men maakte het mogelijk om Jezus zoals de heidense god de (mede-)helper zijn van het ontstaan der dingen te laten zijn. Nochtans was die Jeshua recentelijk geboren en dus eigenlijk pas in wording gekomen.

De koning in het vreemdgaan werd verliefd op de koninklijke Trojaan Ganymedes. Zeus was zo dol op deze jongen dat hij hem tot zijn wijnschenker maakten (wat werd aanschouwd als een belangrijke functie), zo kreeg Zeus zijn Nectar aangeboden door Ganymedes. Dat Jeshua ook het wter in wijn veranderde en het dan als een meester Wijnschenker liet uitgieten voor de gasten, maakt ook hem to een goede verpersoonlijking van Zeus ook omdat Jeshua nog een stap verder ging, niet alleen door de wijn uit te schenken voor zijn volgelingen, maar dan ook nog eens te zeggen dat het zijn bloed was dat voor hen werd vergoten. Wat kon er beter zijn dan de mensen te doen te geloven dat zij werkelijk het bloed van de Oppergod Zeus konden drinken. Eten van bloed werd aanschouwd als de mogelijkheid om de kracht van het slachtoffer in zich op te nemen. Dit zou geven dat door het drinken van de wijn waarover de zegen van de oppergoed Zeus werd uitgesproken als zijnde zijn bloed, dat men dan ook de krachten van die oppergod tot zich kon nemen. De Rooms Katholieke Kerk ging hier op in en liet de mensen geloven dat zij werkelijk Jezus lichaam nuttigden en Jezus bloed opdronken. (Daarom mocht men niet bijten op de hostie want men zou Jezus kunnen pijn doen.) Door dat bloed van Jezus de god in zich te nemen zou men dan ook als Jezus kunnen worden. (Dat als Jeshua/Jezus worden staat echt in de Heilige Schrift en is ook effectief onze opdracht. Wij moeten als Jezus worden, maar dat betekent niet dat wij als God moeten worden of dat wij Jezus of God worden.)

Om in het kader van het drievoudig denken van superieure volmaaktheid te blijven kregen Zeus en Europa 3 kinderen: de legendarische Minos, de dappere Sarpedon en de rechtvaardige Radhamanthys. De stier steeg op naar de hemel en is sinds die dag een sterrenbeeld: de Stier. Zo ook was Jezus opgestaan en naar de hemel gestegen en werd het plaatje van de drie-eenheid ook volmaakt gebracht door de Kerk die aan de bewindsleden had toegegeven om zo de macht te kunnen blijven delen.

Zeus had zijn overwinning behaald. Ook de Romeinse bewindslieden hadden hun overwinning behaald en de vrede in het Rijk kunnen handhaven, en daar was het hen in de eerste plaats om te doen. De Kerk was in de val getrapt en heel de wereld volgde genoegzaam.

Wenst u nog steeds deze wereldse 'verkrachters van de waarheid' volgen?

Tuesday, 25 May 2010

Waarom gaf Jezus Maria aan Johannes

Een Australische zuster (Ruth Bartlett) vroeg zich af of er iemand ooit over gedacht had waarom, toen Jezus werd gekruisigd, hij zijn moeder onder de hoede van Johannes gaf, die vanaf die dag haar meenam in zijn eigen huis.
De Schrift geeft in Handelingen 1,14, dat Jezus broers zijn volgelingen waren na de opstanding en het is in de volksmond gedacht dat het boek van Jakobus werd geschreven door Jezus broer!  Waarom zou Jezus dan zijn moeder geven in de handen van Johannes?

Voor Christus' geest was er volgens JB een prachtige overweging die groter is dan onze gemeenschappelijke, aardse begrippen van gevoel voor de eigen ouder. Die prachtige overweging is genoemd Opstanding. Door elke nagel, door elke splinter, met elke slag, slaan, of zweepslag - bleef een lichtend, schitterend, licht. Opstanding!

Het maakte de geliefd Johannes dichter staan zoals een broer, en maakte hem 'welzijnscoördinator' van de 'Kerk aan de voet van de kruis', de enige Kerk in bestaan op dat donkere moment, de enige overal in de wereld. Alsook maakte het Johannes, een medelevende man, een voorbeeld van een die zowel zoon kon zijn als "leverancier" van de belangrijkste bepaling waar een familie nood aan had - die geestelijke dingen. Het maakte Joannes ook  een surrogaatzoon. Niet een die vervangt, maar een die is gezien als de Heer wist dat hij niet meer zou zijn. Dat ging veel moeilijker zijn voor zijn moeder dan voer een van ons die nooit de Christus heeft "gezien".

JB zegt ook dat het van Johannes ook een voorbeeld maakt waarvan een individu 'in Christus' altijd hoort te zijn. Een leverancier voor diegenen die houden van, en hun Heer eren en dienen.

Johannes die een "zoon" van Maria wordt en 'de broer' van de Heer lijkt als een eenvoudig proces, maar het is ook heel verwant naar dat waardoor wij de broer van de Heer worden.

Jezus "gebruikt" Maria, tegen haar heel eigen natuur, om een moeder te zijn wanneer zij (van nature) zonder een zoon zal komen. En ja, zij kan andere kinderen hebben gehad -, maar zo ja, de kwestie is enkel versterkt, dat het 'een broer van de Heer' vergt, geen zoon van het vlees, om de noden van de moeder voor de Heer te stelpen!

Maria die ook andere kinderen levend heeft gehad moest dan tegen over deze kinderen ook  zeggen dat voor haar bepaling zij deze man Johannes zoals haar zoon zouden moeten beschouwen.
Maria had andere kinderen om voor haar te zorgen maar werd verteld hun zorg ten gunste van deze man te negeren! Voor een moeder is dat inderdaad  een uitdaging. Misschien vereist dit meer tijd door middel van meditatie dan er voor dit moment kan worden toegestaan -, maar beschouw door het zo te doen de vroegere woorden van Christus ; "wie ook de wens van mijn Vader zal doen die in hemel is, is hetzelfde mijn broer en zus, en moeder".

En zo uitdagend dit is; daarin ligt de waarheid van de kwestie. Zonder het zoenoffer van Christus konden wij niet beweren zoals wij nu doen 'in hem' te zijn. De vraag, 'waarom Jezus zijn moeder over geeft aan de zorg van Johanes en Johannes aan de zorg van zijn moeder', is persoonlijk diep en eisend. Het kan niet met elegante theologische beschrijvingen van woorden en betekenissen beantwoord worden. Het antwoord kan in actie gevonden worden - slechts zo en beduidend, toen het in actie werd bezorgd, op een kruis!

Lees hier meer over > Why, when Jesus was on the cross, he was given his mother into the care of John

* Would it have not been more natural for Mary's other sons to care for her?


Thursday, 5 February 2009

Jezus van Nazareth #2 De zoon van Maria

voorgaand Jezus van Nazareth #1 Jezus Geboorte
A
LS gevolg van zijn unieke geboorte had Jezus de maagd Maria als moeder en de Schepper van hemel en aarde als Vader. De gevolgen hiervan zijn te zien in zijn leven op aarde. Alvo­rens in te gaan op de unieke Persoon van Gods eniggeboren Zoon, zoals dit in de vier evangeliën te aanschouwen is, willen wij de aandacht richten op het leven van Jezus als Mens, geboren uit de maagd Maria.

Bij zijn geboorte had Maria kunnen zeggen, wat Adam van Eva zei: "Dit is nu been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees" (Genensis 2:23). Als zij terugzien op Jezus' leven op aarde zijn de schrijvers van het Nieuwe Testament expliciet: "Daar nu de kinderen aan bloed en vlees deel hebben, heeft ook Hij op gelijke wijze daaraan deel gekregen" (Hebreeën 2: 14).

Er is nergens in de evangeliën enige suggestie dat men Jezus anders be­schouwde dan als een Mens. Zowel zijn discipelen als zijn vijanden schreven zijn wonderen toe aan bovennatuurlijke invloed. In zijn rede op de Pinksterdag beschreef Petrus Hem met de woorden: "Jezus, de Nazoreeër, een man, u van Godswege aangewezen door krachten, wonderen en tekenen, die God door Hem in uw midden verricht heeft" (Handelingen der apostelen 2:22). Hij gaf dezelfde verklaring van Jezus' wonderen in zijn toespraak in het huis van Cornelius: "want God [die Hem gezalfd had] was met Hem" (Handelingen der apostelen 10:38). Jezus maakte als jongen dezelfde ontwikkeling van lichaam en geest door als andere adolescenten. "En Jezus nam toe in wijsheid en grootte en genade bij God en mensen" (Lucas 2:52).

Na zijn vasten in de woestijn had Hij honger; na veel lopen was Hij ver­moeid. Zo uitgeput kon Hij zijn dat een hevige storm Hem niet uit zijn slaap wakker maakte. Na zijn geseling had Hij de kracht niet om de kruispaal te dragen. Bij zijn kruisiging kende Hij een intense dorst en verlangde een drank. Zijn aardse leven liep met pijn, ver­moeidheid, dood en begrafenis af.

In zijn zielsleven kende Jezus dezelfde emoties als alle andere mensen. Hij is verontwaardigd als de twaalven ouders willen verhinderen hun kinderen tot Hem te brengen; toornig als Hij ziet hoe geldgierigen een markt hebben gebracht in Gods heiligdom. Als Hij merkt hoe het volk te lijden heeft door gebrek aan goede leiders, en als een kudde zonder herders is, is Hij met ontferming bewogen. Hij kan verrast worden door het ongeloof van zijn vroegere dorpsgenoten in Nazareth en verbaasd als een heidense soldaat meer vertrouwen op zijn genezingskracht stelt dan zijn eigen volksgenoten. Het onbegrip van zijn discipelen stelt Hem telkens teleur en Israëls weigering Hem te erkennen als Heiland wekt in Hem bedroefdheid en Hij weent over
Jeruzalem. Hij stelt vragen om informa­tie te winnen: "Hoe lang is het al, dat dit hem overkomt?", "Hoeveel broden hebt gij?" Het enige dat in deze scala van menselijke emoties ontbreekt is berouw, het gevoel van spijt en schuld omdat Hij iets gezegd of gedaan zou hebben. In dit opzicht is Jezus uniek.

Vrij van schuld

Er waren weinigen die Jezus in de drukke en moeilijke dagen van zijn dienstbaarheid onder zijn volk zo goed kende als de man die Hij als voornaam­ste van zijn apostelen stelde. Vele jaren daarna ziet Petrus terug op Jezus' leven op aarde en stelt dit als voorbeeld bij uitnemendheid voor zijn lezers: "die geen zonde gedaan heeft en in wiens mond geen bedrog is gevonden; die, als Hij gescholden werd, niet terugschold en als Hij leed, niet dreigde" (I Petrus 2:22-23). De taal is ten dele aan een van Jesaja's Knechtprofetieën ontleend, maar de werkelijkheid van Jezus' zondeloosheid is levend in Petrus' herinnering. Hij had Jezus in confrontatie met zijn tegenstanders gezien, die Hem graag zouden hebben beschuldigd van de een of andere overtreding, en hadden Hem horen zeggen: "Wie van u overtuigt Mij van zonde?" (Johannes 8:46). De schrijvers van het Nieuwe Testament zetten Jezus' onschuld tegen de achtergrond van de vele verzoekingen die Hij heeft meegemaakt. "Want wij hebben geen hogepriester, die niet kan medevoelen met onze zwakheden, maar een, die in alle dingen op gelijke wijze als wij is verzocht geweest"; "Want doordat Hij zelf in verzoekingen geleden heeft, kan Hij hun, die verzocht worden, te hulp komen" (Hebreeën 4: 15; 2: 18).

De verzoekingen die Jezus tegen het einde van zijn vasten in de woestijn meemaakte, zijn ontstaan blijkbaar met het ontvangen bij zijn doop van de kracht van de Geest zonder mate. Welk mens is er die nooit in de verleiding zou komen zo'n kracht voor een onjuist doel te gebruiken? 'Macht corrumpeert; absolute macht corrumpeert absoluut.' In die tijd van toewij­ding en voorbereiding op zijn openbare dienst onder zijn volk heeft Jezus de wensen van zijn volk in overweging genomen, die Hem in verzoeking zouden brengen. Eens verweet Hij hun dat zij Hem volgden omdat Hij hen met brood had verzadigd. Zij trachtten Hem ook met geweld koning te maken, en vroegen ook een onmiskenbaar teken - "uit de hemel" - dat Hij Israëls Messias was. Het zijn dezelfde verzoekingen waarvoor de Israëlieten gedurende hun woestijnreis zijn bezweken en het is met een woord van zijn Vader uit het boek Deuteronomium dat Jezus alle drie de verzoekingen wist te overwinnen.

Evenals alle andere mensen kende Hij de verlangens en begeerten die het menselijk leven bepalen, die de drijf­veer van het leven zijn, zonder welke een mens apathisch en lusteloos zou zijn. Hieruit, leert Jacobus ons, ontstaat ook de zonde. Vandaar dat er van Je­zus staat geschreven: "Christus heeft Zichzelf niet behaagd" (Romeinen 15:3). Zijn roep: "Indien iemand achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf en neme zijn kruis op en volge Mij (Mattheus 16:24) geeft te kennen dat Hij Zichzelf  verloochend heeft, en voordat Hij Zich te Golgotha letterlijk liet kruisigen, zijn eigen wensen en verlangens genegeerd heeft.

Als de zaak anders was geweest, had Jezus zijn volmaakte overwinning niet op één lijn kunnen stellen met de onvolkomen overwinningen van zijn volgelingen, zeggende: "Wie overwint, hem zal Ik geven met Mij te zitten op mijn troon, gelijk ook Ik heb overwonnen en gezeten ben met mijn Vader op zijn troon" (Openbaring 3:21).

Waarom Jezus de overwinning heeft behaald terwijl geen enkel ander mens dit heeft kunnen doen, zal in deze studie nader bekeken worden. Maar er mag nu al vastgesteld worden dat verzoekingen, om reëel te zijn, onvermijdelijk de mogelijkheid van falen inhouden. In het geval van Jezus zal dit voor ons haast onmogelijk zijn, maar niet omdat zijn zondeloosheid reeds bij voorbaat vaststond. Wat voor verzoeking is dat, wanneer het onmogelijk is dat een mens faalt? Waar in dat geval is de spanning, de strijd en de aanvechting?

De Zoon des mensen

Wij gebruiken persoonsnamen om gemakkelijk een bepaald persoon aan te duiden. In Israël had een naam ook de functie iets van die persoon te vertellen. Jezus noemde Zichzelf "de Zoon des mensen" (=de zoon van een mens ). Dit komt in poëtisch parallellisme in de Schrift voor als een intensievere vorm van mens'. Bijvoorbeeld: "God is geen man dat Hij liegen zou; of een mensenkind, dat Hij berouw zou hebben" (Numerieken 23: 19); "Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt, en het mensenkind, dat Gij naar Hem omziet?"(Psalm 8) Jezus dan, zoals sommigen hebben gedacht, de naam "Zoon des mensen" gekozen om aan te geven dat Hij door en door Mens is, en zijn verbondenheid met andere mensen te benadrukken? Een betere verklaring is dat Hij de naam ontleend heeft aan Daniëls nachtgezicht, waar hij een mensenzoon - zag, die van de aarde tot God in de hemel werd geleid om van Hem regeringsmacht over alle mensen te ontvangen.

Toch is deze heerschappij geworteld in Jezus' Menszijn. Bij de schepping had God gezegd: "Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, opdat zij heersen ... over de gehele aarde" (Genesis 1:26-27). David overpeinst deze woorden als hij onder de uitgestrekte nachthemel met zijn ontelbare lichtpunten staat en met bewondering denkt aan de verheven taak die God de mens heeft gegeven door al zijn schepsels op aarde onder zijn toezicht te plaatsen. "Gij doet hem heersen over de werken uwer handen, alles hebt Gij onder zijn voeten gelegd" (Psalm 8:7).

De apostelen en de schrijver van deze brief aan de Hebreeën zien in deze woorden een profetie van de heerschappij van Christus en de zijnen over "de toekomende wereld": "Want Hij moet als koning heersen, totdat Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegd heeft .. alles heeft Hij aan zijn voeten onderworpen" (Hebreeën 2:5-9; 1 Corinthiërs 15:25-27). Zo beschouwd is Jezus' koningschap geworteld in zijn Menszijn en dit wilde Hij aangeven door Zich "de Zoon des mensen" te noemen. _


Vervolg > Jezus van Nazareth #3 De Zoon van God

 - Met de Bijbel in de hand

++

vindt ook om te lezen

Een plaats voor een vreemdeling en een vluchteling
Een Groots Geschenk om te herinneren
Een man die de geschiedenis van het mensdom veranderde
Het begin van Jezus #2 Aller Begin
Het begin van Jezus #3 Voorgaande Tijden
Het begin van Jezus #6 Beloften van innerlijke zegeningen
Het begin van Jezus #7 Een Nieuwe Adam, zoon van Abraham
Het begin van Jezus #8 Beloofde Gezalfde zoon van God
Het begin van Jezus #13 Een te komen mens
Jezus van Nazareth #1 Jezus' geboorte
Jezus van Nazareth #3 De Zoon van God
Jezus van Nazareth #4 Die geen zonde gedaan heeft
Jezus van Nazareth #5 Zijn Unieke persoonlijkheid
Jezus van Nazareth #6 Zijn unieke macht
Jezus van Nazareth #7 Zijn Leven van gebed
De Knecht des Heren #1 De Bevrijder
De Knecht des Heren #2 Gods zwaard en pijl
De Knecht des Heren #3 De Gewillige leerling
De Knecht des Heren #4 De Verlosser
De Knecht des Heren #5 De Gezalfde gezant
Wereld waarheen #1 Terug naar Egypte
Dienaar van zijn Vader
De Leidsman van geloof
Zalving van Christus als profetische repetitie van de begrafenisrituelen
Zoenoffer
Niemand heeft zulk een grote liefde als hij die zij leven gaf voor zijn vrienden
Jezus moest sterven
Jezus stervensdag
Achtergelaten aan een paal tot in de dood
Waarom vast houden aan het kruisbeeld
Kruisen en Iconen stukslaan
Zweeds theoloog vindt in historische geschriften dat Jezus niet aan een kruis stierf
Indien God Zijn eigen wil niet heeft
Een Messias om te Sterven
Vergieten van Bloed, een Oud en een Nieuw Verbond
Jezus drie dagen in de hel
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #2 Te Doen
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #3 Zoals Jezus
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #5 Verblijven in Christus
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #6 Samenhoren
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #7 Adverteren
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #8 Omgang met Leerstellingen
Redding, vertrouwen en actie in Jezus #9 Omgang met anderen
Christus kennen is zin geven aan het leven
Niet gebonden door labels maar vrij in Christus
Ongelovige Thomassen, Jezus en zijn God
Hermeneutiek om uit te dragen #8 Tegenspraak
Filippenzen 1 – 2
Gnostiek, Judas evangelie, bijbelonderricht, zoon van God
Want het is geen leeg woord
Mogelijkheid tot leven

Slechts één ding is nodig

W

IE van ons zou geen begrip kunnen opbrengen voor Martha, die met het klaarmaken van een maaltijd voor haar gasten zwaar belast was? Niets minder dan het allerbeste was goed genoeg voor haar zeer bijzondere Gast, en bovenop was er de zorg voor zijn discipelen. Met de middelen die zij ter beschikking had, en zonder de keukenapparaten van de hedendaagse vrouw, wilde ze een uitgebreide en smaakvolle maaltijd op tijd opdienen.

En daar zit haar zuster aan de voe­ten van Jezus, met ernstige blik op zijn gezicht gericht als zij zijn woorden in­drinkt, alsof er niets in huis te doen was! Hoe kan zij zo onverschillig zijn en alles aan haar zuster overlaten?Met zijn fijngevoeligheid voor anderen zal Jezus de situatie al goed hebben gemerkt en de groeiende verontwaardiging van Martha hebben waargenomen. Maar Hij zegt niets en laat de broeiende storm eerst uitbarsten. Eindelijk komt zij naar Hem toe, kijkt Hem recht in de ogen, en ontlaadt haar bittere gevoelens. "Here, trekt Gij het u niet aan, dat mijn zuster mij alleen laat dienen?" Martha's felle woorden verraden hoe verhit haar gemoederen zijn geworden. Zij is niet de eerste discipel van de Here die Hem met ruwe woorden heeft aangevallen. De twaalf waren ook zo brutaal toen zij in een storm op het Meer vreesden dat zij zouden verdrinken. "Meester, trekt Gij er u niets van aan, dat wij vergaan?" Jezus had moeten ingrijpen maar doet dat niet.


Een opzettelijke keuze

Jezus' zachtaardige terechtwijzing maakt duidelijk dat Hij veel van Martha houdt. "Martha, Martha" - zelfs in de spontane herhaling van haar naam drukt Hij zijn liefde voor haar uit. Waren al die gerechten waarmee zij zo druk bezig was, echt nodig? Zij bedoelde het goed, maar was het niet beter, gezien de korte tijd dat Hij met hen in huis was, tevreden te zijn met een eenvoudige maaltijd om de gelegenheid te gebruiken voor betere dingen? Waarom Maria berispen omdat zij liever een betere 'portie' wilde hebben? "Maria heeft het goede deel uitgekozen, dat van haar niet zal worden weggenomen." (Dit woord "deel" komt in het Griekse Oude Testament voor ook met de betekenis van een gerecht.) Nooit was er een tijd geweest als nu wanneer het leven in ons land zo boordevol kon zijn van allerlei leuke bezigheden die onze tijd eisen maar die toch geen enkele bijdrage leveren aan ons eeuwige welzijn? Wat voor geestelijk nut heeft het om urenlang te kijken naar werelds vermaak of te luisteren naar programma's zonder geestelijke inhoud? Paulus bad voor zijn medege­lovigen dat zij "met de rechte kennis van zijn wil vervuld zouden worden, in alle wijsheid en geestelijk inzicht, om de Here waardig te wandelen." Dit moet ons levensdoel zijn. Het leven is zo kort. Laten wij met Maria het goede deel kiezen en onze kostbare tijd be­steden aan Christus' roeping. _