Showing posts with label archeologie. Show all posts
Showing posts with label archeologie. Show all posts

Thursday, 29 December 2011

Assyriologist brother Wilfred Lambert goes to sleep

For 30 years the eminent Birmingham-born historian and archaeologist Prof Lambert (1926-2011) taught and researched at the University of Birmingham. But every single Thursday he would journey to the Department of the Near East in the British Museum, where he read and deciphered cuneiform tablets, the raw material of Assyriology.

This Christadelphian became one of the world’s top specialists in ancient eastern history and would be missed.
The funeral of internationally-respected Professor Wilfred Lambert took place at West Birmingham Christadelphian Hall, in Quinton, this week.

His skills and thoughts were chronicled in various published works, including Babylonian Wisdom Literature (1960); Atrahasis: The Babylonian Story of the Flood (1969); Cuneiform Texts in the Metropolitan Museum of Art, II, (2005) Babylonian Oracle Questions (2007). His latest work, Babylonian Creation Myths, is waiting for a publication date.
The British Museum, Room 55 - Cuneiform Collec...
The British Museum, Room 55 - Cuneiform Collection, including the Epic of Gilgamesh. (Photo credit: Wikipedia)


+++
213 update:
Enhanced by Zemanta

Tuesday, 5 July 2011

Osuarium van relatie van Cajaphas

De Israëlische Antiquiteiten Autoriteit zegt dat het ossuarium, een 2,000-jaar-oude begrafenisdoos, welke de naam van een verwant draagt van de hogepriester Caiaphas van antiquiteitsdieven werd gepakt die een oud Joods graf van de Tweede Tempel periode drie jaren geleden plunderden en sinds dien een grondige analyse heeft ondergaan.

The ossuary bears an inscription with the name "Miriam daughter of Yeshua son of Caiaphas, priest of Maaziah from Beth Imri."

Ossuary of Relative of the high priest Caiaphas

 Israeli scholars say they have confirmed the authenticity of a 2,000-year-old burial box bearing the name of a relative of the high priest Caiaphas of the New Testament.

Tuesday, 22 March 2011

Modern day archaeological discoveries verify the Biblical account of historic events

Why I Believe the Bible - Archaeology -- Dr Leen Ritmeyer explores how modern day archaeological discoveries verify the Biblical account of historic events. www.thebible4life.org

> http://www.youtube.com/watch?v=RAcSDAVN_UY

Thursday, 4 March 2010

Muur uit tijd van Salomo

JERUZALEM – Een archeologisch team heeft in Jeruzalem in de buurt van de Tempelberg versterkingen blootgelegd uit de tiende eeuw voor Christus. Ze zijn mogelijk aangelegd door koning Salomo.

Dat maakte archeologe dr. Eilat Mazar van de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem maandag bekend. Ze gaf leiding aan het team van archeologen, die drie maanden met de werkzaamheden bezig waren.

De ontdekking werd gedaan aan de zuidzijde van de Tempelberg en ten noorden van de Stad van David. De Stad van David is het oudste deel van Jeruzalem, dat koning David op de Jebusieten veroverde.


Lees verder > Oude muur Jeruzalem blootgelegd

  • Koning Salomo heeft aan het einde van de tiende eeuw voor Christus de muur laten bouwen.
  • 6 meter hoge poortgebouw is typerend voor de Eerste Tempelperiode.
  • Hoektoren gebouwd met gegraveerde stenen van een „ongebruikelijke schoonheid”.
  • Gebouwen in de stadsmuur waren bestemd voor handel en voor bescherming van de stad.
  • Overblijfselen van grote opslagpotten van 115 centimeter hoog.
  • Ook zijn er stempels gevonden om mee te verzegelen.

Monday, 18 January 2010

Hebreeuwse tekst uit de tijd van David ontcijferd

Vondst in Qeiyafa

 Prof. G. Galil uit Haifa heeft een vertaling gepubliceerd van een vijfregelige inscriptie, die opgegraven is in Khirbet Qeiyafa. De tekst is niet helemaal volledig, daarom staan de aanvullingen tussen haken. De vertaling van de op op een potscherf geschreven regels: „U zult [dit] niet doen, maar dien de [Heere]. / Spreek recht over de sla[af] en de wed[uwe]. Spreek recht over de we[es] / [en] de vreemdeling. [Pl]eit voor het kind, pleit voor de ar[me en] / de weduwe. Herstel de positie [van de arme] in de handen van de koning. / Bescherm de arme en de slaaf, [onder]steun de vreemdeling.”

De vondst van de genoemde tekst in een vestingstadje toont aan dat daar ook ten minste één schrijver werkzaam was. Overigens kan hier ook verwezen worden naar een vondst van een steen met het Hebreeuwse alfabet erop enkele jaren geleden in Tel Zayit.

Ten derde is de inhoud van de tekst van belang: hij lijkt op diverse teksten uit de Bijbel, maar komt daarmee niet letterlijk overeen. De regels vormen een oproep goed om te gaan met de sociaal zwakkeren, een oproep die op deze wijze niet bekend is bij de buurvolken. Bewogenheid met wees, weduwe en vreemdeling is een bekend thema in de wetgeving van Israël, bijvoorbeeld in Exodus 22:21-24 en 23:3-9 en Deuteronomium 24:17-22 en 27:19.

Bijbelwetenschappers dateren deze teksten vaak uit de tijd van de koningen, na de scheuring van het rijk ten tijde van Rehabeam en Jerobeam. Het boek Deuteronomium zou pas uit de tijd van koning Josia zijn. Uiteraard kunnen op basis van een enkele sociale tekst geen conclusies getrokken worden over de datering van Bijbelboeken, maar een belangrijk inhoudelijk thema is nu bekend uit de tijd van David.

Opgravingen bij Khirbet Qeiyafa.
Lees meer > Belangrijke vondst uit tijd van David

Monday, 11 January 2010

Oudste Hebreeuwse tekst

Bron: KerkNet

BRUSSEL (KerkNet/Reformatorisch Dagblad/Kath.net) – Israëlieten schreven al drieduizend jaar geleden Hebreeuws. Dat zegt professor Gershon Galil van de universiteit van Haifa. Professor Galil ontcijferde een inscriptie op een potscherf van 15 bij 16,5 centimeter, die anderhalf jaar geleden ontdekt werd bij een archeologische opgraving in Khirbet Qeiyafa (Midden-Israël). Door de bevindingen houden archeologen het voor mogelijk dat de Bijbel eerder werd geschreven dan tot nu toe werd aangenomen.
Met C14-datering is vastgesteld dat de tekst op de potscherf dateert uit de tiende eeuw voor Christus, de tijd van het koninkrijk van David. Het is de oudste tot op heden bekende tekst in het Hebreeuws. Wetenschappers gingen er tot op heden vanuit dat Israëlieten in die tijd nog niet in staat waren Hebreeuwse teksten op te stellen. Uit de vaststellingen van professor Gershon Galil kan worden geconcludeerd dat in die tijd ook al Bijbelteksten in het Hebreeuws konden geschreven worden. De tekst bevestigt tevens het bestaan van het koninkrijk van Israël onder David.
Professor Galil: „Het is nu hoogstwaarschijnlijk dat gedurende de tiende eeuw voor Christus, tijdens de regering van koning David, er schrijvers in Israël waren die in staat waren literaire teksten en complexe geschiedbeschrijvingen zoals in de boeken van Rechters en Samuel op te schrijven.”

(Kerknet)

Thursday, 8 October 2009

Jozef uit Egypte

Toen Egyptische onderzoekers bezig waren een groot aantal oudheidkundige overblijfsels te doorzoeken in de kelders van het Museum van Egypte, troffen ze oude munten aan uit de tijd van Jozef.

De munten droegen het jaar waarin zij gemunt waren, de waarde en/of afbeeldingen van de Farao die in dat jaar leefde. Sommige munten droegen de naam van Jozef en zijn afbeelding. Een van de Jozef-munten meldde zelfs dat hij minister van financieën was. Een andere munt had een inscriptie en de afbeelding van een koe. Die koe is een symbool van de droom van Farao over de zeven vette en zeven magere koeien (lees Genesis 41). Op een andere munt ontcijferden de onderzoekers zelfs de Egyptische naam die Farao aan Jozef gaf toen hij hem onderkoning maakte (Genesis 41:45).

Monday, 28 September 2009

Oude afbeelding menora in Israël gevonden

Menora

Israëlische archeologen hebben een van de oudste afbeeldingen van een menora, de zevenarmige kandelaar die symbool staat voor het jodendom, ontdekt.

Dat heeft de Israëlische oudheidkundige dienst bekendgemaakt. De menora staat in een steen gegrift. De steen werd gevonden in een synagoge die werd ontdekt bij het Meer van Galilea. De synagoge stamt uit de tijd van de tweede joodse tempel, 2000 jaar geleden.

Uit diezelfde tijd zijn nog enkele afbeeldingen van menora’s bekend, maar deze is volgens een van de archeologen, Dina Avshalom-Gorni, uniek, omdat ze zich in een synagoge bevond en ver van Jeruzalem.

De tempel in Jeruzalem werd in het jaar 70 na Christus verwoest door de Romeinen. De reliëfs in de Boog van Titus in Rome tonen soldaten die de menora uit de tempel met zich meedragen. De meeste andere afbeeldingen van menora's dateren van na de verwoesting van de tweede joodse tempel. Als de nu gevonden afbeelding ouder is, kan dit betekenen dat ze is gemaakt naar het voorbeeld van de oorspronkelijke menora uit de tempel.

Monday, 14 September 2009

Synagoge uit de tijd van Jezus opgegraven

 

Aan de oever van het Meer van Galilea in Israël zijn de resten van een synagoge uit de periode van de Tweede Tempel (516 v. Chr.- 70 na Chr.) gevonden waarin Jezus Christus mogelijk zijn leer heeft verkondigd. Dat hebben archeologen vrijdag gezegd. De overblijfselen van het gebedshuis, een van de oudste waarvan resten zijn aangetroffen, werden in Migdal opgegraven. De Israel Antiquities Authority (IAA) heeft dat bekendgemaakt.

Migdal was tweeduizend jaar geleden een belangrijke stad. Jezus verkondigde vaak zijn opvattingen aan de oever van het Meer van Galilea en verrichtte er volgens de Schrift verscheidene wonderen.

Archeologen vonden op een steen in het midden van de synagoge een afdruk van een menora (candelabrum). Volgens de leider van het onderzoeksteam, Abshalom-Gorni, zijn er slechts vier van dit soort afdrukken bekend. Hij houdt het voor mogelijk dat de kunstenaar die de menora op de steen afbeeldde zelf ooit met eigen ogen de originele menora uit de Tweede Tempel heeft gezien. Deze tempel in Jeruzalem werd in 70 na Christus door de Romeinen verwoest. De gouden menora die in deze tempel stond, werd door de Romeinen als overwinningsbuit naar Rome gebracht.

 

Archeologen zijn vooral onder de indruk van de vondst van een afdruk van een menora, de zevenarmige kandelaar, uit de tweede tempel van Jeruzalem, die de Romeinen in 70 na Christus verwoestten. Volgens Abshalom-Gorni zijn er van zulke afdrukken slechts vier bekend.

De belangrijkste zaal van de synagoge is 120 vierkante meter groot. Aan de zijkanten van deze zaal zijn stenen banken gevonden. De vloer van de synagoge was volgens de archeologen gemaakt van mozaïeken en op de muren zijn sporen van fresco's aangetroffen.

Friday, 17 July 2009

Steengroeve voor tweede tempelbouw ontdekt

Archeologen van de Israëlische Oudheidkundige Dienst hebben een steengroeve ontdekt die diende om stenen te leveren voor de bouwwerken van koning Herodes de Grote (73 tot 4 v.Chr.). De steengroeve werd ontdekt toen er een bouwterrein werd voorbereid. Gezien de grootte van de stenen (3 bij 2 bij 2 meter) is het aannemelijk dat de stenen werden gebruikt voor grote bouwprojecten, waaronder de muren van de Joodse tempel in Jeruzalem, die werden gebouwd in opdracht van koning Herodes. Voor deze projecten waren honderdduizenden stenen nodig.


Dr. Ofen Sion, leider van de opgravingen: "Het lijkt erop dat er een enorme hoeveelheid arbeiders in de steengroeve werkte. Er werden diverse soorten stenen geproduceerd. Eerst werden kleine stenen uitgehouwen. Als het oppervlak van de rots gelijkmatig was, hieuwen ze de grote stenen uit." De stenen wogen 2 tot 5 ton. Op andere locaties in Jeruzalem werden eerder twee andere steengroeves ontdekt.


Sion wijst erop dat de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus schrijft dat Herodes pas met de tempelbouw begon nadat hij voorbereidingen had getroffen. Zo zou er eerst acht jaar stenen worden gehouwen, waarna er twee jaar werd gebouwd aan de tempel - wat zorgde voor een relatief kort bouwproces. Er zouden volgens hem meer dan 10.000 mensen worden getraind voor het werk. Bij de opgraving werden ook metalen voorwerpen, munten en aardewerk gevonden.



Bron: Associated Press, Reformatorisch Dagblad, Haaretz

English article > http://news.yahoo.com/s/ap/20090706/ap_on_sc/ml_israel_ancient_quarry

Wednesday, 8 July 2009

Beenderen apostel Paulus authentiek

'Botten gevonden in tombe van Paulus'

Recent archeologisch onderzoek bevestigt de overlevering dat het lichaam van de apostel Paulus onder het hoogaltaar van de basiliek van Sint-Paulus-buiten-de-Muren begraven werd. Die verrassende aankondiging deed paus Benedictus XVI zondagavond 28 juni tijdens de slotvespers van het Paulusjaar. De aartspriester van de Romeinse basiliek had bij de start van het Paulusjaar dit onderzoek naar de authenticiteit van de beenderen aangekondigd.


Paus Benedictus XVI zei dat voor het onderzoek een kleine opening werd geboord in de 25 centimeter dikke sarcofaag, die eeuwenlang ongeopend bleef. Later werden fragmenten van de daarin aangetroffen beenderen met de C 14-methode, die ook al voor de datering van de Lijkwade van Turijn gebruikt werd, door wetenschappers gedateerd. De wetenschappers die de herkomst van de beenderen niet kenden, dateerden ze uit de periode van de eerste of tweede eeuw van het christendom. Dit lijkt volgens de paus de unanieme en niet betwiste traditie te bevestigen dat dit de stoffelijke resten zijn van de apostel Paulus. Historici raakten het er eerder al over eens dat er geen twijfel bestaat dat Paulus Rome bezocht en er – net als Petrus – de marteldood stierf. Paulus was een van de eerste volgelingen van Jezus Christus. Rond het jaar 60 na Christus zou hij door de Romeinen zijn onthoofd. Volgens de overlevering werd hij buiten Rome begraven, op de plaats waar later de basiliek Sint-Paulus buiten de Muren werd gebouwd. Pas drie jaar geleden werd in de basiliek het mogelijke graf van de apostel teruggevonden.

Tuesday, 7 April 2009

Archeoloog zegt Bijbelse Gilgal te hebben gevonden


copyright 2008© Manna-Vandaag
Een archeologisch team van de Universiteit van Haifa, denkt de nederzetting Gilgal te hebben gevonden. Deze zou door de Israeliëten zijn gesticht na de Uittocht uit Egypte, toen ze na 40 jaar Kanaän betraden. Adam Zertal groef eerder bij de berg Ebal een altaar op, waarvan wordt aangenomen dat het destijds is opgericht door Jozua. Het altaar is in de jaren negentig in zoveel mogelijk oorspronkelijke vorm herbouwd.

In de Jordaanvallei hebben Zertal en zijn medewerkers nu vijf ‘structuren’ blootgelegd die volgens hem behoorden tot Gilgal. Deze plaats wordt in de Bijbel (Jozua 4:19) genoemd als de eerste legerplaats van Israël na de doortocht door de Jordaan.

Onder archeologen woedt overigens nog steeds strijd over de vraag of de Uittocht uit Egypte werkelijk een historisch feit is geweest, temeer daar er in Egyptische annalen niets over te vinden is en archeologen tot nog toe ook geen bewijsmateriaal opgroeven. Maar Adam Zertal is er van overtuigd dat de Bijbel het bij het juiste einde heeft en noemt de vondst van Gilgal “een stukje bewijs”.

Thursday, 19 March 2009

Dode zeerollen waren niet het werk van Essenen


BRUSSEL (KerkNet/The Times/Ha’aretz) – Rachel Elior, een Israëlische professor joodse filosofie van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem, zorgt voor opschudding in de archeologische wereld met een nieuwe studie waarin gesteld wordt dat de 930 rollen die in 1947 aan de Dode Zee ontdekt werden niet aan de Essenen, maar wel aan verdreven sadduceeën moeten toegeschreven worden. Bij de rollen in Qumran werd ook een kostbare Hebreeuwse Bijbel teruggevonden van 300 voor Christus. Met deze theorie knoopt zij opnieuw aan bij de bewering van sommige archeologen dat de Dode Zeerollen aanvankelijk in Jeruzalem geschreven werden. “De rollen behoorden tot de tempel. Zij werden later naar de Dode Zee overgebracht om ze te beschermen.”

Sadduceeën waren een politieke en religieuze groepering waarvan het ontstaan teruggaat tot de tijd van koning Salomon. Deze joodse priesters, die nauwe banden onderhielden met de machthebbers in Jeruzalem, stonden traditioneel in voor de eredienst in de tempel. Na de verwoesting van de tempel van Jeruzalem in 70 na Christus verdween de groepering van het toneel. Elior baseert haar stelling op de vaststelling dat in de joodse noch in de christelijke literatuur ernstige historische aanwijzingen zijn voor het bestaan van de Essenen, een sekte van celibatair levende mannen die volgens strikte regels leefden. De verwijzing naar de Essenen in het geschrift ‘De joodse oorlog’ van de joods-Romeinse geschiedschrijver Flavius Josephus is wellicht geromantiseerd en dit is vooral ook een getuigenis van veel latere datum. Elior noemt het ondenkbaar dat duizenden mensen in strijd met de joodse wet leefden en dat niemand daarover zou geschreven hebben: “De Essenen hebben nooit bestaan. Zij zijn een uitvinding van Josephus.”
(Kerknet)

Graf van Mardechai en Ester

De Jerusalem Post meldt dat het mogelijke graf van Mardechai en Ester in Iran, bij uitzondering is toegevoegd aan de lijst van Nationaal Erfgoed in dat land. Op 9 December, 2008, rapporteerde een Iraanse krant dat het graf van Mordechai en Esther, de helden van de Purim saga, nu officiëel onder overheidsbescherming en verantwoordelijkheid zou staan. Het graf van Mordechai en Ester bestaat uit een eenvoudige bakstenen structuur, met een koepel bekroond, die vijf tot zeven eeuwen geleden boven de graven werd gebouwd. Het is gevestigd in de stad Hamadan (in de Bijbel als Shushan genoemd), 335 kilometer ten westen van de Iraanse hoofdstad Teheran.

Tuesday, 24 February 2009

Building associated with Hezekiah

JERUSALEM – Israeli archaeologists yesterday announced the discovery of a large building dating to the time of the First and Second Temples associated with Hezekiah, the King of Judah.

The Israeli government's Antiquities Authority oversaw the excavation in the southern Jerusalem village of Umm Tuba. The agency said its archaeologists unearthed the remains of an ancient building consisting of several rooms arranged around a courtyard, containing pottery and other artifacts from the First and Second Temple Periods.
Ezechias-Hezekiah was the son of Ahaz and the ...
Ezechias-Hezekiah was the son of Ahaz and the 14th king of Judah. (Photo credit: Wikipedia)


The finds include official government seals bearing the names of Ahimelekh ben Amadyahu and Yehokhil ben Shahar, who were high-ranking officials in Hezekiah's government. The life of Hezekiah, the son of King Ahaz is detailed in the biblical books of Kings, Isaiah and Chronicles. Hezekiah was the 13th king of independent Judah.

Archaeologists also found a Hebrew inscription – dating 600 years after the Kingdom of Judah seals – on a fragment of a jar neck, characteristic of the beginning of the Hasmonean period. The ancient building was partially destroyed during the Babylonian conquest of Jerusalem.

The finds are the latest in a mountain of unearthed remains giving a clearer picture of the Jewish presence in Jerusalem during the First and Second Temple periods. Still, the Palestinian Authority, which seeks control of the Temple Mount and eastern Jerusalem, steadfastly denies the Jewish temples ever existed.

> More text & pictures


+++
Old Jerusalem during the 2nd Temple period
Old Jerusalem during the 2nd Temple period (Photo credit: susie.c)




Enhanced by Zemanta

Friday, 6 February 2009

King Solomon's mines

Digs may help decide if 'King Solomon's mines' was a misnomer


A University of California archeologist has found evidence that sheds new light on the venerable question of whether King David and his son King Solomon controlled the copper industry in the Kingdom of Edom, which is present-day southern Jordan.
The term "King Solomon's Mines" was made famous by a 19th century novel of the same name - although, until now, no such mines have been proven to exist during the time period mentioned in the Bible. continue reading > article in Jewish World Jerusalem Post

For decades, scholars have argued over whether the Edomites were sufficiently organized by the 10th to 9th centuries BCE to seriously threaten the neighboring Israelite Kingdom.
...
"We can't believe everything ancient writings tell us," Levy says. "But this research represents a confluence between the archeological and scientific data and the Bible.

Sunday, 18 January 2009

Bijbels dieet was niet zo gezond

Land van melk en honing

copyright 2008© Manna-Vandaag
Het oude Israël was allesbehalve een ‘land van melk en honing’. De bevolking ervan kreeg juist een heel eenzijdig dieet. En vaak ook nog te weinig. Zegt een Britse theoloog.
Dr. Nathan MacDonald, professor aan de St. Andrews University in Engeland, onderzocht bijbelse teksten over voedsel en bestudeerde archeologische vondsten uit die tijd. Hij concludeert uit dat onderzoek dat de Israëlieten regelmatig hongersnoden meemaakten en dat in het algemeen het voedsel en gebrek aan vitaminen en mineralen kende.

Toch denkt MacDonald dat de Bijbel een belangrijke boodschap over voedsel bevat. Namelijk dat die boodschap er niet is. Door veel mensen wordt aangenomen dat de Bijbel niet alleen ‘godsdienstige instructies’ geeft, maar ook een ‘recept voor een gezond leven’, zegt MacDonald. Maar dat is volgens hem niet het geval.

“In Amerika zijn boeken als ‘What Would Jesus Eat?’ en ‘The Maker’s Diet’ bestsellers. Maar in de Bijbel vinden we juist het bewijs dat het dieet in Oud-Testamentische helemaal niet gezond was en dat je het zelfs ongezond kunt noemen. Afgezien van de perioden van hongersnood, die overigens vaak voorkwamen, kun je hooguit zeggen dat het voedsel voldoende calorieën bood, maar zeker niet voldoende vitaminen en mineralen.”

 - Manna vandaag

chaja schreef:

Naar mijn mening is God juist heel duidelijk in Zijn woord wat voor voedsel goed is voor ons.
Zo geeft Hij aan in Lev 11 welke dieren we wel en niet mogen eten. We weten nu dat varkens en schaal en schelpdieren ongezond voor ons zijn! En in Gen 1:29 zegt Hij: Ik geef jullie alle zaaddragende planten en alle vruchtbomen op aarde, dat zal jullie voedsel zijn! Voedsel als peulvruchten, fruit, noten, groenten en zaden zijn voor ons super voedsel!! Melkprodukten daarentegen waren bedoeld als voedsel voor jonge dieren en baby's. Als dieren groter worden gaan ze vast voedsel eten, wij mensen blijven echter maar melk drinken met alle gevolgen van dien.
Persoonlijk ben ik er van overtuigd dat God het beste weet wat gezond voor ons is en ja, dat kun je allemaal terug vinden in de Bijbel!

Saturday, 10 January 2009

Vroege christenen aten vis uit armoede

Schildering uit de catacombe van St. Callixtus, ca. derde eeuw na. Chr. Illustratie JAS


De Romeinse christenen in de derde en vierde eeuw aten hoogstwaarschijnlijk veel riviervis, typisch armeluisvoedsel in die tijd. Dat blijkt uit onderzoek aan botten uit 22 willekeurig gekozen graven uit een groot grafcomplex (15.000 m2) uit die tijd, de catacomben van St. Callixtus. Het onderzoek werd geleid door catacombenkenner en historicus Leonard Rutgers van de Universiteit Utrecht (Journal of Archaeological Science: In Press – online).

Het nieuwe inzicht in het dieet van de vroege christenen werpt een onverwacht licht op de dominantie van vis in vroegchristelijke afbeeldingen in de catacomben.

Altijd worden die vissen gezien als symbool voor Jezus Christus, op grond van het Griekse woord voor vis, ichtus. In het Grieks, de taal van het Nieuwe Testament, is dat woord ook een anagram voor ‘Jezus Christus, zoon van God de redder’ (Iesous CHristos THeou Uios Soter).

Het anagram is een christelijke vondst uit de tweede eeuw, waarover de kerkvader Clemens van Alexandrië al rond het jaar 200 schrijft. Dus aan de spirituele betekenis van de vissenafbeeldingen in de catacomben hoeft niet te worden getwijfeld, maar uit het onderzoek van Rutgers en drie Nederlandse en Belgische collega’s blijkt wel dat voor de vroege Romeinse christenen vis óók een heel praktische realiteit was.

Het is niet zo dat de vroege christenen riviervis aten omdat dat een symbool van Christus was. Riviervis werd in deze tijd in Rome beschouwd als het absolute armeluisvoedsel, in tegenstelling overigens tot zeevis.

Bron: NRC

Lees het hele artikel

Tuesday, 6 January 2009

Middeleeuws insigne Drie Koningen opgegraven


Bij archeologisch veldonderzoek in Zutphen is maandag een middeleeuws insigne met de afbeelding van de Drie Koningen opgegraven. Dat heeft stadsarcheoloog Michel Groothedde dinsdag bekendgemaakt. Uitgerekend een dag voor de Dag van Drie Koningen werd de vondst gedaan bij een opgraving van het Cobercoterrein waar het wemelt van resten uit de middeleeuwen.

Archeologen ontdekten het insigne onderin een oude waterput die omstreeks 1350 werd gedempt met afval en puin. Het beeldmerk van tin en lood is een voorstelling van de Drie Koningen, Maria en het kindeke Jezus. Vermoedelijk heeft een Zutphense pelgrim het insigne gedragen bij zijn tocht naar Keulen waar in de Middeleeuwen relieken van de Drie Koningen werden vereerd. Het insigne wordt na restauratie toegevoegd aan de collectie van het Stedelijk Museum in Zutphen.

Met Driekoningen wordt gevierd dat de drie wijzen, Caspar, Balthasar en Melchior, Jezus in Bethlehem kwamen begroeten.

Bron: ANP/IKON