Showing posts with label broederschap. Show all posts
Showing posts with label broederschap. Show all posts

Wednesday, 10 November 2010

Congregation - Congregatie

Congregatie (kongregatie): congregation (ME congregacioun fr.  MF & L congregation, congregatio), the act of congregating,: an assemblage of persons (or things); gathering, assembly of persons, body of Christians, body of believers; company or order of religious persons; deliberative meeting of governing body.  In the Old Testament a name given to the children of Israel.
F: Congrégation D: Gemeinde I: Parrocchiani



Under this tag "congregatie" you shall be able to find articles mostly talking about the community of men that together want to come to serve God.  The church community or fixed group of men that is part of an ecclesia or church. 

Further it shall be about the Old Testament name given to the children of Israel, the chosen People of God as used in. 

The community of men that stand behind one and the same belief point.  The administration body of a community.  Association of lay people or of clergymen who under ecclesiastic approval hold religious service.

But it can also be about 'The Congregation' (= collection, official name:  Sodali' tium, Sodaliteit'), a particular kind of pious association, with as purpose to perform godly work or charity. 

The congregation distinguishes itself of the usual pious association, because they are organized as a specific organic corporation, the members (congreganists) having the right to vote.  The Congregationalists or congregation members of The Congregation are also members of a brotherhood, set up to promote public service. 

In the Catholic Church the Congregations must be set up or approved by the competent ecclesiastic authorities.  As there are the Roman Congregations, Religious Congregation and Mary-congregation. 

+

Association, the members, the associated, those serving together and taking up an engagement, the belonging to, the inaugurated, the togetherness or assembling, the people meeting, the company, the alliance, confederation

confrery, confrère, partnership, trade-union, circle, federation, body, corps, corporation,  apostate, division, section, branching, department, clique, circle, coterie, club, debating-club, circle of friends, desk, collegium, governor, members list, guild,guildsmen, guildstaf, assembly, meeting, session, assembly, council session, members assembly, convent, conference






Congregatie (kongregatie) of broedergemeenschap, broederschap, gemeente of parochie, communiteit, geaffilieerden, aangeslotenen.

Op onze bladzijden zal het meestal gaan over de gemeenschap van mensen die samen willen komen om God te dienen.  De kerkgemeenschap of vaste groep van mensen die behoren tot een ecclesia of kerk.

Verder veel gebruikt voor de in het Oude Testament gegeven naam aan de kinderen van Israël, het verkozen Volk van God.

De gemeenschap van mensen die achter eenzelfde geloofspunt staan.  Bestuurslichaam van een gemeenschap.  Vereniging van leken of van geestelijken die onder kerkelijke goedkeuring godsdienstoefeningen houden.

+

Vereniging, de leden, de geassocieerden, diegenen die samen een engagement aangaan, de toebehorenden, de ingewijden of de ingekochten, de samen of bijeenkomenden, de samentreffenden, het gezelschap, de sociëteit, bondgenootschap, eedgenootschap,

aartsbroederschap, gildebroederschap, confrérie, vennootschap, veem, vakvereniging, kring, bond, lichaam, korps, corps, corporatie, gilde, apostolaat, afdeling, sectie, vertakking, departement, clique, cercle, coterie, club, debatingclub, vriendenkring bestuur, bureau, collegium, bestuurder, ledenlijst, gildestaf, vergadering, samenkomst, bijeenkomst, zitting, vergadering, raadszitting, achterraad, ledenvergadering, convent, congres, meeting,

groepsvertegenwoordiging, plenum vergaderplaats, vergaderzaal, verenigingslokaal, raadkamer, sociëteit, rendez-vous, gildehuis, gildekamer, kerkgemeenschap, godsdienstige groepering, godsdienstoverleg, overlegorgaan, geloofsorgaan de opname, aggregatie, incorporatie, coöperatie, voorzitting, leiding godsvruchtig orgaan, godvrezend orgaan, godsdienstige vereniging, godgevallige groepering, godgezinden, godminnenden, godlievenden, godverheerlijkenden,vromen, kerkgezinden,kerksen, heiligbegerigen, hemelsgezinden,godgelaten, devoten, religieuzen, pieuzen, piëtisten, God dienenden/prijzende/lovenden/erenden, godsgetrouwen

kerkbestuur, kerkregering, Bijbelcommissie, Bijbelgenootschap, Bijbelgetrouwen, herderlijke vereniging/genootschap, kloosterling, woudbroeder, heremiet, eremiet, kloostervolk, ordegeestelijken, ordebroeders, regulieren, lekenbroeders, kloosterjuffers, kloosterzusters, kloosternonnen, kloostermaagden, zusters, bruiden des Heer, masoeurs, koorvrouwen, van de wereld wegtrekkenden/terugtrekkenden,


+

De Congrega'tie (= verzameling, officiele naam: Sodali'tium, Sodaliteit'), een bijzonder soort vrome vereniging, met als doel het verrichten van godvruchtige of liefdadige werken.

De congregatie onderscheidt zich van de gewone vrome vereniging, doordat zij als organieke corporatie is ingericht, d.  w.  z.  dat de leden (congreganisten) stemrecht of zeggenschap hebben.  De congreganisten of congregatieleden van de Congregatie zijn ook leden van een broederschap, opgericht ter bevordering van de openbare eredienst.

De Congregaties moeten in de Katholieke Kerk door de bevoegde kerkelijke overheid zijn opgericht of goedgekeurd.
Zo zijn er de Romeinse Congregaties, Religieuze Congregatie en Mariacongregatie.

Wednesday, 27 October 2010

Congregatie

Congregatie (kongregatie): congregation (ME congregacioun fr.  MF & L congregation, congregatio), the act of congregating,: an assemblage of persons (or things); gathering, assembly of persons, body of Christians, body of believers; company or order of religious persons; deliberative meeting of governing body.  In the Old Testament a name given to the children of Israel.
F: Congrégation D: Gemeinde I: Parrocchiani



Under this tag "congregatie" you shall be able to find articles mostly talking about the community of men that together want to come to serve God.  The church community or fixed group of men that is part of an ecclesia or church. 

Further it shall be about the Old Testament name given to the children of Israel, the chosen People of God as used in. 

The community of men that stand behind one and the same belief point.  The administration body of a community.  Association of lay people or of clergymen who under ecclesiastic approval hold religious service.

But it can also be about 'The Congregation' (= collection, official name:  Sodali' tium, Sodaliteit'), a particular kind of pious association, with as purpose to perform godly work or charity. 

The congregation distinguishes itself of the usual pious association, because they are organized as a specific organic corporation, the members (congreganists) having the right to vote.  The Congregationalists or congregation members of The Congregation are also members of a brotherhood, set up to promote public service. 

In the Catholic Church the Congregations must be set up or approved by the competent ecclesiastic authorities.  As there are the Roman Congregations, Religious Congregation and Mary-congregation. 

+

Association, the members, the associated, those serving together and taking up an engagement, the belonging to, the inaugurated, the togetherness or assembling, the people meeting, the company, the alliance, confederation

confrery, confrère, partnership, trade-union, circle, federation, body, corps, corporation,  apostate, division, section, branching, department, clique, circle, coterie, club, debating-club, circle of friends, desk, collegium, governor, members list, guild,guildsmen, guildstaf, assembly, meeting, session, assembly, council session, members assembly, convent, conference






Congregatie (kongregatie) of broedergemeenschap, broederschap, gemeente of parochie, communiteit, geaffilieerden, aangeslotenen.

Op onze bladzijden zal het meestal gaan over de gemeenschap van mensen die samen willen komen om God te dienen.  De kerkgemeenschap of vaste groep van mensen die behoren tot een ecclesia of kerk.

Verder veel gebruikt voor de in het Oude Testament gegeven naam aan de kinderen van Israël, het verkozen Volk van God.

De gemeenschap van mensen die achter eenzelfde geloofspunt staan.  Bestuurslichaam van een gemeenschap.  Vereniging van leken of van geestelijken die onder kerkelijke goedkeuring godsdienstoefeningen houden.

+

Vereniging, de leden, de geassocieerden, diegenen die samen een engagement aangaan, de toebehorenden, de ingewijden of de ingekochten, de samen of bijeenkomenden, de samentreffenden, het gezelschap, de sociëteit, bondgenootschap, eedgenootschap,

aartsbroederschap, gildebroederschap, confrérie, vennootschap, veem, vakvereniging, kring, bond, lichaam, korps, corps, corporatie, gilde, apostolaat, afdeling, sectie, vertakking, departement, clique, cercle, coterie, club, debatingclub, vriendenkring bestuur, bureau, collegium, bestuurder, ledenlijst, gildestaf, vergadering, samenkomst, bijeenkomst, zitting, vergadering, raadszitting, achterraad, ledenvergadering, convent, congres, meeting,

groepsvertegenwoordiging, plenum vergaderplaats, vergaderzaal, verenigingslokaal, raadkamer, sociëteit, rendez-vous, gildehuis, gildekamer, kerkgemeenschap, godsdienstige groepering, godsdienstoverleg, overlegorgaan, geloofsorgaan de opname, aggregatie, incorporatie, coöperatie, voorzitting, leiding godsvruchtig orgaan, godvrezend orgaan, godsdienstige vereniging, godgevallige groepering, godgezinden, godminnenden, godlievenden, godverheerlijkenden,vromen, kerkgezinden,kerksen, heiligbegerigen, hemelsgezinden,godgelaten, devoten, religieuzen, pieuzen, piëtisten, God dienenden/prijzende/lovenden/erenden, godsgetrouwen

kerkbestuur, kerkregering, Bijbelcommissie, Bijbelgenootschap, Bijbelgetrouwen, herderlijke vereniging/genootschap, kloosterling, woudbroeder, heremiet, eremiet, kloostervolk, ordegeestelijken, ordebroeders, regulieren, lekenbroeders, kloosterjuffers, kloosterzusters, kloosternonnen, kloostermaagden, zusters, bruiden des Heer, masoeurs, koorvrouwen, van de wereld wegtrekkenden/terugtrekkenden,


+

De Congrega'tie (= verzameling, officiele naam: Sodali'tium, Sodaliteit'), een bijzonder soort vrome vereniging, met als doel het verrichten van godvruchtige of liefdadige werken.

De congregatie onderscheidt zich van de gewone vrome vereniging, doordat zij als organieke corporatie is ingericht, d.  w.  z.  dat de leden (congreganisten) stemrecht of zeggenschap hebben.  De congreganisten of congregatieleden van de Congregatie zijn ook leden van een broederschap, opgericht ter bevordering van de openbare eredienst.

De Congregaties moeten in de Katholieke Kerk door de bevoegde kerkelijke overheid zijn opgericht of goedgekeurd.
Zo zijn er de Romeinse Congregaties, Religieuze Congregatie en Mariacongregatie.

Friday, 23 July 2010

Let us meet in any suitable place



Father, let us meet in any suitable place to worship you
and let us be united with those Christians who gather together.

May I feel the strenght of a consecrated group of believers around the world.
Amen




Dutch version / Nederlandse versie > Laat ons samen komen

Laat ons samen komen


Vader, laat ons samen komen in eender welke bruikbare plaats
om u te dienen
en laat ons daar verenigd zijn met al die Christenen die er samenkomen.

Dat ik de sterkte mag voelen van een toegewijde groep van gelovigen rond de hele wereld.
Amen




English version / Engelse versie >Let us meet in any suitable place

Monday, 8 March 2010

Forming a soft white blanket


"Snowflakes are a fragile thing individually,
but look at what they can do when they stick together."
- Fernando Bonaventura

"If one falls down, his friend can help him up.
But pity the man who falls and has no one to help him up!
Also, if two lie down together, they will keep warm.
But how can one keep warm alone?
Though one may be overpowered, two can defend themselves.
A cord of three strands is not quickly broken."
Ecclesiastes 4:10-12

God, let my words get the stumbling right onto their feet again
 and make that I with several brethren and sisters can form one spirit,
and can spread Your Word and let others associate with us,
so that we can create one gentle blank carpet.

Dutch version / Nederlandse versie > Als sneeuwvlokken een zacht tapijt vormen

Als sneeuwvlokken een zacht tapijt vormen


„Sneeuwvlokken zijn individueel en een breekbaar ding,
maar bekijk wat zij kunnen doen wanneer zij samen plakken”
 - Fernando Bonaventura

„Als men neer valt, kan zijn vriend hem terug op de been helpen.
Maar heb medelijden met de man die valt en niemand heeft om hem recht te helpen!
Ook, als twee samen liggen, zullen zij elkaar warm houden.
Maar hoe kan één zich alleen warm houden?
Hoewel men overweldigd kan worden, kunnen twee elkaar verdedigen.
Een koord van drie bundels is niet snel gebroken.”
Predikers 4:10 – 12

God, laat mijn woorden struikelaars recht op doen staan
en maak dat ik met meerdere broeders en zusters één geest mogen vormen,
en uw woord doen verspreiden en weer anderen bij ons doen aansluiten,
zodat wij één zacht wit tapijt mogen vormen.

Engelse versie / English version > Forming a soft white blanket

Friday, 29 January 2010

To be chained by love for another one


“My freedom as a Christian requires always to be chained by love
 which I hear to have for another one.”
- Avery D. Miller

“In the long run the strength of love is more strongly demanding
than the strength of her to obtain right by the Lord.”
 - Lewis B. Smedes

“Christ requires that the floating strength in your life must be love.
All other things, although they are important, come on the second place.
Love is the sign of truth discipleship.
 - Solly Ozrovech

“Too frequently we underestimate the strength of a contact, a smile,
a pleasant word, a listening ear, an honest compliment or a small loving gesture.
Everything has the potential to change a life.”
 - Leo Buscaglia

“Hatred produces brawl or is a cause of violent acts,
love covers up all errors or all kinds of transgressions.”

Proverbs 10:12

“Above all are persons possessing compassionate affection that reaches out,
because “compassionate affection covers a multitude of sins.””

1 Petrus 4:8

“He who covers a transgression seeks love,
but he who repeats a matter separates friends.”

Proverbs 17:9

I want God that my soul continues be cleaned obeying truth.
Give that I shall know how to accept both friends and enemies of me
and to give love with sincere brethren love, with sincere brotherly affection.

Dutch version / Nederlandse versie > Geketend zijn door de liefde voor een ander
+++

2013 update

English: A young girl kisses a baby on the cheek.
English: A young girl kisses a baby on the cheek. (Photo credit: Wikipedia)
Enhanced by Zemanta

Geketend zijn door de liefde voor een ander


"Mijn vrijheid als een christen behoort altijd geketend te zijn
door de liefde die ik hoor te hebben voor een ander.
- Avery D. Miller


"In de lange adem is de kracht van de liefde meer vergend
dan de kracht van haar om gelijk te halen bij de Heer."

- Lewis B. Smedes

"Christus eist dat de drijvende kracht in je leven liefde moet zijn.
Alle andere dingen, hoewel ze belangrijk zijn, komen op de tweede plaats.
Liefde is het teken van ware discipelschap."
- Solly Ozrovech

"Te vaak onderschatten we de kracht van een aanraking, een glimlach, een vriendelijk woord,
een luisterend oor, een eerlijk compliment of een klein liefdevol gebaar.
Alles heeft de potentie om een leven te veranderen."
- Leo Buscaglia

“Haat brengt ruzie voort, liefde dekt alle fouten toe.”
Spreuken 10:12

“Beoefent vooral de onderlinge liefde met volharding,
want de liefde bedekt tal van zonden.”
1 Petrus 4:8

“Wie vriendschap zoekt, dekt fouten toe,
wie ze telkens oprakelt, verliest zijn vrienden.”
Spreuken 17:9

God, ik wil dat mijn ziel gereinigd blijft door de waarheid te gehoorzamen.
Geef dat ik zowel vrienden als vijanden van mij weet te aanvaarden
en te beminnen met oprechte broederliefde, met hart en vurigheid.

Engelse versie / English version > To be chained by love for another one

Het eerste op de lijst van de zorgen van de heilige

Hebt elkaar lief

Dit zou, natuurlijk, het eerste moeten zijn op de lijst van de zorgen van de heilige. En het meeste van wat op dit vlak is gezegd is duidelijk verwant met liefde. Maar aangezien wij het einde van deze wereldse zaken naderen, moeten wij een speciale inspanning leveren om nogmaals liefde te overwegen.

„De liefde is geduldig en vriendelijk. Zij benijdt niet, schept niet op, is niet trots. Zij is niet ruw, zoekt zich zelf niet, wordt niet gemakkelijk geïrriteerd, houdt geen verslagen bij van de slechte dingen. De liefde verrukt niet in kwaad maar verheugt zich met de waarheid. Het beschermt altijd, vertrouwt altijd, hoopt altijd, volhardt altijd“ (1 Cor. 13:4-7).

De God is een jaloerse God. Hij eist al onze liefde en aandacht. Maar omdat wij meer van God houden, houden wij dan minder van onze broeders? Onze liefde voor God is verschillend van onze liefde voor een andere persoon. Als wij echt van God houden, zullen wij onze liefde voor hem in praktische uitdrukkingen van liefde voor anderen tonen. De ware goddelijke liefde sluit geen menselijke liefde uit; eerder, verbetert zij deze.

Verzen 4-7 hierboven, bevatten een dozijn of zo kenmerken van Bijbelse „liefde“. Wij zullen beurtelings elke één overwegen:

 De „liefde is Geduldig“

Wij hebben het voorbeeld van Christus, die geduldig zijn discipelen onderwees en hen telkens weer hielp toen zij struikelden en geen geloof hadden. Ongetwijfeld waren er tijden dat hij zijn handen de hoogte in wilde werpen en de inspanningen totaal wilde opgeven, omdat zij zo langzaam waren om te leren en zo bij het handhaven van hun eigen natuurlijke affecties bleven. Maar hij hield zielsveel van hen; ondanks hun ontoereikendheid hield hij van hen; hij bad voor hen; en hij zette voort tot zijn inspanningen vrucht begonnen te dragen. Kunnen wij om het even wat minder voor onze broeders doen?

De „Liefde is Vriendelijk“

Dit Nederlandse woord „vriendelijk“ is één van die bleke, sentimentele woorden die geen enkele rechtvaardigheid geven aan het origineel. Wij zouden moeten zeggen, in plaats daarvan, dat de liefde attent is, een actieve, geïmpliceerde zorg voor de behoeften van anderen tonende, zelfs tot het nadeel van zijn eigen comfort. Wij denken waarschijnlijk allen over ons zelf als „vriendelijk“ zijnde, want wij zijn zeker nooit „onaardig“! Zijn wij?

„Als een broer of een zuster gebrek heeft aan dagelijks voedsel en met ziekte overladen zijn, en één van u zegt aan hen, `gaat in vrede, verwarmd u en wees voldaan,' zonder hen de dingen te geven die nodig zijn voor het lichaam, waarvoor dient het dan?“ (Jakobus 2:15,16).

Er zijn tijden wanneer een „vriendelijk woord“ niet meer is dan schijnheiligheid, omdat het het nalaat om op om het even welke praktische manier gemaskeerd te helpen. Hebben wij ons ooit aan zulk een handeling, in goedaardige, „vriendschappelijke“ onverschilligheid aan de omstandigheden van anderen schuldig gemaakt? Dan kunnen wij hoffelijk en burgerlijk en prettig geweest zijn, maar wij zijn niet „vriendelijk“ in de Bijbelse betekenis geweest, en wij zijn niet liefhoudend geweest.

De „Liefde Benijdt Niet“

De divergentie van giften onder de Korintiërs veroorzaakte afgunst. Eveneens, kan vandaag de afgunst uit vergelijkingen tussen broeders voortvloeien: „Wie is de betere spreker?“ „Waarom was hij de verkozen regelende Broeder?“ „Die-en-die willen alles doen, of die-en-die mogen alles doen. Wie gaf hem (of haar)verantwoordelijkheid?“ De persoon die dergelijke vragen kan stellen heeft in het hart niet de beste belangen voor het gehele lichaam.

De jaloersheid, of de afgunst, zijn een vreselijke ziekte, en vaak fataal in de geestelijke betekenis. Het vernietigt sneller zijn schepper of uitlokker dan door wie het wordt geleid.

De „Liefde schept niet op … is Niet Trots“

Afgunst en opschepperij zijn vrij nauw verwant. Zij stammen beide af van het zelfde basisprobleem: eigenliefde eerder dan liefde voor anderen. De ware liefde moet niet opdringerig zijn. Zij vergt geen aandacht. Zij kan zich veroorloven te wachten. Herinner wat Jezus van de arrogante farizeeërs, welke hun werken door mensen moesten worden gezien, zei: „Zij hebben al hun beloning.“ Laat dit niet van ons worden gezegd.

De „Liefde is Niet Ruw“

Soms moet een zachte waarschuwing of zelfs een strenge berisping worden toegepast. Het is mogelijk om juist te zijn om het juiste ding zelfs te zeggen maar om het absoluut op de verkeerde manier te zeggen. Een kritiek kan misschien werkelijk terecht zijn, maar als het met een superieure of trotse of overheersende manier wordt geleverd zal het geen goed resultaat bereiken. Zoals altijd, is het principe overweging voor anderen: Doe tegenover anderen zoals u wenst dat zij zouden doen tegenover u. In het kort… zie ze graag.

De „Liefde zoekt zich zelf niet“ of Liefde is niet eigenzuchtig”

Heeft u ooit deelgenomen aan een drie –benige loopwedstrijd? U kunt de snelste renner zijn bij de picknick, maar u zult uitgespreid op het gras beëindigen tenzij u aan de stijl van uw partner kunt aanpassen. Dit principe houdt ook waarheid in voor de ecclesia. Wij zijn alle lid van het ene lichaam, en wij moeten leren om als eenheid te functioneren. Wij worden „ samen ingespannen “ met onze broeders voor vele inspanningen; wij kunnen niet altijd de manier kiezen die ons het meest tevredenstelt.

Uw manier om dingen te doen kan altijd de beste zijn, maar het zal niet altijd door de meerderheid de verkozen wijze zijn. Wat doet u dan? Ga je verder of „val je er uit“? Er zijn gevallen geweest waarbij leden die vergaderingen verlieten wegens absoluut onbelangrijke meningsverschillen, waarin zij er niet in slaagden om hun eigen manier te krijgen en enkel niet genoeg konden buigen om samen met anderen te gaan. En zij, en soms hun families, hebben betaald voor die koppigheid met twintig of dertig jaar van aan zichzelf opgelegde isolatie.

Er is een uiterst verlichtende passage in dit verband: „Voor zelfs Christus stelde zich zelf niet tevreden “ (Romeinen 15:3).

Enkel zes kleine woorden, maar een wereld van terechtwijzing, aanmoediging en zelfonderzoek. Als zelfs Christus niet zich zelf plezierde, wie zijn wij dan om te denken dat de dingen altijd zouden moeten gaan volgens onze manier? Wie zijn wij om ons zelf in alles te gelieven?

De “Liefde wordt Niet gemakkelijk Boos“ of de “Liefde is Niet Geïrriteerd”

Een persoon die de ware liefde van God bezit heeft een geest van vrede die geen andere heeft. In het midden van geschil en controverse, blijft hij een rust onderhouden en behoudt hij een redenerende mening, en een mogelijkheid om vrede te handhaven. Hij heeft die zelfde binnensereniteit die Christus door zijn grote proeven ondersteunde.

Een persoon in zulk een kader van geestelijke vorming kan door anderen niet worden beledigd. Hij wordt niet uitgedaagd tot het knarsetanden of wraak. Hij vertrouwt op de gunst van God, hij weet dat er een definitieve uitspraak is die alle schade zal herstellen, en hij is niet bezorgd over wat een mens aan hem ondertussen zou kunnen doen. Als God voor hem is, wie kan dan tegen hem zijn?

 De „Verrukkingen van de Liefde ligt Niet in Kwaad, Maar in Waarheid“

Indien een gedachte ooit zou kunnen worden gekoppeld aan „laat een mens zich zelf onderzoeken“, dan is dit het zeker! Doen wij allen dit niet? Luisteren wij niet allen naar geruchten, roddels en kwade insinuaties? Leiden wij allen soms niet genoegen af uit de tekortkomingen van anderen, vooral van deze die eerder modellen van rechtvaardigheid schenen te zijn?

Wij beoordelen ons door de normen van anderen, en wanneer wij dit doen zijn wij blij om hen te zien vallen. Wij neigen te denken dat wij verhevene worden als onze broeder neer wordt gehaald. Maar wanneer wij volgens deze norm leven bederven wij volledig het onderwijs van Paulus van de eenheid van het lichaam van Christus en de afhankelijkheid van één lid op een ander. Deze hooghartige ideeën verliezen hun betekenis wanneer de samenwerking door de concurrentie wordt vervangen.

De „Liefde Beschermt altijd“

Wij moet verder gaan dan het voorbeeld van Christus. Christus droeg onze zonden in zijn lichaam op de martelpaal, en meer dan dat hij ons verdriet droeg dat hij een perfecte bemiddelaar zou kunnen zijn.

De geest treuzelt op een beeld, misschien voor velen bekend. Één jongen met een jongere op zijn rug. „Hij is niet zwaar. Hij is mijn broer!“ De spanning is duidelijk daar, maar hij draagt zijn last graag. Alle dingen zijn relatief, is het niet zo? Ja, op meer manieren dan één! Wij zijn bereid om voor onze families te doen wat ondraaglijk lijkt indien gedaan voor anderen.

Zitten wij op zondag ochtend in de vergadering met het gevoel dat diegenen met wie wij brood breken werkelijk onze familie zijn? Of zijn onze uitdrukkingen van „Broer Smith“ en „Zuster Jones“ slechts een formeel, gestileerd adres? Laat ons die familieverhouding waarvan de Bijbel zo vaak spreekt beleven; laat ons verheugen met hen die zich verheugen, en huilen met hen die wenen. Laat ons elkaars lasten dragen, en zo de wet van Christus vervullen (Gal. 6:2).

De „Liefde Hoopt altijd… Volhardt altijd “

Het Leven van de Christen van liefde is een blij bestaan. In het midden van verdriet en pijnen, verheugt hij zich in de grote giften van de Schepper.

Zijn oog is stevig plaatste op de hoop die als een berg vóór hem oprijst. Er kan een vallei over te steken zijn alvorens hij die verre piek bereikt. Maar hij verwijdert nooit zijn oog van die glorieuze toekomst; en alle kleine vervelendheden en ongemakken van het leven worden gezien voor wat zij zijn - het over stenen stappen onderweg naar het Koninkrijk. Paulus Zegt op een andere plaats: „Ik weet allebei hoe vernederd te zijn, en ik het weet hoe rijk te zijn; overal waar en in alle dingen ben ik opgeleid zowel om voldaan als hongerig te zijn, zowel om rijk te zijn als aan behoefte te lijden. Ik kan alle dingen door Christus doen die me versterkt“ (Filippenzen 4:12,13).

Al dat wat God ons heeft gegeven - rijkdom, talenten, intelligentie, gezondheid - vermindert met het verstrijken van tijd. De mens wordt oud en sterft. Slechts de liefde blijft, als brug tussen dit leven en komend leven, een brug over de kloof van verschillen van eeuwige nietsheid. Elke andere gift of talent zal ontbreken, zoals de giften van de Heilige Geest uiteindelijk ophielden. Het enige ding dat blijft is het karakter van de mens, ingegraveerd in de oneindige geest van God.

  - Broeder George Booker·
Een Nieuwe Creatie; Een Handboek voor Nieuwe Christadelphians, Jonge Christadelphians, en Toekomstige Christadelphians Hoofdstuk 46

 > A New Creation;
A Manual for New Christadelphians, Young Christadelphians, and Prospective Christadelphians Chapter 46


Engels origineel / English original > The first on the list of the concerns of the saint

Friday, 20 November 2009

Broeders van Christus

De "Christadelphians Multiply Group" wordt zoals de praatgroep "Bijbelonderzoekers" onderhouden door Bijbelonderzoekers die behoren tot de Christadelphians of Broeders in Christus. Is er een verschil tussen "Broeders van Christus" en "Broeders in Christus"?

Maar wat zijn deze "Broeders en zusters in Christus" en wat wordt in de bijbel verstaan onder "Broeder in Christus"?

Elles gaat in over de geestelijke broers en schreef hierover: "De 'geringste broeders' van Christus" - Matth. 25:40.

> Broers en Broeders
> Christadelphians Wie zij zijn en wat zij doen?

Waar staan de wereldse Broeders in Christus voor en wat geloven zij? > Mijn Geloof

Wat is met of van christus zijn of één zijn met Christus? > Eén met Christus
+ > Relatie tot Christus 

Tuesday, 7 July 2009

Character transformed by the influence of our fellowships


"Character is transformed by the influence of our fellowships. No man can become good merely by trying. A deepening character is generally the unconscious result of consciously chosen influences. Find a friend, believe in him and love him; see a great cause and give yourself to its work; feel the power of a book and saturate yourself with its spirit; find a brotherhood of spirits like yours in aspiration and join it; and loving your friend, serving your cause, absorbing your book, and co-operating with your brotherhood, do not think too much about your own character, for your character will take care of itself. You cannot choose to be Christ-like and attain your choice by trying; but you can choose Christ for your Friend, His Kingdom for your cause, the Bible for your Book, the Ecclesia for your Brotherhood, and these consciously chosen influences will unconsciously transform your life."

-------
"The Manhood of the Master" (1913) - Harry Emerson Fosdick (1878-1969)

"We all, with unveiled face reflecting as a mirror the glory of the Lord,
are transformed into the same image from glory to glory,
even as from the Lord the Spirit"
2 Corinthians 3:18
Dutch translation / Nederlandse vertaling > Karakter omgezet door de invloed van onze omgang

Karakter omgezet door de invloed van onze omgang


"Karakter is omgezet door de invloed van onze omgang. Geen mens kan goed worden alleen maar door te proberen. Een verdiepend karakter is doorgaans het onbewuste gevolg van bewust gekozen invloeden. Zoek een vriend, geloof in hem en hou van hem, zie een grote redenen geef jezelf naar het werk, voel de kracht van een boek en verzadigd uzelf met haar geest; vindt een broederschap van gelijkgestemde geesten, zoals de uwe in aspiratie, en verenig je er mee; en je vriend liefhebbend, ten dienste van uw zaak, uw boek absorberend, en samenwerkend met uw broederschap, denk niet te veel over je eigen karakter, daar je personage zal zorg dragen voor zichzelf. Je kunt niet kiezen als Christus te zijn en uw keuze bereiken door te proberen, maar u kunt kiezen voor uw vriend Christus en Zijn Koninkrijk voor uw zaak , de Bijbel voor uw boek, de Ecclesia voor uw Broederschap, en deze bewust gekozen invloeden zullen onbewust je leven transformeren. "

-------
"De mannelijkheid van de Meester" (1913) - Harry Fosdick Emerson (1878-1969)

"Wij allen, met onthuld gelaat weerspiegelend als een spiegel van de heerlijkheid van de Heer,
worden omgezet in hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid,
zelfs als de Heer de Geest"
2 Corinthiërs 3:18

English original / Engels origineel > Character transformed by the influence of our fellowships

Wednesday, 15 April 2009

Compassion and Discipline

"But suppose the sinner persists in his way or seeks to defend it so as to be injurious to the harmony of the whole assembly. What then? The counsel and commandment of the apostles are quite clear. The line is to be drawn in order to preserve the spirit and practice of the Lord Jesus in the congregation. In this connection it is worthwhile remembering an Old Testament word which runs:

"These ... things doth the Lord hate ... a proud look ... and he that soweth discord among brethren." (Proverbs 6:16-19)

Under the rule of Christ, as in Old Testament times, the time comes when the recalcitrant person must cease to be regarded as a member of the congregation. Fellowship cannot be sustained because, in effect, it has already been severed by the persistence in error of the person concerned. This is the final resort and a source of great sorrow. The Scripture which enjoins this action reads as follows:

"Now we command you, brethren, in the name of the Lord Jesus Christ, that ye withdraw yourselves from every brother that walketh disorderly, and not after the tradition which he received of us ... and if any man obey not our word by this epistle, note that man, and have no company with him, that he may be ashamed. Yet count him not as an enemy, but admonish him as a brother." (2 Thessalonians 3:6-15)

"Now I have written unto you not to keep company, if any man that is called a brother be a fornicator, or covetous, or an idolater, or a railer, or a drunkard, or an extortioner; with such an one no not to eat." (1 Corinthians 5:11)

"If any man teach otherwise, and consent not to wholesome words, even the words of our Lord Jesus Christ, and to the doctrine which is according to godliness; he is proud, knowing nothing, but doting about questions and strifes of words, whereof cometh envy, strife, railings, evil surmisings, perverse disputings of men of corrupt minds, and destitute of the truth, supposing that gain is godliness: from such withdraw thyself." (1 Timothy 6:3-5)"

--------------------------
---
Brother Harry Tennant
Fellowship
The Christadelphians - What they Believe and Preach

Tuesday, 14 April 2009

Integrity of the fellowship

"The first happy community became distressed by heresies and by men who liked to have the pre-eminence over others. This resulted in schism and fragmentation. The apostles made every effort to rebuke and educate those in error, sometimes with success and sometimes not. We might ask what happened to those who refused to return to their former belief. Such persons had already broken the fellowship based on a common belief and, when the position became intolerable or entrenched, the apostles instructed the congregation in which it occurred to exclude the delinquent person from their company. This would apply particularly to the breaking of bread service which was one of the highest expressions of fellowship. In other words, whilst the brethren strove hard to recover those who had gone astray in a matter of the faith, they also had a responsibility for the integrity of the fellowship itself which they had to preserve when recovery of the wayward proved impossible. This was secured by excluding the heretic from their midst. Often, of course, the heretic would leave of his own accord.

These verses illustrate the action taken:

"He that abideth in the doctrine of Christ, he hath both the Father and the Son. If there come any unto you, and bring not this doctrine; receive him not into your house, neither bid him God speed: for he that biddeth him God speed is a partaker of his evil deeds." (2 John 9, 10)

"Warn a divisive person once, and then warn him a second time. After that have nothing to do with him." (Titus 3:10, N.I.V.)

However, as will be seen from the many verses quoted in this chapter, fellowship is not only a matter of common tenets of faith, it is also a common way of life. The word "doctrine" means
teaching, and teaching concerns what we believe and what we do.

The apostles' doctrine therefore concerned a common faith and the life in Christ. Godliness is part of fellowship.

Unfortunately, all of us sin from time to time. What happens to the disciple when he sins? Does he leave the fellowship of Christ?
Certainly, if he knowingly persists in his sin and remains unrepentant, his fellowship is deeply affected and severance occurs. In the mercy of God provision is made for the disciple to receive forgiveness by seeking it through the Lord Jesus Christ in prayer:

"If we confess our sins, he is faithful and just to forgive us our sins, and to cleanse us from all unrighteousness. If we say that we have not sinned, we make him a liar, and his word is not in us." (1 John 1:9, ­10)

There are, nevertheless, sins which, because they are grievous and bring the body of believers into disrepute, need more open treatment by the congregation. The elders should seek to restore the offender whilst also rejecting the sin which he has committed:

"Brethren, if a man be overtaken in a fault, ye which are spiritual, restore such an one in the spirit of meekness; considering thyself, lest thou also be tempted. Bear ye one another's burdens, and so fulfil the law of Christ." Galatians 6:1-2)

"Brethren, if any of you do err from the truth, and one convert him; let him know that he which converteth the sinner from the error of his way shall save a soul from death, and shall hide a multitude of sins." (James 5:19-20)

"Them that sin rebuke before all, that others also may fear." (1 Timothy 5:20)

Compassion and renewal in the right way are the twin components of this path of understanding and restoration. Tolerance of deeply offensive unChristian conduct would do neither the offender nor the congregation any good whatsoever; bitter and immediate rejection of the offending disciple would itself be unlike the patient and cleansing restorative work of the Lord himself. Wisdom in the Word of God, a deep desire to uphold the godly standards of the Lord Jesus Christ whilst keeping the fallen from destruction, and an awareness of our common frailty, are essential elements in this work of recovery."

--------------------------
---
Brother Harry Tennant
Fellowship
The Christadelphians - What they Believe and Preach

Monday, 13 April 2009

Fellowship

"FELLOWSHIP is an important Bible word. It is particularly prominent in the New Testament. Fellowship means sharing, partaking and having in common. The word is translated in all of those ways as the following, fully representative selection of passages will indicate:

"Then they that gladly received his word were baptized ... and they continued stedfastly in the apostles' doctrine and fellowship, and in breaking of bread, and in prayers." (Acts 2:41-42)

"That which we have seen and heard declare we unto you, that ye also may have fellowship with us: and truly our fellowship is with the Father, and with his Son Jesus Christ." (1 John 1:3)

"God is faithful, by whom ye were called unto the fellowship of his Son Jesus Christ our Lord." (1 Corinthians 1:9)

"The cup of blessing which we bless, is it not the communion of the blood of Christ? The bread which we break, is it not the communion of the body of Christ? for we being many are one bread and one body: for we are all partakers of that one bread." (1 Corinthians 10:16-17)

"If there is any ... participation in the Spirit ... complete my joy by being of the same mind, having the same love, being in full accord and of one mind." (Philippians 2:1, R.S.V.)

"Be ye not unequally yoked together with unbelievers: for what fellowship hath righteousness with unrighteousness? and what communion hath light with darkness?" (2 Corinthians 6:14)

"If we say that we have fellowship with him, and walk in darkness, we lie, and do not the truth but if we walk in the light, we have fellowship one with another, and the blood of Jesus Christ his Son cleanseth us from all sin." (1 John 1:6-7)

"That I may know him (Christ) and the power of his resurrection, and may share his sufferings, becoming like him in his death, that if possible I may attain the resurrection from the dead." (Philippians 3:10, 11, R.S.V.)

"And do not forget to do good and to share with others, for with such sacrifices God is pleased ..."
(Hebrews 13:16, N.I.V.)

"Command those who are rich ... to do good, to be rich in good deeds, and to be generous and willing to share." (1 Timothy 6:17, 18, N.I.V.)

"Our hope of you is steadfast, knowing that as ye are partakers of the sufferings, so shall ye be also of the consolation." (2 Corinthians 1:7)

"I (Peter) ... am ... a witness of the sufferings of Christ, and also a partaker of the glory that shall be revealed ..." (1 Peter 5:1)

"He has granted to us his precious and very great promises, that through these you may escape from the corruption that is in the world because of passion, and become partakers of the divine nature." (2 Peter 1:4, R.S.V.)

"The grace of the Lord Jesus Christ, and the love of God, and the communion of the Holy Spirit, be with you all." (2 Corinthians 13:14, R.V.)

From the foregoing it will be seen that fellowship has many elements. Some parts seem to be the foundation for the others. Let us set out these different parts under the headings of foundations and life:

Foundations

The apostles and their teaching
The promises of God
The forgiveness of sins and the blood of Jesus Christ

Life

The Body of Believers
The Breaking of Bread (Communion)
The Unity of believers in love, purpose and mind
The life of the individual believer in association with Christ
Living close to the Father and the Son

In addition to these two parts, there is the promise of ultimately sharing the divine nature by being blessed with immortality.

Fellowship becomes a very practical and living thing when based on these principles. It embraces all that it means to be a disciple
Discipleship is fellowship.

Let us suppose that someone outside this fellowship came alone and asked how he might share it. What would the answer be? We could at once assure him that such fellowship is possible for anyone, because the way has been made known for us in the Bible.
We could say also that it is not a mysterious process by which we wait for God to impart something to us from heaven. Some people have burdened themselves with this latter notion, and have waited for God to act directly upon them. This is not the process described in any of the verses we have quoted. Fellowship is made possible through the Word of God.

To be specific, the way to fellowship is through the apostles' doctrine or teaching. This teaching is the challenge to our existing fellowship outside Christ. When we learn of the great and precious promises of God made certain by the sacrifice of Christ, the moment of choice comes along sooner or later. Am I to remain walking in darkness in fellowship with the world? Am I to stay in the fellowship of death? Or, shall I step into the light in response to the call of the Gospel, and come to the new fellowship in Christ?
Fellowship comes by enlightenment and belief, by repentance and baptism, and by commitment to the new way of life. In this way the blood of Christ cleanses us from all sin and we enter into the fellowship of God and His Son. We share the apostles' doctrine and the hope which they proclaimed.

The believer's fellowship is both inclusive and exclusive. He does not choose his companions in the fellowship; they are chosen by the very process which brought him into a relationship with God. There can be no artificial barriers of sex, colour, race, class or caste. All who hold the same faith in truth and submit to its discipline by baptism share a common heritage. They are members of the commonwealth of Israel and have a common hope.
The Lord makes believers one in him:

"There can be neither Jew nor Greek, there can be neither bond nor free, there can be no male and female: for ye all are one man in Christ Jesus." (Galatians 3:28, R.V.)

"There is one body and one Spirit, even as ye are called in one hope of your calling; one Lord, one faith, one baptism, one God and Father of all, who is above all, and through all, and in you all." (Ephesians 4:4-6)

From these declarations, it follows that there should be one united Christian community throughout the world. Throughout history this unity has suffered from the ravages of false doctrine and the human lust for power over one's fellow men. This evil was already at work or threatened in New Testament times:

"And they continued stedfastly in the apostles' doctrine and fellowship, and in breaking of bread, and in prayers ... and all that believed were together, and had all things common ... and they, continuing daily with one accord ... did eat their meat with gladness and singleness of heart, praising God." (Acts 2:42-47)

"Now I beseech you, brethren, by the name of our Lord Jesus Christ, that ye all speak the same thing, and that there be no divisions among you; but that ye be perfectly joined together in the same mind and in the same judgement. For it hath been declared unto me ... that there are contentions among you." (1 Corinthians 1:10-11)

"But if it is preached that Christ has been raised from the dead, how can some of you say that there is no resurrection of the dead?" (1 Corinthians 15:12, N.I.V.)

"Do not be misled: 'Bad company corrupts good character. 'Come back to your senses as you ought, and stop sinning; for there are some who are ignorant of God ­ I say this to your shame." (1 Corinthians 15:33-34, N.I.V.)

"For I (Paul) know this, that after my departing shall grievous wolves enter in among you, not sparing the flock. Also of your own selves shall men arise, speaking perverse things, to draw away disciples after them." (Acts 20:29-30)

"I marvel that ye are so quickly removing from him that called you in the grace of Christ unto a different gospel; which is not another gospel: only there are some that trouble you, and would pervert the gospel of Christ." (Galatians 1:6-7, R.V.)

"For many walk, of whom I have told you often, and now tell you even weeping, that they are enemies of the cross of Christ ..." (Philippians 3:18)

"They went out from us, but they were not of us; for if they had been of us, they would no doubt have continued with us: but they went out, that they might be made manifest that they were not all of us." (1 John 2:19)"

---------------------------
Brother Harry Tennant
Fellowship
The Christadelphians - What they Believe and Preach

Saturday, 6 December 2008

Broeder Sirwan in veiligheid

Broeder Sirwan, zijn vrouw en twee dochters, welke uit Irak zijn gevlucht naar Turkije zijn aanvaard door de UNHCR en zullen spoedig overgevlogen worden naar een westers land.