Jezus werd als Redder naar de aarde gestuurd om het
Koninkrijk van God tot leven te brengen. Al is hij aan een paal
ter dood gebracht is hij terug levend gemaakt door diezelfde Vader die er voor gezorgd had dat hij hier was. Dankzij God de Vader is de zoon nu nog ter beschikking om ons te sturen.
"Indien een man in mij blijft, blijf ik in hem, en zal hij veel vruchten dragen" (Johannes 15:5). zegt Jezus naar zijn toehoorders, en "wie wil horen, hore" "wie zien wil, zijn ogen worden geopend". Hiermede is de hoofdvraag gesteld of wij wel willen horen en zien.
In het verleden zijn er reeds aangesteld over volken en over koninkrijken, om ze uit te rukken en af te breken, om ze te vernielen en te verwoesten, om ze op te bouwen en te planten. (Jeremia 1:10)
Doorheen de geschiedenis kunnen wij regelmatig herlevingsmomenten in het Christendom waarnemen. Momenten van verdraaiing, revolte, afbraak, wederopbouw en herleving.
In de 19de eeuw was er nogmaals een herleving van mensen die ernstig het
Woord van God wensten te onderzoeken en
Dit Woord opvolgen en niet zozeer op het
woord van mensen blijven voortborduren.
Ook
Dr. Thomas was zulk een
onderzoeker van de
Bijbel die ook zijn oor te luisteren legde bij ander
Bijbelonderzoekers. Maar ook omgekeerd waren er mensen die meer over de
Waarheid wensten te weten komen en luisterden naar Dr. Thomas en zijn
volgelingen.
Algemeen kwam het er op neer dat zij echte volgelingen wensten te worden van een man die zo vele honderden jaren voor hen had geleefd. Zij waren er van overtuigd dat die Jood een Boodschapper van God was welke die Beloofde
Redder was waarover zovelen voor hem al hadden over gesproken. Jaren op voorhand was hij aangekondigd en nu had de wereld hem kunnen zien en horen.
Wij kunnen hem niet meer ontmoeten.Wij zullen in hem moeten geloven zonder hem te zien of persoonlijk te horen. Want horen spreken kunnen wij in zekere zin wel, doordat datgene wat hij gezegd heeft is opgetekend geworden door verscheidene schrijvers. Die geschriften kunnen wij lezen en ter harte nemen.
Indien wij die optekeningen ter harte willen nemen en met een juiste
gezindheid of hartetoestand lezen zullen wij ook voldoende inzicht krijgen om onze volgende stappen te zetten.
Aan het begin van onze huidige tijdrekening was die arbeiderszoon
Jezus een veel besproken figuur die in opspraak kwam. Het liep zelfs zodanig de spuigaten uit dat hij als een zware crimineel ter dood werd gebracht.
Voor die Jezus van Nazareth de dood vond had hij vele gelegenheden gevonden om onder het volk te komen en met zeer velen te praten. Met zijn aanhangers kwam hij samen in de open natuur en durfde ook discussies aangaan met tegenstanders in
synagoges.
In de eerste eeuw van onze tijdrekening was er geen formeel lidmaatschap van een Jezusgenootshap of een soort Jezuskerk. Als Jood beleed Jezus trouwens zijn godsdienst in de
synagoge. Zijn
aanhangers volgden hem en op andere tijdstippen kwamen zij ook
bijeen met volgelingen van hem. Deze bijeenkomsten gebeurden onafhankelijk van elkaar en met slechts een liefde-verplichting naar God die de mensen samen bracht en naar elkaar die wensten samen bijeen te komen.
Het doel van diegenen die samen kwamen was elkaar te laten aanvoelen hoe zij ook in bewondering stonden voor die ene man die er in sloeg zuiver te blijven, getrouw aan God, zichzelf opzij durfde te zetten voor anderen. Zij wilden
Jezus volgen en wensten
gelovigen te worden; alsook wilden zij gelijkgestemde geesten ontmoeten. De begeesterden vonden het fijn om andere gelijkgezinden te ontmoeten en stelden dan ook alles in het werk om meerdere gelegenheden te hebben om elkaar te ontmoeten.
Het gebeurde wel dat er op die bijeenkomsten eerste leerlingen of apostels van Jezus bij waren, maar dat hoefde niet altijd zo te zijn. Onderling kwamen zij ook bijeen in elkaars huizen of tuinen. Soms waren ouderen aanwezig, vaak niet. De samenkomende werden aanschouwd als "de
kerk" en sloeg niet op een specifiek
gebouw maar op de aanhangers van Jezus die bezig waren met het bijeenkomen en het verkondigen.
Het Griekse woord voor "
kerk" is "
ekklesia" welk eenvoudig die verwijst naar die vergadering, meeting of naar diegenen die "werden uitgeroepen". "Kerk" was een onreligieus woord. Het verwees slechts naar een groep van mensen. In dit geval de groep van mensen die aanhangers van Jezus waren.
In enkele van onze artikelen zult u kunnen vinden dat "Kerk" geen organisatie is, gebouw, of een ontmoeting van enigerlei soorten. In de echte zin van het woord zou het woord gewoon een groep van mensen moeten beduiden die Christus volgen. Toen Jezus zei "ik zal mijn kerk bouwen" had hij het niet over een letterlijk gebouw dat hij ging oprichten, maar over een gemeenschap die hij zou vormen en ondersteunen.
De te bouwen "Kerk" betekende eenvoudig dat hij een uitgeroepen groep of menigte of
genootschap of
vergadering ging vormen.
Taal is een gegeven dat in tijd verandert. Een levend iets zijn moeten wij ons bewust zijn van hoe dat veranderde en soms kan het ook hulpzaam zijn om te weten waardoor het veranderde.
Het woord "Kerk" kon ook niet ontsnappen aan de wispelturigheid van het volk en haar taal.
Vandaag heeft men meerder betekenissen voor het woord "kerk" terwijl wij toch moeten vaststellen dat de meeste mensen toch in eerste instantie danken aan een kerkgebouw, in tweede instantie aan de
Rooms Katholieke Kerk, in derde instantie aan de instelling van de Katholieke Kerk en eigenlijk vergeten velen te denken aan de geloofsgemeenschap van die mogelijke 'kerken'.
Daarom komt het er echt op aan dat wij de mensen leren inzien dat 'kerk' veel meer omhelst dan een kerkgebouw of één bepaalde denominatie van het Christendom. Wij moeten hen tonen dat het meer dan slechts een betekenis heeft dan zij willen selecteren. Want uiteindelijk heeft het ook te maken met een
wil tot
keuze maken. Het al of niet willen inzien van iets.
Het is heel behulpzaam om "kerk" duidelijk te definiëren. Een
ecclesia moet het als één van haar taken zien om dat op te klaren. Wij kunnen ook het woord genootschap of bijeenkomst of
broeders of
heiligen of
volgelingen gebruiken.
De volgelingen van Christus en hun aanhangers kwamen samen om God in hun midden te voelen en samen die ervaring te delen, en dat is wat wij nog steeds vandaag moeten doen. Zij zaten niet achterover om enkel maar te luisteren naar iemand die daar wat stond te verkondigen. Zij wachtten niet op een dominee om hen een preek te geven van op de kansel, of voor een muziekleider om hen een lied te laten zingen of slechts voor ouderlingen om te bidden. Zij kwamen samen om van de aanwezigheid van elkaar te genieten en om aan een
vergadering deel te nemen om de Heer te loven. Zij wisten hoe Jezus overal rond ging (het gebroken-hart genas, gevangenen bevrijdde, de aanvaarding van God verkondigde, enz.) om te
verkondigen en de realiteit, liefde en macht van het Koninkrijk te demonstreren. Diegenen die lief en leed met elkaar wensten te delen in de naam van Jezus Christus waren bewust met welke soort taak hun
Hoofdleraar hen gelast had.
Jezus nam de
Gospel naar de straten en vertelde iedereen uit te gaan in de wereld en het
Goed Nieuws te verspreiden.
Om dat nieuws kenbaar te kunnen maken moeten wij dit zeker niet "binnenkamers" houden. Dat Goede Nieuws moet niet enkel tot een bepaald gebouw beperkt blijven. Wij moeten het woord naar buiten brengen. Dit betekent dat kerk, in de eerste plaats een overgang moet zijn van een "kom zien" plaats naar een "ga en wees met de verlorenen" beweging. Wij moeten gaan waar mensen reeds uit en hangen bereid zijn gesprekken aan te gaan met hen over de geweldige liefde van ons leven.
Om het Goede Nieuws te verspreiden moeten wij uit gaan naar diegenen die het nog niet kennen. Als
gemeenschap moeten wij de
ongelovigen tonen dat wij een gemeenschap van gelovigen zijn met een opmerkelijke hoop. Wij kunnen hen gewaar laten worden dat wij een levende gemeenschap zijn die ook van deze tijd kan zijn, maar welbepaalde
prioriteiten voorop stelt.
Zij die samen komen en aldus 'kerk' vormen moeten als ecclesia hun
doelstellingen kenbaar maken. zij moeten duidelijk maken dat zij slechts samen komen om hun leven met elkaar te delen, de Vader te vereren en te loven. Hun bijeenkomst moet naar de buitenwereld toe ook een teken van
verbondenheid zijn en de onderlinge eenheid tonen van ware volgelingen van Jezus Christus die er van genieten om als broeders en zusters bijeen te komen.
Zo voor bijeenkomsten, wanneer de alle Mensen van God in een plaats bijeenkomen is het voor een tijd waar "alle dingen worden gedaan om elkaar op te bouwen " of "om de kerk te versterken" (1 Korinthiërs 14:26).
Al de verscheidene kerkbijeenkomsten zijn voor het
Lichaam van Christus, "om elkander tot liefde en goede daden aan te sporen" (Hebreeën 10:24-25) en in nauw contact te brengen met onze Verrezen heer Jezus Christus. Die bijeenkomsten zijn (bijbels) geen tijd van openbaar spektakel waarbij er slechts één of enkelen voor de bezoekers en leden het woord en handelingen verrichten. Het was en hoort een tijd te zijn, waarbij alle aanwezigen hun liefde voor God kunnen uiten en zich kunnen richten op die relatie met God en op de verhoudingen met anderen en op de verdieping in het Woord.
Een meeting voor broeders en zusters in Christus kunnen overal plaats hebben waar andere mensen zijn. Zo kunt u samen komen in kroegen, winkelcentra, restaurants, parken, vergaderzalen. U zou kunnen zeggen dat wij kerk nodig hebben waar reeds mensen uit hangen. Daar waar de mensen zijn moet de kerk komen. Wij hebben een kerk nodig in ieder winkelcentrum, iedere Carrefour, Bijkorf, Sainsbury of Tesco. Kerken kunnen daar gaan waar de mensen zijn. Kerken kunnen snel beginnen en vlug overal reproduceren. Op deze manier wordt de kerk wat het hoort te beteken: een "gangbare" beweging.
De homosapiens is niet gecreëerd om op zijn eigen te zijn.
Mensen werden ontworpen om elkaar nodig te hebben en om op elkaar te kunnen vertrouwen. Mensen werden ontworpen om van elkaar te leren en te groeien door de liefhebbende wisselwerking met andere mensen.
Dat zou ook de intentie van het bijeenkomen moeten zijn: samen zijnd onder de vleugels van Christus Jezus. Samenkomend met mensen met een zelfde voorkeur om in een liefhebbende verhouding met andere gelovigen zich te vinden en elkaar de gelegenheid te geven om op een andere wijze te beginnen te leven en om een nieuwe bevrijdende weg in te slaan voor een nieuw leven.
Kleine groepen van mensen hebbend die samen komen in publieke of private aangelegenheden zou je
huiskerken kunnen noemen, maar wij zouden toch liever verkiezen om hen Ecclesiae (de meervoudsvorm van ecclesia of Kerk/ekklesia) te noemen.
Samenkomend zij zou iedereen dezelfde intentie moeten hebben, waarbij zij hun liefde voor God kenbaar maken en hun gelooft in de zoon tonen, die gewillig was voor ons te sterven aan de martelpaal. Samenkomend in de ecclesia moet de gemeenschap van gelovigen de intentie hebben om een bijeenkomst te hebben van gelijkgezinde gelovigen die de liefde voor elkaar als broers en zussen in Christus zouden moeten delen.
De 'Kerk' of beter de ecclesia kan dan de plaats worden waar wij mensen treffen om ons aan te moedigen wanneer wij het nodig hebben en mensen vinden om ons te ontwikkelen. Het zou de plaats moeten zijn waar wij het ontzagwekkende geschenk hebben om van een steunstructuur te te mogen gebruik maken om op te vertrouwen wanneer dingen moeilijk worden.
Terwijl de huidige denominatie-kerken meestal kopies van elkaar vormen moet de ene ecclesia helemaal geen juiste kopie van de andere ecclesia te zijn. Iedereen is
verschillend zo ook kan iedere ecclesia verschillend zijn. Iedere toestand is verschillend zo kan iedere dienst eveneens
verschillend zijn. Wij hebben geen stel van Gemeenschappelijke Gebeden, Kerkboek of een missaal nodig om een strikte volgorde in de dienst na te volgen.
Een gemeenschap creërend die veilig en is die de eigen liefde van God reflecteert is niet zo maar iets dat gebeurt. De ecclesia moet de weerspiegeling van het lichaam van Christus zijn. Dat lichaam heeft ook meerdere ledematen die ook verschillend van elkaar zijn. Iemand moet het aandurven om zich kwetsbaar op te stellen, te riskeren zich vrij te uiten en te zeggen "Dit is wie ik echt ben". Wij moeten in de ecclesia tegelijk geestelijk en menselijk zijn.
Zoals in een
familie zouden wij rond ons leven moeten voelen en er ons bewust van moeten zijn dat er buiten het
gezin ook leven is. Naast de ecclesia is er ook leven, zowel in de wereld maar ook in de broederschap. Wij zouden de verschillen van
karakters en de verschillen van toestanden moeten herkennen. Onze
menselijkheid zou gemeenschappelijk met iedereen moeten gedeeld worden. Onze menselijkheid delend maakt ons niet zwak — het maakt ons dicht bij andere mensen staand. Het staat ons toe dat Bijbelse bevel "te volbrengen om een ander aan te nemen zoals Christus u heeft aangenomen". Iemand moet opzettelijk over bepaalde grenzen durven gaan, met het nemen van het risico om de maskers te verwijderen. In deze omgeving van aanvaarding zullen anderen hetzelfde doen en zal zich de ware gemeenschap kunnen ontwikkelen.
Wij zouden plaats moeten maken voor mensen om met elkaar te delen. En door het creëren van een mooie atmosfeer kunnen wij elkaar helpen om los te komen. Daar moet tijd voor gemaakt worden, wat kan gebeuren tijdens maaltijden, bijeenkomsten. Door in een ecclesia zulk een gelegenheden te creëren waarbij in de samenkomst meerdere zaken kunnen gedeeld worden zal men een lekker samenzijn krijgen waar mensen ruimte hebben om hun ervaringen met anderen te delen. Het open stellen om samen het leven te delen met de ander maakt deel uit van het opstellen als broer en zuster van elkaar. De ecclesia moet het zo ver krijgen dat iedereen dat gevoel van broederschap kan hebben en zich bereid voelt om te durven durven delen en om van de anderen aan te nemen als uw broer of zus.
Goede verhoudingen zijn op de onontkoombaarheid van conflicten gebouwd waartegen wordt gekeken en de mogelijke oplossingen die men aandurft om te onderzoeken. De verhouding van die conflicten en oplossituaties zijn geschoeid in de mogelijkheid om de ecclesia zelfs sterker te maken. Verhoudingen of relaties worden gemaakt ons te doen groeien. Wij moeten met de echte kwesties van
pijn,
trots,
woede,
communicatie en
vergevingsgezindheid omgaan.
Een Kerk of ecclesia maken betekend dat men zich open moet stellen naar de ander. Wat dan ook hun positie in het leven of wat hun interesse ook mogen zijn, moeten wij oog en oor voor hen hebben. Geïnteresseerd te worden in die dingen dat zij doen, lezen, zien op televisie, enz. maakt deel uit van de saamhorigheid. Daarin moeten wij aannemen dat wij dichter bij de één dan bij de ander kunnen staan. Maar wij zouden ons er ook bewust van moeten maken dat niet alle verhoudingen verdergaan gaan of even 'close' moeten zijn, zelfs wanneer zij goed zijn. Het deel uitmaken van een transformatie-familie zou nauw aan het hart en ziel moeten liggen en zou dat moeten uitmaken waarvan het betekent de "kerk" te "zijn".
Het zijn die bijeenkomsten van gelovigen die de kerk maken en uitreiken om de buren te zegenen en buurten te herstellen. Elke ecclesia of Kerk zou een klein hart van een gemeenschap moeten zijn. De rode bloedcellen van de
Parochie die de zuurstof aan brengt en energie voor de gehele gemeenschap oplevert.
Samen moeten wij proberen samen te werken zodat wij het schone verse bloed iedere dag van de week een heel jaar er doorheen krijgen.
Welk
voedsel, haar kwaliteit en hoeveelheid hangen af van keuzes, maar in iedere gemeenschap zou het kostbaarste voedsel en hoofdgerecht het Woord van God moeten zijn. Alles zou rond de Bijbel moeten gecentreerd worden.
Wij kunnen vele verschillende Kerken ontmoeten, maar voor iedereen van hen zou de hoogste prioriteit de Liefde voor de Ene en Enige Ware
Elohim God de
Almachtige Jehova/
Jahweh en Zijn Woord moeten zijn, plus het verspreiden van de Gospel, het Goed Nieuws van de Redder
Jezus/
Yeshua, de
Messias, zijn
terugkeer en het
Koninkrijk van God.
Diegenen die reeds zijn gedoopt zouden degenen moeten zijn die de anderen onderrichten. Zij zouden het Goed Nieuws van het
Komende Koninkrijk moeten verkondigen. Indien wij slechts ' zoeker vriendelijk' contact handhaven en de "informatie" buiten zetten en zo maar voortdoen en vasthoud aan een "godsdienstige portie bedien ons" zal iemand, ergens, ons wekken en zullen wij kunnen beseffen wat echt nodig is en moet gedaan worden doordat de ander "mij op het hart zal drukken wat er moet gebeuren in het doen van wat God uiteindelijk wil.
In de Bijbel kunnen wij vinden: "Zoals u, geliefde, wel goed weet dat onze hoogste plicht juist is het geweten te vormen zodat wij kunnen weten hoe wij voor God en onze buur staan. Daarom moeten wij ook snel aan deze woorden vasthouden en gewoon worden aan de uitdrukking : "Zoon, wees van goed gejuich, uw zonden zijn vergeven" en zulke gezegdes waarvan de Gospel vol van staat".
Een meeting of vergadering moet dus aantrekkelijk genoeg zijn voor iedereen en van goed gejuich en met een open geest zijn, zodat de samenkomst het gevoel kan geven dat iedereen die daar bijeenkomt ook welkom is.
Zoals eerder aangehaald zouden wij aan de mensen het gevoel moeten geven en
inzicht dat hoewel wij deel van deze
wereld zijn (er in levede en er in levend moeten blijven) wij gewillig ons willig bezig houden met de dingen die
eeuwig zijn. Anderen moeten opmerken dat wij "deelnemers van de goddelijke natuur" zijn. Indien wij ons Christen, een volgeling van Christus, willen noemen, moeten wij de levensstijl van Jezus
volgen. Ook moeten wij zoals hij zichzelf uitsloot ons zelf wegcijferen ten voordele van anderen. Alle eigen ingenomenheid moet weggewerkt worden. Eigen ingenomenheid in ons hart, het egocentrisme en
egoïsme, de lelijke houdingen en gedachten en alles dat niet in de
natuur van God is zou moeten onttroond worden en moeten gekruisigd. Er is geen andere definitie in het Woord van God voor "
christendom" (Mattheus 10:34-39; 13:44; Lukas 14:33; Markus 10:19-22).
Als aanhangers van Christus zullen wij niet enkel moet betrachten waardige
kinderen van God te worden en ons in de zelfde manier als Jezus te gedragen. Wij zouden ons moeten opstellen als een broer of zus van iedereen rond ons met dezelfde affectieve liefde als de Nazarener man die bereid was zijn leven te geven. Hoewel dat moeilijker is dan het merendeel van ons denken en al zou dit vermoedelijk niet meer noodzakelijk zijn voor ons om die gelijkaardige beslissing te nemen. Maar het doden kan ook in de figuurlijk betekenis vandaag nog opgaan.
Wij moeten de
mensheid er op drukken om eeuwigheid te aanvaarden ook al zullen zij ons dan uitmaken en van ons vinden dat wij dogmatische, enggeestige en onverdraagzame goedgelovigen zijn. Ook al zouden zij ons beschuldigen zou het nog geen reden mogen zijn om stilzwijgend aan de zijkant te gaan staan. Al de verwijtende uitlatingen zullen wel genoeg zijn om vele van ons te intimideren en het stilzwijgenop te leggen. Er is niets gênanter en intimiderender naar de moderne Christen dan beschouwd te worden als eng en dogmatisch. Ook het gebruik van
Gods Naam zal velen doen lachen met ons en velen toch zo ver kunnen brengen dat zij die
naam niet durven uit spreken. Maar het komt er op aan dat wij die naam wel degelijk kenbaar maken. dat was een van de vele opdrachten welke God aan Zijn volk had gegeven.
De ecclesia zou naar de buitenwereld ook moeten laten zien wie zij in de kuip heeft. Wij zouden overeenstemmend onze geloof moeten leven en dit moet tonen dat wij echt geloven dat God een dag heeft voorbereid waarop Hij de wereld in rechtschapenheid zal
beoordelen. Dit moet wereldwijd bekend gemaakt worden, niet door mensen die (enkel) de correcte
doctrine brengen, maar door hen die met een brandende overtuiging komen van wat zij zullen moeten verwachten. Hoewel onze apostolische taak is een ongewenst en onwelkom bericht naar een onverschillige wereld te brengen, is het een bericht dat wij enkel kunnen brengen in dezelfde verhouding als wij kunnen demonstreren. Wij zullen moeten uitgaan in de wereld om te gaan prediken. Het gaan getuigen behoort te gebeuren in eigen huis maar ook daarbuiten, plus ook onder elkaar in de gemeenschap van gelovigen. Steeds moet er de intentie in de ecclesia zijn om blijvend te getuigen.
Maar als hechte gemeenschap moeten wij samen komen met de inspirerende gedachten zich te laten begeesteren en te voeren met de inspiratievolle gedachten om het werk voor God te kunnen doen.
Misschien moeten wij de wereld ondersteboven keren en daarom moet iedereen in de ecclesia zich klaarmaken omdat te kunnen doen. Elkeen in de gemeenschap van gelovigen die samen de ecclesia vormen heeft de taak om elkaar te helpen om te kunnen slagen.
Samen zouden wij ervoor zorg moeten dragen dat iedereen beseft wat hun verantwoordelijkheid is in de
opbouw van anderen en hoe zij hun steentje zullen moeten bijdragen om iedereen mee te
helpen zich op te bouwen en er zorg voor te dragen dat niemand zou gaan
verzwakken of machteloos worden of dat ze een onbeduidende kerk zouden worden die geen
zuiverheid of ijver of
persoonlijkheid heeft.
Het Geestelijke voedsel in ons hart dragende zouden wij het met iedereen rondom ons in de ecclesia en buiten in de wereld moeten delen. En met diegenen die samen komen om het Woord van God te delen kunnen wij ook samen een
liefdemaaltijd houden. Samen
eten en
drinken terwijl wij de tijd nemen om gezellig over onze ervaringen praten en over hoe wij dat Woord ervaren. Het organische voedsel van de wereld kan in ons hervat worden, maar wij moeten bewust zijn dat het op de juiste manier zou moeten gekweekt of gecultiveerd moet worden waarmee God zou akkoord gaan. Daarom in respect van God Zijn creatie zouden wij respect naar Zijn planten en dieren en naar de mensen rond ons moeten tonen.
Wij zouden de
zaden moeten nemen en zouden de tarwe van het kaf moeten scheiden. Er kan veel dood hout zijn, maar door het snoeiwerk en ijveren voor het verse groen kunnen wij een mooie tuin ontwikkelen.
De ecclesia zou vooruit moeten kijken om zulk een mooie tuin te cultiveren waarin velen graag zouden willen vertoeven.
Het mag een oord van gezond genot zijn, waarin iedereen samen plezier kan hebben en samen kan groeien in gratie en kennis van de
Vader,
zoon en
Heilige Geest.
Steek de hand uit naar elke niet-Christen in iedere plaats elke keer opnieuw. Iedereen van de geloofsgemeenschap zal kunnen merken, als zij voldoende gestimuleerd worden, dat zij ook die vele gelegenheden die God voor hen voorziet om te getuigen, dat ook zullen kunnen gaan waarmaken. Het zal durf vergen en tijd vragen, maar al doende zal men leren en hindernissen weten te overbruggen.
Door zich gehoorzaam op te stellen aan de
Allerhoogste Heer des heren zal men kunnen groeien en verder mee kunnen werken om de gehele geloofsgemeenschap te doen groeien. Hiervoor zal iedereen zich moeten voor open stellen en ontvankelijk de grond moeten laten bevruchten.
Onze tijd hier tesamen op de aarde is slechts van zeer korte duur. Onze tijd samen met een wederzijdse ruil van levens zal ook spoedig ten einde komen. Dus laten wij de tijd die ons rest goed gebruiken om niet enkel elkaar te vermanen maar meer om elkaar
aan te moedigen. (Hebreeën 10:24-25)
Durft over anderen niet enkel de slechte dingen te zien en te klagen, maar merk de goede dingen op. Durft ook te zeggen "Wij zouden dit of dat kunnen doen" in plaats van "moeten doen". Creëer beweegredenen voor iedereen.
Laten wij als gemeenschap van gelovigen de goede houding aannemen om de juiste ingesteldheid te kweken bij iedereen die zich bij ons wil aansluiten in die ecclesia.
Zoals in een fijn gezin zouden wij een gemeenschap moeten vormen van gewillige kinderen, geïnteresseerd om altijd te leren en te groeien, dit steeds met elkaars helpende hand en volgens de
Will van God.
Dat diegenen die zich verbinden in het
Ware Geloof bewust zijn van de
beloften van God en Zijn
Plan voor de gehele wereld. Dat zij er gezamenlijk aan werken om de instructies over vreugde en lijdend op te volgen en vreugdevol uit te kijken naar
beloning die God voor Zijn geliefden heeft voorzien.
Als gemeenschap moeten wij Gods
redding delen en er zorg voor dragen dat iedereen gered kan blijven. Hoewel wij allen verschillende persoonlijkheden zijn is de eenheid in hetzelfde geloof betreft Jezus de Messias de drijvende factor voor de gehele gemeenschap en moet het die gedeelde hoop zijn welke iedereen levensvreugde geeft en iedereen in dezelfde hoop-voor-de-toekomst doet delen.
Ons deel is trouwe schepen van de liefde van God te zijn (2 Korinthiërs 4:7; 2 Timothéus 2:21). Laten wij daarom er zeker van zijn ijverig en gehoorzaam naar het bevel te zijn "om uitvoeringsvolgelingen te zijn". Dat is duidelijk geen passief bevel.
+
How and what 'you can eat' to get the best intentions you can read in:
An Organic Church in the line of what God wants What to expect from a Christadelphian meeting?Vind meer onder / Please do find more about the Ecclesia in: