Hier op het Europese continent mogen wij er ons op verwachten dat heel wat mensen tegen 2050 zouden kunnen gaan behoren tot tweederde van de wereldbevolking die in steden wonen. En in de stad loop je al sneller het risico om de band met de natuur kwijt te raken. Gelukkig zijn er vandaag al stedelingen die de natuur weer in de stad trachten te brengen.
‘Als je wilde planten om je heen ziet, kan je ontspannen en voel je je gelukkiger.’Tijdens de afzonderingstijd voor CoViD-19 viel het op dat meerdere mensen zich ongelukkig begonnen te voelen, alhoewel men zou kunnen zeggen dat ze nu toch een extra vakantie tijd kregen. Maar zo voelde het voor hen niet aan. Weinigen leken ook echt de tijd te nemen om de natuur opnieuw te gaan ontdekken.
Heel wat mensen zijn de natuur ontgroeit; toch moeten we beseffen dat dit virus een teken aan de wand is dat wij drastisch het roer moeten omgooien. Door het onjuist behandelen van dieren gebruik van het voedsel is voor de zoveelste keer in rij een virus over ons gekomen. Dit maal heeft het de mens goed bij de keel gegrepen. Meer dan de vorige coronavirussen haalt dit coronavirus zijn slag thuis.
Toen men zich slechts beperkt kon verplaatsen was het heel wat stiller geworden in de omgeving, waardoor de dierengeluiden weer meer hoorbaar waren. Maar ook de dieren konden de verandering gerust waarderen en voelden zich vrijer om hier en daar toch verder op het pad te gaan, waardoor wij ook meer wilde dieren te zien kregen.
Het werd een verademing voor de natuur.
En daar kunnen wij gerust meer naar streven.
Het wordt echt belangrijk om er eens goed over na te denken hoe wij met ons zelf en de natuur willen omgaan.
No comments:
Post a Comment