Showing posts with label kerkgemeenschap. Show all posts
Showing posts with label kerkgemeenschap. Show all posts

Monday 9 May 2011

Intenties van de ecclesia

Een verkorte Engelse versie is beschikbaar / English shortened version: Intentions of an Ecclesia

Jezus werd als Redder naar de aarde gestuurd om het Koninkrijk van God tot leven te brengen. Al is hij aan een paal ter dood gebracht is hij terug levend gemaakt door diezelfde Vader die er voor gezorgd had dat hij hier was. Dankzij God de Vader is de zoon nu nog ter beschikking om ons te sturen.

"Indien een man in mij blijft, blijf ik in hem, en zal hij veel vruchten dragen" (Johannes 15:5). zegt Jezus naar zijn toehoorders, en "wie wil horen, hore" "wie zien wil, zijn ogen worden geopend". Hiermede is de hoofdvraag gesteld of wij wel willen horen en zien.

In het verleden zijn er reeds aangesteld over volken en over koninkrijken, om ze uit te rukken en af te breken, om ze te vernielen en te verwoesten, om ze op te bouwen en te planten. (Jeremia 1:10)
Doorheen de geschiedenis kunnen wij regelmatig herlevingsmomenten in het Christendom waarnemen. Momenten van verdraaiing, revolte, afbraak, wederopbouw en herleving.

In de 19de eeuw was er nogmaals een herleving van mensen die ernstig het Woord van God wensten te onderzoeken en Dit Woord opvolgen en niet zozeer op het woord van mensen blijven voortborduren.
Ook Dr. Thomas was zulk een onderzoeker van de Bijbel die ook zijn oor te luisteren legde bij ander Bijbelonderzoekers. Maar ook omgekeerd waren er mensen die meer over de Waarheid wensten te weten komen en luisterden naar Dr. Thomas en zijn volgelingen.
Algemeen kwam het er op neer dat zij echte volgelingen wensten te worden van een man die zo vele honderden jaren voor hen had geleefd. Zij waren er van overtuigd dat die Jood een Boodschapper van God was welke die Beloofde Redder was waarover zovelen voor hem al hadden over gesproken. Jaren op voorhand was hij aangekondigd en nu had de wereld hem kunnen zien en horen.

Wij kunnen hem niet meer ontmoeten.Wij zullen in hem moeten geloven zonder hem te zien of persoonlijk te horen. Want horen spreken kunnen wij in zekere zin wel, doordat datgene wat hij gezegd heeft is opgetekend geworden door verscheidene schrijvers. Die geschriften kunnen wij lezen en ter harte nemen.

Indien wij die optekeningen ter harte willen nemen en met een juiste gezindheid of hartetoestand lezen zullen wij ook voldoende inzicht krijgen om onze volgende stappen te zetten.

Aan het begin van onze huidige tijdrekening was die arbeiderszoon Jezus een veel besproken figuur die in opspraak kwam. Het liep zelfs zodanig de spuigaten uit dat hij als een zware crimineel ter dood werd gebracht.
Voor die Jezus van Nazareth de dood vond had hij vele gelegenheden gevonden om onder het volk te komen en met zeer velen te praten. Met zijn aanhangers kwam hij samen in de open natuur en durfde ook discussies aangaan met tegenstanders in synagoges.

In de eerste eeuw van onze tijdrekening was er geen formeel lidmaatschap van een Jezusgenootshap of een soort Jezuskerk. Als Jood beleed Jezus trouwens zijn godsdienst in de synagoge. Zijn aanhangers volgden hem en op andere tijdstippen kwamen zij ook bijeen met volgelingen van hem. Deze bijeenkomsten gebeurden onafhankelijk van elkaar en met slechts een liefde-verplichting naar God die de mensen samen bracht en naar elkaar die wensten samen bijeen te komen.
Het doel van diegenen die samen kwamen was elkaar te laten aanvoelen hoe zij ook in bewondering stonden voor die ene man die er in sloeg zuiver te blijven, getrouw aan God, zichzelf opzij durfde te zetten voor anderen. Zij wilden Jezus volgen en wensten gelovigen te worden; alsook wilden zij gelijkgestemde geesten ontmoeten. De begeesterden vonden het fijn om andere gelijkgezinden te ontmoeten en stelden dan ook alles in het werk om meerdere gelegenheden te hebben om elkaar te ontmoeten.

Het gebeurde wel dat er op die bijeenkomsten eerste leerlingen of apostels van Jezus bij waren, maar dat hoefde niet altijd zo te zijn. Onderling kwamen zij ook bijeen in elkaars huizen of tuinen. Soms waren ouderen aanwezig, vaak niet. De samenkomende werden aanschouwd als "de kerk" en sloeg niet op een specifiek gebouw maar op de aanhangers van Jezus die bezig waren met het bijeenkomen en het verkondigen.

Het Griekse woord voor "kerk" is "ekklesia" welk eenvoudig die verwijst naar die vergadering, meeting of  naar diegenen die "werden uitgeroepen". "Kerk" was een onreligieus woord. Het verwees slechts naar een groep van mensen. In dit geval de groep van mensen die aanhangers van Jezus waren.

In enkele van onze artikelen zult u kunnen vinden dat "Kerk" geen organisatie is, gebouw, of een ontmoeting van enigerlei soorten. In de echte zin van het woord zou het woord gewoon een groep van mensen moeten beduiden die Christus volgen. Toen Jezus zei "ik zal mijn kerk  bouwen" had hij het niet over een letterlijk gebouw dat hij ging oprichten, maar over een gemeenschap die hij zou vormen en ondersteunen.

De te bouwen "Kerk" betekende eenvoudig dat hij een uitgeroepen groep  of menigte of genootschap of vergadering ging vormen.

Taal is een gegeven dat in tijd verandert. Een levend iets zijn moeten wij ons bewust zijn van hoe dat veranderde en soms kan het ook hulpzaam zijn om te weten waardoor het veranderde.
Het woord "Kerk" kon ook niet ontsnappen aan de wispelturigheid van het volk en haar taal.
Vandaag heeft men meerder betekenissen voor het woord "kerk" terwijl wij toch moeten vaststellen dat de meeste mensen toch in eerste instantie danken aan een kerkgebouw, in tweede instantie aan de Rooms Katholieke Kerk, in derde instantie aan de instelling van de Katholieke Kerk en eigenlijk vergeten velen te denken aan de geloofsgemeenschap van die mogelijke 'kerken'.

Daarom komt het er echt op aan dat wij de mensen leren inzien dat 'kerk' veel meer omhelst dan een kerkgebouw of één bepaalde denominatie van het Christendom. Wij moeten hen tonen dat het meer dan slechts een betekenis heeft dan zij willen selecteren. Want uiteindelijk heeft het ook te maken met een wil tot keuze maken. Het al of niet willen inzien van iets.

Het is heel behulpzaam om "kerk" duidelijk te definiëren. Een ecclesia moet het als één van haar taken zien om dat op te klaren. Wij kunnen ook het woord genootschap of bijeenkomst of broeders of heiligen of volgelingen gebruiken.

De volgelingen van Christus en hun aanhangers kwamen samen om God in hun midden te voelen en samen die ervaring te delen, en dat is wat wij nog steeds vandaag moeten doen. Zij zaten niet achterover om enkel maar te luisteren naar iemand die daar wat stond te verkondigen. Zij wachtten niet op een dominee om hen een preek te geven van op de kansel, of voor een muziekleider om hen een lied te laten zingen of slechts voor ouderlingen om te bidden. Zij kwamen samen om van de aanwezigheid van elkaar te genieten en om aan een vergadering deel te nemen om de Heer te loven. Zij wisten hoe Jezus overal rond ging (het gebroken-hart genas, gevangenen bevrijdde, de aanvaarding van God verkondigde, enz.) om te verkondigen en de realiteit, liefde en macht van het Koninkrijk te demonstreren. Diegenen die lief en leed met elkaar wensten te delen in de naam van Jezus Christus waren bewust met welke soort taak hun Hoofdleraar hen gelast had.

Jezus nam de Gospel naar de straten en vertelde iedereen uit te gaan in de wereld en het Goed Nieuws te verspreiden.

Om dat nieuws kenbaar te kunnen maken moeten wij dit zeker niet "binnenkamers" houden. Dat Goede Nieuws moet niet enkel tot een bepaald gebouw beperkt blijven. Wij moeten het woord naar buiten brengen. Dit betekent dat kerk, in de eerste plaats een overgang moet zijn van een "kom zien" plaats naar een "ga en wees met de verlorenen" beweging. Wij moeten gaan waar mensen reeds uit en hangen bereid zijn gesprekken aan te gaan met hen over de geweldige liefde van ons leven.

Om het Goede Nieuws te verspreiden moeten wij uit gaan naar diegenen die het nog niet kennen. Als gemeenschap moeten wij de ongelovigen tonen dat wij een gemeenschap van gelovigen zijn met een opmerkelijke hoop. Wij kunnen hen gewaar laten worden dat wij een levende gemeenschap zijn die ook van deze tijd kan zijn, maar welbepaalde prioriteiten voorop stelt.
Zij die samen komen en aldus 'kerk' vormen moeten als ecclesia hun doelstellingen kenbaar maken. zij moeten duidelijk maken dat zij slechts samen komen om hun leven met elkaar te delen, de Vader te vereren en te loven. Hun bijeenkomst moet naar de buitenwereld toe ook een teken van verbondenheid zijn en de onderlinge eenheid tonen van ware volgelingen van Jezus Christus die er van genieten om als broeders en zusters bijeen te komen.

Zo voor bijeenkomsten, wanneer de alle Mensen van God in een plaats bijeenkomen is het voor een tijd waar "alle dingen worden gedaan om elkaar op te bouwen " of "om de kerk te versterken" (1 Korinthiërs 14:26).
Al de verscheidene kerkbijeenkomsten zijn voor het Lichaam van Christus, "om elkander tot liefde en goede daden aan te sporen" (Hebreeën 10:24-25) en in nauw contact te brengen met onze Verrezen heer Jezus Christus. Die bijeenkomsten zijn (bijbels) geen tijd van openbaar spektakel waarbij er slechts één of enkelen voor de bezoekers en leden het woord en handelingen verrichten. Het was en hoort een tijd te zijn, waarbij alle aanwezigen hun liefde voor God kunnen uiten en zich kunnen richten op die relatie met God en op de verhoudingen met anderen en op de verdieping in het Woord.

Een meeting voor broeders en zusters in Christus kunnen overal plaats hebben waar andere mensen zijn. Zo kunt u samen komen in kroegen, winkelcentra, restaurants, parken, vergaderzalen. U zou kunnen zeggen dat wij kerk nodig hebben waar reeds mensen uit hangen. Daar waar de mensen zijn moet de kerk komen. Wij hebben een kerk nodig in ieder winkelcentrum, iedere Carrefour, Bijkorf, Sainsbury of Tesco. Kerken kunnen daar gaan waar de mensen zijn. Kerken kunnen snel beginnen en vlug overal reproduceren. Op deze manier wordt de kerk wat het hoort te beteken: een "gangbare" beweging.

De homosapiens is niet gecreëerd om op zijn eigen te zijn. Mensen werden ontworpen om elkaar nodig te hebben en om op elkaar te kunnen vertrouwen. Mensen werden ontworpen om van elkaar te leren en te groeien door de liefhebbende wisselwerking met andere mensen.

Dat zou ook de intentie van het bijeenkomen moeten zijn: samen zijnd onder de vleugels van Christus Jezus. Samenkomend met mensen met een zelfde voorkeur om in een liefhebbende verhouding met andere gelovigen zich te vinden en elkaar de gelegenheid te geven om op een andere wijze te beginnen te leven en om een nieuwe bevrijdende weg in te slaan voor een nieuw leven.

Kleine groepen van mensen hebbend die samen komen in publieke of private aangelegenheden zou je huiskerken kunnen noemen, maar wij zouden toch liever  verkiezen om hen Ecclesiae (de meervoudsvorm van ecclesia of  Kerk/ekklesia) te noemen.

Samenkomend zij zou iedereen dezelfde intentie moeten hebben, waarbij zij hun liefde voor God kenbaar maken en hun gelooft in de zoon tonen, die gewillig was voor ons te sterven aan de martelpaal. Samenkomend in de ecclesia moet de gemeenschap van gelovigen de intentie hebben om een bijeenkomst te hebben van gelijkgezinde gelovigen die de liefde voor elkaar als broers en zussen in Christus zouden moeten delen.

De 'Kerk' of beter de ecclesia kan dan de plaats worden waar wij mensen treffen om ons aan te moedigen wanneer wij het nodig hebben en mensen vinden om ons te ontwikkelen. Het zou de plaats moeten zijn waar wij het ontzagwekkende geschenk hebben om van een steunstructuur te te mogen gebruik maken om op te vertrouwen wanneer dingen moeilijk worden.

Terwijl de huidige denominatie-kerken meestal kopies van elkaar vormen moet de ene ecclesia helemaal geen juiste kopie van de andere ecclesia te zijn. Iedereen is verschillend zo ook kan iedere ecclesia verschillend zijn. Iedere toestand is verschillend zo kan iedere dienst  eveneens verschillend zijn. Wij hebben geen stel van Gemeenschappelijke Gebeden, Kerkboek of een missaal nodig om een strikte volgorde in de dienst na te volgen.

Een gemeenschap creërend die veilig en is die de eigen liefde van God reflecteert is niet zo maar iets dat gebeurt. De ecclesia moet de weerspiegeling van het lichaam van Christus zijn. Dat lichaam heeft ook meerdere ledematen die ook verschillend van elkaar zijn. Iemand moet het aandurven om zich kwetsbaar op te stellen, te riskeren zich vrij te uiten en te zeggen "Dit is wie ik echt ben". Wij moeten in de ecclesia tegelijk geestelijk en menselijk zijn.

Zoals in een familie zouden wij rond ons leven moeten voelen en er ons bewust van moeten zijn dat er buiten het gezin ook leven is. Naast de ecclesia is er ook leven, zowel in de wereld  maar ook in de broederschap. Wij zouden de verschillen van karakters en de verschillen van toestanden moeten herkennen. Onze menselijkheid zou gemeenschappelijk met iedereen moeten gedeeld worden. Onze menselijkheid delend maakt ons niet zwak — het maakt ons dicht bij andere mensen staand. Het staat ons toe dat Bijbelse bevel "te volbrengen om een ander aan te nemen zoals Christus u heeft aangenomen". Iemand moet opzettelijk over bepaalde grenzen durven gaan, met het nemen van het risico om de maskers te verwijderen. In deze omgeving van aanvaarding zullen anderen hetzelfde doen en zal zich de ware gemeenschap kunnen ontwikkelen.

Wij zouden plaats moeten maken voor mensen om met elkaar te delen. En door het creëren van een mooie atmosfeer kunnen wij elkaar helpen om los te komen. Daar moet tijd voor gemaakt worden, wat kan gebeuren tijdens maaltijden, bijeenkomsten. Door in een ecclesia zulk een gelegenheden te creëren waarbij in  de samenkomst meerdere zaken kunnen gedeeld worden zal men een lekker samenzijn krijgen waar mensen ruimte hebben om hun ervaringen met anderen te delen. Het open stellen om samen het leven te delen met de ander maakt deel uit van het opstellen als broer en zuster van elkaar. De ecclesia moet het zo ver krijgen dat iedereen dat gevoel van broederschap kan hebben en zich bereid voelt om te durven durven delen en om van de anderen aan te nemen als uw broer of zus.

Goede verhoudingen zijn op de onontkoombaarheid van conflicten gebouwd waartegen wordt gekeken en de mogelijke oplossingen die men aandurft om te onderzoeken. De verhouding van die conflicten en oplossituaties zijn geschoeid in de mogelijkheid om de ecclesia zelfs sterker te maken. Verhoudingen of relaties worden gemaakt ons te doen groeien. Wij moeten met de echte kwesties van pijn, trots, woede, communicatie en vergevingsgezindheid omgaan.

Een Kerk of ecclesia maken betekend dat men zich open moet stellen naar de ander. Wat dan ook hun positie in het leven of wat hun interesse ook mogen zijn, moeten wij oog en oor voor hen hebben. Geïnteresseerd te worden in die dingen dat zij doen, lezen, zien op televisie, enz. maakt deel uit van de saamhorigheid. Daarin moeten wij aannemen dat wij dichter bij de één dan bij de ander kunnen staan. Maar wij zouden ons er ook bewust van moeten maken dat niet alle verhoudingen verdergaan gaan of even 'close' moeten zijn, zelfs wanneer zij goed zijn. Het deel uitmaken van een transformatie-familie zou nauw aan het hart en ziel moeten liggen en zou dat moeten uitmaken waarvan het betekent de "kerk" te "zijn".

Het zijn die bijeenkomsten van gelovigen die de kerk maken en uitreiken om de buren te zegenen en buurten te herstellen. Elke ecclesia of Kerk zou een klein hart van een gemeenschap moeten zijn. De rode bloedcellen van de Parochie die de zuurstof aan brengt en energie voor de gehele gemeenschap oplevert.

Samen moeten wij proberen samen te werken zodat wij het schone verse bloed iedere dag van de week een heel jaar er doorheen krijgen.
Welk voedsel, haar kwaliteit en hoeveelheid hangen af van keuzes, maar in iedere gemeenschap zou het kostbaarste voedsel en hoofdgerecht het Woord van God moeten zijn. Alles zou rond de Bijbel moeten gecentreerd worden.

Wij kunnen vele verschillende Kerken ontmoeten, maar voor iedereen van hen zou de hoogste prioriteit de Liefde voor de Ene en Enige Ware Elohim God de Almachtige Jehova/Jahweh en Zijn Woord moeten zijn, plus het verspreiden van de Gospel, het Goed Nieuws van de Redder Jezus/Yeshua, de Messias, zijn terugkeer en het Koninkrijk van God.

Diegenen die reeds zijn gedoopt zouden degenen moeten zijn die de anderen onderrichten. Zij zouden het Goed Nieuws van het Komende Koninkrijk moeten verkondigen. Indien wij slechts ' zoeker vriendelijk' contact handhaven en de "informatie" buiten zetten en zo maar voortdoen en vasthoud aan een "godsdienstige portie bedien ons" zal iemand, ergens, ons wekken en zullen wij kunnen beseffen wat echt nodig is en moet gedaan worden doordat de ander "mij op het hart zal drukken wat er moet gebeuren in het doen van wat God uiteindelijk wil.

In de Bijbel kunnen wij vinden: "Zoals u, geliefde, wel goed weet dat onze hoogste plicht juist is het geweten te vormen zodat wij kunnen weten hoe wij voor God en onze buur staan. Daarom moeten wij ook snel aan deze woorden vasthouden en gewoon worden aan de uitdrukking : "Zoon, wees van goed gejuich, uw zonden zijn vergeven" en zulke gezegdes waarvan de Gospel vol van staat".

Een meeting of vergadering moet dus aantrekkelijk genoeg zijn voor iedereen en van goed gejuich en met een open geest zijn, zodat de samenkomst het gevoel kan geven  dat iedereen die daar bijeenkomt ook welkom is.

Zoals eerder aangehaald zouden wij aan de mensen het gevoel moeten geven en inzicht dat hoewel wij deel van deze wereld zijn (er in levede en er in levend moeten blijven) wij gewillig ons willig bezig  houden met de dingen die eeuwig zijn. Anderen moeten opmerken dat wij "deelnemers van de goddelijke natuur" zijn. Indien wij ons Christen, een volgeling van Christus, willen noemen, moeten wij de levensstijl van Jezus volgen. Ook moeten wij zoals hij zichzelf uitsloot ons zelf wegcijferen ten voordele van anderen. Alle eigen ingenomenheid moet weggewerkt worden. Eigen ingenomenheid in ons hart, het egocentrisme en egoïsme, de lelijke houdingen en gedachten en alles dat niet in de natuur van God is zou moeten onttroond worden en moeten gekruisigd. Er is geen andere definitie in het Woord van God voor "christendom" (Mattheus 10:34-39; 13:44; Lukas 14:33; Markus 10:19-22).

Als aanhangers van Christus zullen wij niet enkel moet betrachten waardige kinderen van God te worden en ons in de zelfde manier als Jezus te gedragen. Wij zouden ons moeten opstellen als een broer of zus van iedereen rond ons met dezelfde affectieve liefde als de Nazarener man die bereid was zijn leven te geven. Hoewel dat moeilijker is dan het merendeel van ons denken en al zou dit vermoedelijk niet meer noodzakelijk zijn voor ons om die gelijkaardige beslissing te nemen. Maar het doden kan ook in de figuurlijk betekenis vandaag nog opgaan.
Wij moeten de mensheid er op drukken om eeuwigheid te aanvaarden ook al zullen zij ons dan uitmaken en van ons vinden dat wij dogmatische, enggeestige en onverdraagzame goedgelovigen zijn. Ook al zouden zij ons beschuldigen zou het nog geen reden mogen zijn om stilzwijgend aan de zijkant te gaan staan. Al de verwijtende uitlatingen zullen wel genoeg zijn om vele van ons te intimideren en het stilzwijgenop te leggen. Er is niets gênanter en intimiderender naar de moderne Christen dan beschouwd te worden als eng  en dogmatisch. Ook het gebruik van Gods Naam zal velen doen lachen met ons en velen toch zo ver kunnen brengen dat zij die naam niet durven uit spreken. Maar het komt er op aan dat wij die naam wel degelijk kenbaar maken. dat was een van de vele opdrachten welke God aan Zijn volk had gegeven.

De ecclesia zou naar de buitenwereld ook moeten laten zien wie zij in de kuip heeft. Wij zouden overeenstemmend onze geloof moeten leven en dit moet tonen dat wij echt geloven dat God een dag heeft voorbereid waarop Hij de wereld in rechtschapenheid zal beoordelen. Dit moet wereldwijd bekend gemaakt worden, niet door mensen die (enkel) de correcte doctrine brengen, maar door hen die met een brandende overtuiging komen van wat zij zullen moeten verwachten. Hoewel onze apostolische taak is een ongewenst en onwelkom bericht naar een onverschillige wereld te brengen, is het een bericht dat wij enkel kunnen brengen in dezelfde verhouding als wij kunnen demonstreren. Wij zullen moeten uitgaan in de wereld om te gaan prediken. Het gaan getuigen behoort te gebeuren in eigen huis maar ook daarbuiten, plus ook onder elkaar in de gemeenschap van gelovigen. Steeds moet er de intentie in de ecclesia zijn om blijvend te getuigen.

Maar als hechte gemeenschap moeten wij samen komen met de inspirerende gedachten zich te laten begeesteren en te voeren met de inspiratievolle gedachten om het werk voor God te kunnen doen.

Misschien moeten wij de wereld ondersteboven keren en daarom moet iedereen in de ecclesia zich klaarmaken omdat te kunnen doen. Elkeen in de gemeenschap van gelovigen die samen de ecclesia vormen heeft de taak om elkaar te helpen om te kunnen slagen.
Samen zouden wij ervoor zorg moeten dragen dat iedereen beseft wat hun verantwoordelijkheid is in de opbouw van anderen en hoe zij hun steentje zullen moeten bijdragen om iedereen mee te helpen zich op te bouwen en er zorg voor te dragen dat niemand zou gaan verzwakken of machteloos worden of dat ze een onbeduidende kerk zouden worden die geen zuiverheid of ijver of persoonlijkheid heeft.

Het Geestelijke voedsel in ons hart dragende zouden wij het met iedereen rondom ons in de ecclesia en buiten in de wereld moeten delen. En met diegenen die samen komen om het Woord van God te delen kunnen wij ook samen een liefdemaaltijd houden. Samen eten en drinken terwijl wij de tijd nemen om gezellig over onze ervaringen praten en over hoe wij dat Woord ervaren. Het organische voedsel van de wereld kan in ons hervat worden, maar wij moeten bewust zijn dat het op de juiste manier zou moeten gekweekt of gecultiveerd moet worden waarmee God zou akkoord gaan. Daarom in respect van God Zijn creatie zouden wij respect naar Zijn planten en dieren en naar de mensen rond ons moeten tonen.

Wij zouden de zaden moeten nemen en zouden de tarwe van het kaf moeten scheiden. Er kan veel dood hout zijn, maar door het snoeiwerk en ijveren voor het verse groen kunnen wij een mooie tuin ontwikkelen.

De ecclesia zou vooruit moeten kijken om zulk een mooie tuin te cultiveren waarin velen graag zouden willen vertoeven.
Het mag een oord van gezond genot zijn, waarin iedereen samen plezier kan hebben en samen kan groeien in gratie en kennis van de Vader, zoon en Heilige Geest.

Steek de hand uit naar elke niet-Christen in iedere plaats elke keer opnieuw. Iedereen van de geloofsgemeenschap zal kunnen merken, als zij voldoende gestimuleerd worden, dat zij ook die vele gelegenheden die God voor hen voorziet om te getuigen, dat ook zullen kunnen gaan waarmaken. Het zal durf vergen en tijd vragen, maar al doende zal men leren en hindernissen weten te overbruggen.
Door zich gehoorzaam op te stellen aan de Allerhoogste Heer des heren zal men kunnen groeien en verder mee kunnen werken om de gehele geloofsgemeenschap te doen groeien. Hiervoor zal iedereen zich moeten voor open stellen en ontvankelijk de grond moeten laten bevruchten.

Onze tijd hier tesamen op de aarde is slechts van zeer korte duur. Onze tijd samen met een wederzijdse ruil van levens zal ook spoedig ten einde komen. Dus laten wij de tijd die ons rest goed gebruiken om niet enkel elkaar te vermanen maar meer om elkaar aan te moedigen. (Hebreeën 10:24-25)
Durft over anderen niet enkel de slechte dingen te zien en te klagen, maar merk de goede dingen op. Durft ook te zeggen "Wij zouden dit of dat kunnen doen" in plaats van "moeten doen". Creëer beweegredenen voor iedereen.

Laten wij als gemeenschap van gelovigen de goede houding aannemen om de juiste ingesteldheid te kweken bij iedereen die zich bij ons wil aansluiten in die ecclesia.
Zoals in een fijn gezin zouden wij een gemeenschap moeten vormen van gewillige kinderen, geïnteresseerd om altijd te leren en te groeien, dit steeds met elkaars helpende hand en volgens de Will van God.

Dat diegenen die zich verbinden in het Ware Geloof bewust zijn van de beloften van God en Zijn Plan voor de gehele wereld. Dat zij er gezamenlijk aan werken om de instructies over vreugde en lijdend op te volgen en vreugdevol uit te kijken naar beloning die God voor Zijn geliefden heeft voorzien.

Als gemeenschap moeten wij Gods redding delen en er zorg voor dragen dat iedereen gered kan blijven. Hoewel wij allen verschillende persoonlijkheden zijn is de eenheid in hetzelfde geloof betreft Jezus de Messias de drijvende factor voor de gehele gemeenschap en moet het die gedeelde hoop zijn welke iedereen levensvreugde geeft en iedereen in dezelfde hoop-voor-de-toekomst doet delen.

Ons deel is trouwe schepen van de liefde van God te zijn (2 Korinthiërs 4:7; 2 Timothéus 2:21). Laten wij daarom er zeker van zijn ijverig en gehoorzaam naar het bevel te zijn "om uitvoeringsvolgelingen te zijn". Dat is duidelijk geen passief bevel.


+

How and what 'you can eat' to get the best intentions you can read in:
An Organic Church in the line of what God wants
What to expect from a Christadelphian meeting?


Vind meer onder / Please do find more about the Ecclesia in:


Wednesday 23 March 2011

Gathering or meeting of believers

A meeting of believers can happen in any place.  It can be a loose, free open meeting, informal or also a formal meeting, whether or not religious.  

Under the key word "samenkomst" = "meeting", it can as well be over the act of coming together  (to meet, assemble) as over the place of meeting.  That place of meeting can be on her turn everywhere, in a private or in a public place.  The place of meeting can then be in a garden, house, municipal building, communities building or a place commonly called "church" .  By the Brothers in Christ we prefer to speak by such a meeting of believers over the ecclesia instead of "church" or 'the church community" and over ecclesia, ecclesiahall, ecclesiaroom or kingdomhall more then 'church',

Read and find more about those gatherings or assemblies and ecclesiae:

Een samenkomst of meeting

Een samenkomst van gelovigen kan in eender welke plaats gebeuren. Het kan een losse, vrijblijvende bijeenkomst zijn, informeel maar ook een formele bijeenkomst van al of niet gelovigen.

Onder het trefwoord "samenkomst" kan het zowel over de handeling van het samen komen gaan (samenkomen, bijeenkomen) als over de plaats van samenkomst. Die plaats van samenkomst kan op haar beurt overal zijn, in een privé of in een openbare aangelegenheid.
De plaats van samenkomst kan dan in een tuin, huis, gemeentelijk gebouw, gemeenschapsgebouw of kerk plaats grijpen. Bij de Broeders in Christus gaat men over die samenkomst van gelovigen eerder spreken over de ecclesia in plaats van de kerkgemeenschap en over ecclesia, ecclesiahal, ecclesiazaal of koninkrijkszaal eerder dan 'kerk'

Lees hier meer over in:

Thursday 10 February 2011

Houding van Christen bij pest gedrag

Heel België reageerde geschokt toen twee jaar geleden een postbode een eind aan zijn leven had gemaakt wegens pesterijen en nu ook toen eind vorig jaar zware pesterijen aan het licht kwamen in het Waalse bedrijf Mactac. Zeker toen beelden opdoken waarop een weerloze man werd vastgebonden op een pallet. Het onbegrip groeide toen bleek dat een vakbondsafgevaardigde de aanstoker was van de grove pesterijen.
Opnieuw hebben twee vakbondsmensen zich schuldig gemaakt aan zware pesterij op het werk. Twee afgevaardigden bij de Brusselse vervoersmaatschappij MIVB zijn op staande voet ontslagen omdat ze opdracht gaven collega's in een vuilnisbak te gooien, een brandblusapparaat op hen leeg te spuiten.

Kinderen plagen elkaar wel eens, maar wanneer dit verder uitgroeit tot een meer voorkomend iets moet men opletten dat het niet verder uitgroeit naar een fenomeen dat zich op volwassen leeftijd ook zal gaan verder zetten op de werkvloer. Want niet alleen in de scholen wordt er gepest. Ook op het werk is dit een veel voorkomend fenomeen dat eerder lijkt toe te nemen.

Er zijn meerdere mensen die onderhevig aan stress op het werk geraken, door allerlei omstandigheden, maar een grote boosdoener is de houding van de mensen naar elkaar. Men kan niets goed doen in de ogen van de baas of collega’s, men gaat zich gepest voelen hierdoor gaat de sfeer neer slaan en gaat men de negatieve gevoelens makkelijker mee naar huis dragen. De relatie met partner, vrienden begint daardoor eronder te lijden. Het geviseerd en depressief voelen moet kunnen opgevangen worden.

Als het je allemaal teveel wordt moet je niet enkel op je eigen willen berusten, maar moet je hulp durven gaan zoeken. dit kan bij gespecialiseerde diensten maar ook bij mensen rondom jou die je kan vertrouwen. Zo zou ook je kerkgemeenschap je moeten kunnen opvangen. In de ecclesia moet je durven onderkomen gaan zoeken. Het is een van de vele taken van ene ecclesia om ook daar hulp te bieden waar het voor jou op het eerste zicht onbegonnen lijkt.

Lees hier meer over op: Pesters op het werk

> Drie beruchte precedenten

> Gevolgen van pesten op het werk

Wednesday 24 November 2010

Church sent into the world

David Bosch writes, “The involvement in the world should lead to a deepening of our relationship with and dependence on God, and the deepening of this relationship should lead to an increasing involvement in the world.” Tod Hiestand writes: " the individual church must see itself as sent into the world, it must also see itself as sent into the world along with the church catholic."

The mission of the church is derived from Jesus' call to gather together. also the apostle Paul called us not to neglect our own congregational meetings which form the church, (Hebrews 10:25)
The church’s call to be a “sign, witness and foretaste” of the coming Kingdom may not be overlooked.

God has sent the church so that in His mission His “love and attention are directed primarily at the world". God has given His son as the foundation of the Church.

We are all part of the world but God and His son Jesus have given us the task to distantiate from the worldly matters. The church that “goes” is the church that finds its primary identity detached from the world and set apart as holy.  The separate and untainted church rightfully understands that it needs to be a witness for the gospel.
Missiologist David Bosch writes: “Spirituality or devotional life seems to mean withdrawal from the world, charging my batteries, and then going out into the world. The image is of an automobile that runs on batteries only.”
Jesus light of Israel, but also for all people, states the need for us to remain set apart in their sentness, “They are not of the world, even as I am not of it. Sanctify them by the truth; your word is truth.”(John 17:18) We can hope to reap which shall only be possible if we properly reflect the teachings of Christ Jesus. Christ means ‘Messiah’, the  anointed one. He was anointed in order " to preach the Gospel" (Luke 4:18); and we too have been anointed insofar as we are in Christ, the anointed one (2 Corinthians 1:21). Therefore as He was ordained a preacher of the Gospel to the world, we too share that honour (as we do all His honours, to some extent). He was anointed (‘oiled’) by God in order to give the oil of joy to His people; He shared His experience of anointing with us, and we must go out and do likewise (Isaiah 61:1,2) (cp. Luke 4:18).

Isaiah’s description of the beauty of Christ’s preaching in (Isaiah 52:7) is quoted by Paul concerning every preacher of the Gospel (Romans 10:15); the “he” of (Isaiah 52) is changed to “them” in Romans 10. And Paul is quoting this Old Testament prophecy about Jesus to prove that we are all “sent” to preach the Gospel. The validity of our commission to preach is quite simply that Jesus Himself preached; in this way we are all personally “sent” to preach, simply because He was sent to preach. As the Father sent Him, so He sends us.  We should be ambassadors for Christ (2 Corinthians 5:20) and we should show the world that we are united in that one Body of Christ. Jesus prays that they would remain unified, “May they be brought to complete unity to let the world know that you sent me and have loved them even as you have loved me.” With Jesus’ prayer as a foundation for understanding the nature of the church we see that the Church finds itself in the world, yet set apart and unified.

We as brothers and sisters in Christ do have to be unified if we desire to have an effective witness in the world and to build a true church of Christ. We can not be monads or private disciples going our own way, out of love for our fellow believers we do have to share the love of Christ and our own love with the whole community.

We need to speak out against the suburban value of extreme individualism and call Christians back to community. We should prepare the ground, fertilise the field, and plant Bible based structures.

We need to deconstruct the value of consumerism in a way that leads instead to sacrificial living and we need to understand how our individualism and consumerism lead us to neglect the hurting and needy people in our neighborhoods and cities. We cannot stay together in a closed or isolated cocoon. It can help everybody if we can move from an individualized witness to a more robust and powerful communal witness.

Jesus was not about sending his disciples out by themselves into their individualized world to “share the gospel” so that people could “go to heaven when they die.” Rather, he was sending them out to be a communal, public witness to the Kingdom that he was announcing and inaugurating. We need a Church that rejects the lone ranger mentality and lives in sacrificial and compassionate community.

(Based on ideas from Todd Hiestand and Duncan Heaster)

Verzamelen, bijeenkomen, samenkomen, vergaderen

Verzamelen, bijeenkomen, samenkomen, vergaderen

Verzamelen, vergaderen: to gather; come together; congregate (mensen) forgather (vergadering) gather (mensen) group (mensen) meet (vergadering) Duits: zusammenkomen; zusammentreffen; sammeln; sich versammeln; vereinen  Frans: se réunir; assembler; rassembler; s'assembler; se rencontrer; accumuler
Under these tags you shall be able to find articles about the coming together of people; congregate (people) forgather (meeting) gather (people) group (people) meet (meeting); get together, come together

Gelieve de Engelse versie van dit artikel te vinden onder:
Find the English introduction in:
Congregate, to gather, to meet

Bijeenkomen, bij elkaar komen; = samenkomen; bij elkaar komen om te praten en beslissingen te nemen; Bijeenkomen om iets te bespreken

Samenrotten; Saamgaan, samen gaan; samenscholen; vergaderen; zich verzamelen; zich groeperen; zich verenigen; elkaar ontmoeten; medebrengen; medenemen; meebrengen; meenemen; zitting houden; reuniëren – reüniëren; treffen.

Confereren, congresseren,

Afkomstig van het Nederlandse gaderen, garen ("bijeenkomen"), Midden Hoge Duits gadern ("bijeenkomen"), Oud Fries gadia ("te verenigen"), Duits begatten ("te paren"). Ook in het middeleeuws Engels vinden wij gaderen van het Oude Engelse gaderian ("bijeenkomen, assembleren, samenkomen"), van Proto-Germaans ("om samen te brengen, verenigen, bijeen komen "), frequentatief van Proto-Germaans gadōjanan ("om samen vast te houden"), van Proto-Indo-Europees *gʰhedʰ- (“te, kost verenigen, te assembleren"). Bloedverwant met Vergelijk ook Oude Engels gaed ("maatschappij, genootschap, unie").

Hebreeuwse `e·dhah' grondwoord ja·`adh' = „bestemmen; afspreken” (2 Samuel 20:5; Jeremia 47:7; Levieten 8:4, 5; Rechters 21:10; Exodus 12:3; Numerieke 32:4; 1 Koningen 8:5; Numerieke 27:17).

Hebreeuws woord mo·`edh' afgeleid van hetzelfde grondwoord als `e·dhah' en betekent „bestemde tijd” of „afgesproken plaats” (1 Samuel 13:8; 20:35; Exodus 27:21; Levieten 23:2, 4, 37, 44; Jesaja 33:20)

Hebreeuwse term miq·ra´', die „samenkomst” betekent, is afgeleid van het grondwerkwoord qa·ra´' (roepen) + „heilige samenkomst” (Jesaja 4:5; Exodus 12:16; Levieten 23:2, 3)

Hebreeuwse qa·hal', dat verwant is aan een werkwoord dat „bijeenroepen; bijeenkomen” betekent (Exodus 35:1; Levieten 8:4). Soms wordt qa·hal' (gemeente) samen met `e·dhah' (vergadering) gebruikt (Levieten 4:13; Numeri 20:8, 10).

Vormen van beide termen komen voor in de uitdrukking „gemeente der vergadering van Israël [Hebreeuws: qehal' `adhath-Jis·ra·´el']”. (Exodus 12:6) Het wordt vaak voor een georganiseerde groep mensen gebruikt en komt voor in de uitdrukkingen „gemeente van Israël” (Levieten 16:17; Jozua 8:35; 1 Koningen 8:14), „gemeente van de ware God” (Nehemia 13:1), „gemeente van Jehovah” (Deuteronomium 23:2, 3; Micha 2:5), en „Jehovah’s gemeente” (Numeri 20:4; 1Kronieken 28:8). Qa·hal' duidt op verschillende soorten samenkomsten van mensen, zoals voor religieuze doeleinden (Deuteronomium 9:10; 18:16; 1 Koningen 8:65; Psalmen 22:25; 107:32), voor het behandelen van bestuurlijke aangelegenheden (1 Koningen 12:3) en voor oorlogvoering [1 Samuel 17:47; Ezra 16:40 (vergadering)]. In het Grieks ek·kle'si·a, dat is afgeleid van twee Griekse grondwoorden, namelijk ek, dat „uit” betekent, en ka'le·o, dat „roepen” betekent. In de Septuaginta wordt het Griekse woord ek·kle'si·a (ecclesia)gewoonlijk gebruikt als vertaling van het Hebreeuwse woord qa·hal', zoals in Psalm 22:22 (21:23, LXX).



Vergaderen, vergader

: Ek·kle·si'a·son; Latijn: Con'gre·ga.

`atsa·rah',
is met „plechtige vergadering” weergegeven. Deze term wordt gebruikt in verband met het Loofhuttenfeest of Sukkoth en het Feest van het ongegiste brood of Pascha of Pesa(c)h. (Levieten 23:36; Deuteronomium 16:8).

Openbare vergadering (Gr.: su·na·go'ge) Synagoge laat 12 eeuw van O. Fr. sinagoge (11c.), van L.L. synagoga "congregatie of groep van Joden," van Gk. synagoge "plaats van vergadering, synagoge," letterlijk "Meeting, vergadering," van ‘synagein’ "bijeenkomen, verzamelen, assembleren," van syn- "samen" + agein "brengen, leiden". Gebruikt door Griekse vertalers van het Oude Testament als een leningsvertaling van het late Hebreeuwse keneseth "vergadering" (cf. beth keneseth "synagoge" letterlijk "Huis van vergadering".)



Vertrouwelijke bijeenkomsten van diverse aard worden aangeduid door het Hebreeuwse woord sodh, dat „vertrouwelijke bespreking; vertrouwelijke omgang” betekent (Psalm 83:3, gemeente; Job 29:4). Het wordt in Psalm 89:7 met „intieme groep” weergegeven: „God dient in ontzag gehouden te worden in de intieme groep van heiligen; Hij is groots en vrees inboezemend boven allen die rondom hem zijn.”

Het Griekse ek·kle'si·a (van ek, „uit”, en kle'sis, „een roepen”) wordt in de Griekse Septuaginta gewoonlijk gebruikt als vertaling van het Hebreeuwse qa·hal' (gemeente) en soms van `e·dhah' (vergadering), hoewel laatstgenoemd woord ook wordt weergegeven met de Griekse uitdrukking su·na·go'ge (dat „een bijeenbrengen” betekent, van sun, „bijeen”, en a'go, „brengen”). In de christelijke Griekse Geschriften wordt ek·kle'si·a gewoonlijk met „gemeente” weergegeven. In Handelingen 7:38 wordt het met betrekking tot de gemeente Israël gebruikt. Het Griekse woord su·na·go'ge komt in Handelingen van de apostelen 13:43 („vergadering in de synagoge”) en in Jakobus 2:2 („vergadering”) voor. Nog een Griekse uitdrukking, pa·ne'gu·ris (van pan, „allen”, en a'go·ra, dat elke soort van vergadering aanduidt), wordt in Hebreeën 12:23 met „algemene vergadering” weergegeven. — NW; SV; Herziene Voorhoeve-uitgave, 1982 [Nieuwe Testament].[1]



Het vergaderen kan op open plaatsen gebeuren of in openbare gebouwen, synagogen, gebedsplaatsen of andere. Jezus bracht heel wat mensen te been die zich verzamelden rondom hem. Christus vergaderde zijn discipelen vaak om hun geestelijk onderricht te geven, en na zijn dood kwamen zijn volgelingen bijeen, zoals op de pinksterdag in 33 G.T., toen de heilige geest werd uitgestort op degenen die aldus bijeenwaren. (Handelingen 2:1-4). In navolging van het voorbeeld dat Jezus hen gegeven had brachten de apostelen en de eerste Christenen ook mensen bijeen om samen te vergaderen, het Woord van God te bestuderen en om een herinneringsmaal te brengen met het breken van het brood.

Al voor Jezus werd er door het Volk van God aandacht gegeven aan het vergaderen of het bijeenkomen om samen de Heilige Schrift te bestuderen en tijd te besteden aan de lof voor Jehovah. Paulus spoorde de gelovigen aan om de geregelde vergaderingen van Gods volk niet te veronachtzamen: „ Laten wij zonder wankelen vasthouden aan de openbare bekendmaking van onze hoop, want hij die beloofd heeft, is getrouw. Laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen, het onderling vergaderen niet nalatend, zoals voor sommigen gebruikelijk is, maar laten wij elkaar aanmoedigen, en dat te meer naarmate gij de dag ziet naderen.” (Hebreeën 10:23- 25) Deze vergaderingen konden plaatsgrijpen in de ekklesia of ecclesia. (Handelingen 7:38; 8:1; 13:1; 19:23, 24, 29, 32, 41; 1 Korintiërs 12:28; 2 Korintiërs 1:1), maar zij konden ook gewoon plaats vinden in het huis van een medegelovige. (Romeinen 16:5; Filémon 2).

In overeenstemming daarmee wordt er ook gesproken over afzonderlijke christelijke gemeenten of „gemeenten van God” (Handelingen der apostelen 15:41; 1 Korintiërs 11:16). In oudere Nederlandse vertalingen wordt soms het woord „kerk” gebruikt in Schriftplaatsen die betrekking hebben op de christelijke gemeente, zoals in 1 Korintiërs 16:19 (KB; Leu). Aangezien veel mensen bij het woord „kerk” eerder aan een gebouw denken waar religieuze diensten worden gehouden dan aan een gemeente die haar religie beoefend, kan de vertaling „kerk” misleidend zijn. Daarom geven wij als broeders van christus er de voorkeur aan om eerder het woord ecclesia te gebruiken. De associatie van de “Kerk” met de Rooms Katholieke kerken met kruisconstructies en kerktoren moet terzijde gelegd worden en de Kerk moet aanzien worden als het Lichaam van Christus opgemaakt door de verzameling van gelovigen. De samenkomende gelovigen vormen samen de kerk. Zij moeten de kerkgemeenschap voeden en waar maken.

Jehovah heeft het vergaderen opgelegd aan Zijn mensen: “En ik zal stellig een zwaard over U brengen, dat wraak oefent voor het verbond; en GIJ zult U inderdaad in UW steden vergaderen (vergadert worden, STV; bijeenkruipen, W78, Canis; opeenhopen, Lei, bijeenkomen, NBG, verzamelen, Onderwijze Pentateuch ), en ik zal stellig pestilentie in UW midden zenden, en GIJ moet in de hand van een vijand worden gegeven.” (Leviticus 26:25) “Daarom, zeg: ’Dit heeft de Soevereine Heer Jehovah gezegd: „Ik wil U ook bijeenbrengen uit de volken en U vergaderen uit de landen waarover GIJ verstrooid zijt, en ik wil U de grond van Israël geven. En zij zullen daar stellig komen en al zijn walgelijkheden en al zijn verfoeilijkheden eruit verwijderen. En ik wil hun één hart geven, en een nieuwe geest zal ik in hun binnenste leggen; en ik zal stellig het hart van steen uit hun vlees verwijderen en hun een hart van vlees geven, opdat zij in mijn eigen inzettingen mogen wandelen en mijn eigen rechterlijke beslissingen onderhouden en ze inderdaad ten uitvoer brengen, en zij werkelijk mijn volk worden en ikzelf hun God word.”" (Ezechiël 11:17-20)Want alle volken, van hun kant, zullen elk in de naam van hun god wandelen; maar wij, van onze kant, zullen wandelen in de naam van Jehovah, onze God, tot onbepaalde tijd, ja voor eeuwig. „Op die dag”, is de uitspraak van Jehovah, „wil ik haar vergaderen die kreupel ging; en haar die verdreven was, wil ik bijeenbrengen, ja, haar die ik slecht behandeld heb. En ik zal haar die kreupel ging, stellig tot een overblijfsel maken, en haar die ver verwijderd was, tot een machtige natie; en Jehovah zal werkelijk als koning over hen regeren op de berg Sion, van nu aan en tot onbepaalde tijd.” (Micha 4:5-7) En hij blijft alle natiën tot zich vergaderen en alle volken tot zich bijeenbrengen.” (Habakuk 2:5) “’Daarom, blijft mij verwachten,’ is de uitspraak van Jehovah, ’tot de dag dat ik opsta tot [de] buit, want mijn rechterlijke beslissing is, natiën te vergaderen, dat ik koninkrijken bijeenbreng, ten einde mijn openlijke veroordeling erover uit te storten, heel mijn brandende toorn; want door het vuur van mijn ijver zal heel de aarde verslonden worden. Want dan zal ik volken tot een zuivere taal doen overgaan, opdat zij allen de naam van Jehovah aanroepen, ten einde hem schouder aan schouder te dienen.’” (Zefanja 3:8-9) Degenen die met droefheid geslagen zijn om [hun] afwezigheid bij [uw] feesttijd zal ik stellig vergaderen; afwezig van u bleken zij te zijn, omdat zij vanwege haar smaad droegen.” (Zefanja 3:18) “Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en de tot u uitgezondenen stenigt — hoe dikwijls heb ik uw kinderen willen vergaderen, zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels vergadert! Maar GIJ hebt het niet gewild. Ziet! UW huis wordt U verlaten achtergelaten. Want ik zeg U: Van nu af zult GIJ mij geenszins meer zien, totdat GIJ zegt: ’Gezegend is hij die komt in Jehovah’s naam!’” (Mattheüs 23:37-39)In datzelfde uur kwamen er zekere Farizeeën naar hem toe, die zeiden: „Ga weg en vertrek van hier, want Herodes wil u doden.” En hij zei tot hen: „Gaat aan die vos zeggen: ’Zie! Vandaag en morgen drijf ik demonen uit en verricht ik genezingen, en de derde dag zal ik klaar zijn.’ Niettemin moet ik vandaag en morgen en overmorgen verder reizen, want het is niet toelaatbaar dat een profeet buiten Jeruzalem wordt omgebracht. Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en de tot u uitgezondenen stenigt — hoe dikwijls heb ik uw kinderen willen vergaderen op de wijze waarop een hen haar broedsel van kuikens onder haar vleugels vergadert, maar GIJ hebt [het] niet gewild! Ziet! UW huis wordt U verlaten achtergelaten. Ik zeg U: GIJ zult mij geenszins zien, totdat GIJ zegt: ’Gezegend is hij die komt in Jehovah’s naam!’” “Want hij heeft ons door tussenkomst van Jezus Christus voorbestemd als zijn zonen te worden aangenomen, overeenkomstig het welbehagen van zijn wil, tot lof van zijn glorierijke onverdiende goedheid, die hij ons door bemiddeling van [zijn] geliefde goedgunstig heeft geschonken. Door bemiddeling van hem hebben wij de verlossing door losprijs door middel van diens bloed, ja, de vergeving van [onze] overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van zijn onverdiende goedheid. Deze heeft hij overvloedig jegens ons doen zijn in alle wijsheid en gezond verstand, doordat hij ons het heilige geheim van zijn wil heeft bekendgemaakt. Het is overeenkomstig zijn welbehagen, dat hij bij zichzelf had voorgenomen, aan de volledige grens van de bestemde tijden een bestuur te hebben, om namelijk alle dingen weer bijeen te vergaderen in de Christus, de dingen in de hemelen en de dingen op de aarde. [Ja,] in hem, in eendracht met wie wij ook tot erfgenamen werden aangesteld, doordat wij werden voorbestemd overeenkomstig het voornemen van hem die alle dingen werkzaam doet zijn naar het raadsbesluit van zijn wil, opdat wij tot lof van zijn heerlijkheid zouden dienen, wij die de eersten zijn geweest die op de Christus hebben gehoopt.” (Efeziërs 1:4-12)Daarom, broeders, aangezien wij door het bloed van Jezus vrijmoedigheid hebben betreffende de weg die toegang verleent tot de heilige plaats, die hij voor ons heeft ingewijd als een nieuwe en levende weg door het gordijn, dat is zijn vlees, heen, en aangezien wij een grote priester over het huis van God hebben, zo laten wij met een waarachtig hart naderen, in de volle verzekerdheid van het geloof, nu ons hart door besprenkeling gezuiverd is van een boos geweten en ons lichaam gebaad is met rein water. Laten wij zonder wankelen vasthouden aan de openbare bekendmaking van onze hoop, want hij die beloofd heeft, is getrouw. En laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen, het onderling vergaderen niet nalatend, zoals voor sommigen gebruikelijk is, maar laten wij elkaar aanmoedigen, en dat te meer naarmate GIJ de dag ziet naderen.” (Hebreeën 10:19-25) “Roep het volk bijeen, de mannen en de vrouwen en de kleinen en uw inwonende vreemdeling die binnen uw poorten is, opdat zij mogen luisteren en opdat zij mogen leren, daar zij Jehovah, UW God, moeten vrezen en er zorg voor moeten dragen alle woorden van deze wet te volbrengen.” (Deuteronomium 31:12) “Alleen hoed u en geef goed acht op uw ziel, dat gij de dingen die uw ogen hebben gezien, niet vergeet en dat ze al de dagen van uw leven niet uit uw hart wijken; en gij moet ze aan uw zonen en uw kleinzonen bekendmaken, de dag waarop gij in Horeb voor het aangezicht van Jehovah, uw God, stond, toen Jehovah tot mij zei: ’Roep het volk tot mij samen, dat ik hun mijn woorden moge doen horen, opdat zij mogen leren mij te vrezen alle dagen dat zij op de aardbodem leven en opdat zij hun zonen mogen onderwijzen.’” (Deuteronomium 4:9-10)Want waar twee of drie vergaderd zijn in mijn naam, daar ben ik in hun midden.” (Mattheüs 18:20) En zij bleven zich toeleggen op het onderwijs van de apostelen en het [met elkaar] delen, het nuttigen van maaltijden en gebeden. {Of: „de onderlinge omgang.”} (Handelingen 2:42) (NWV)



Jezus gaf een schitterend voorbeeld in het tonen van waardering voor geestelijke bijeenkomsten. Op de jeugdige leeftijd van twaalf jaar gaf hij blijk van zijn liefde voor Gods huis in Jeruzalem. Zijn ouders waren hem kwijtgeraakt, maar vonden hem ten slotte terwijl hij met leraren in de tempel over Gods Woord sprak. Als reactie op de bezorgdheid van zijn ouders vroeg Jezus respectvol: „Wist gij niet dat ik in het huis van mijn Vader moet zijn?” (Lukas 2:49) Nederig keerde de jonge Jezus met zijn ouders naar Nazareth terug. Daar bleef hij van zijn liefde voor bijeenkomsten in verband met aanbidding blijk geven door geregeld in de synagoge aanwezig te zijn. De Bijbel bericht dan ook dat hij, toen hij zijn bediening begon, „te Nazareth [kwam], waar hij was grootgebracht, en hij ging volgens zijn gewoonte op de sabbatdag de synagoge binnen en stond op om voor te lezen”. Nadat Jezus Jesaja 61:1, 2 voorgelezen en verklaard had, „verwonderden [de toehoorders] zich over de innemende woorden die uit zijn mond voortkwamen”. (Lukas 4:16, 22).

Niet enkel gaf Jezus het voorbeeld van prediking en van een gezonde wijze van omgaan met anderen. Hij spoorde zijn volgelingen aan om niet te verzaken om bijeen te komen. Wij horen in het verlengde van het werk van Jezus Christus en zijn discipelen hen te volgen en anderen er toe te brengen om samen bijeen te komen, te vergaderen, er op toeziend zo veel mogelijk tot Gods gemeente samen te brengen (Mattheüs 24:14, 45; Lucas 12:42-44; Openbaring van Johannes 7:9-14). Zoals het in de gemeente Israël belangrijk was om Bijeenkomsten te houden voor de aanbidding van Jehovah en een beschouwing van zijn wet te volbrengen (Deuteronomium 31:12; Nehemia 8:1-8) moeten wij zo bijeenkomsten voor de aanbidding van Jehovah en het bestuderen van de Schrift als een essentieel kenmerk van de christelijke gemeente van God beshouwen. Indien wij werkelijk als onderdeel van het Lichaam van christus willen aanschouwd worden moeten wij er zorg voor dragen dat wij met anderen samen een gemeente in Christus vormen, een ‘vergadering in Christus’ of een ecclesia.

De christelijke vergaderingen moeten aldus voor ons een bron van aanmoediging zijn. Het moeten gelegenheden vormen waarbij wij ons samen met elkaar in christus verenigd voelen. Alsook moeten het ogenblikken zijn waarbij wij aanvoelen hoe verkwikkend het is om samen te zijn met liefdevolle broeders en zusters die belangstelling voor ons hebben en ons willen helpen tot het einde te volharden! Wij kunnen het ons niet veroorloven deze van Jehovah afkomstige liefdevolle voorziening lichtvaardig op te vatten. Laten wij door middel van onze ijverige persoonlijke studie en ons geregeld vergaderingbezoek „volwassen [worden] in verstandelijke vermogens”. (1 Korintiërs 14:20).


De schrijver van de brief aan de Hebreeën vermaande de ontvangers van zijn brief dan ook het onderling vergaderen niet na te laten (Heb 10:24, 25) en dat bij dat bijeenkomen en vergaderen eenieder een welbepaalde taak op zich kan nemen die hij of zij zelf het best kan doen. „Laat een ieder zich ervan vergewissen wat zijn eigen werk is, en dan zal hij alleen met betrekking tot zichzelf, en niet in vergelijking met de andere persoon, reden tot opgetogenheid hebben. Want een ieder zal zijn eigen vracht dragen.” (Galaten 6:4, 5). Jehovah aanvaardt onze krachtsinspanningen en offers ’naar hetgeen wij hebben, niet naar hetgeen wij niet hebben’.(2 Korinthiërs 8:12; vergelijk Lukas 21:1-4).

Als wij als Broeders in Christus samen komen om God te dienen moet het accent ook op die dienst voor God liggen. Eerst en vooral moet de aandacht gaan naar het Woord van God. Bij de bijeenkomsten kunnen wij er ons op toeleggen om door samen Gods Woord te onderzoeken en te bespreken elkaar verder aan te moedigen. Wij moeten er verder op toezien dat de dienst of de godsverering in de bijeenkomst verloopt naar de wensen van God en dat het wereldse genot niet op het voorplan ligt.



Uit geregelde omgang met onze medegelovigen kunnen wij ook naast de aanmoediging doorzettingsvermogen ontvangen en zullen vele lasten ons lichter gaan lijken en zullen wij ons minder moe gaan voelen. (Hebreeën 12:1; Galaten 6:9.)

Geregeld met medegelovigen bijeenkomen is een vorm van veruiterlijking van het geloof en behoort tot de verplichting die een opgedragen christen jegens God heeft. Wij zullen er vreugde in scheppen onze broeders en zusters aan te sporen en door hen tot liefde en voortreffelijke werken aangespoord te worden en gesterkt te worden voor het belangrijke werk dat bestaat in de openbare bekendmaking van onze hoop, of dat nu een aardse of een hemelse hoop is. (Johannes 13:35). Jehovah God heeft belangstelling voor onze samenkomsten. Het voornaamste doel van zulke vergaderingen is om „onder de bijeengekomen menigten” lof op te zenden tot God (Psalm 26:12). Dat wij gemeentevergaderingen of ecclesiae bezoeken, is een bewijs van onze liefde voor Hem. Mediteren over het voorrecht en de voordelen van het bezoeken van christelijke bijeenkomsten zal ons helpen deze bijeenkomsten loyaal en van ganser harte te ondersteunen. Als allen die een aandeel aan het programma van een vergadering hebben, er bewust op toezien dat zij ’de vrucht van Gods geest’, zoals vreugde, lankmoedigheid en geloof, weerspiegelen, zullen alle aanwezigen zich beslist opgebouwd voelen.(Galaten 5:22, 23). Laten wij daarom ons er toe aan zetten om regelmatig bijeen te komen en Jehovah’s hart te verheugen met onze samenkomst in naam van Jezus Christus die ons rijkelijk tot voordeel zal strekken als wij het goddelijk onderwijs dat tot eeuwig leven leidt, in ons opnemen. (Spreuken 27:11; Jesaja 48:17, 18; Markus 13:35-37).


[1] 22 Maar GIJ zijt genaderd tot een berg Sion en een stad van [de] levende God, [het] hemelse Jeruzalem, en myriaden engelen, 23 in algemene vergadering, en de gemeente van de eerstgeborenen, die ingeschreven zijn in de hemelen, en God, de Rechter van allen, en de geestelijke levens van rechtvaardigen die tot volmaaktheid zijn gebracht, 24 en Jezus, de middelaar van een nieuw verbond, en het bloed der besprenkeling, dat op een betere wijze spreekt dan Abels [bloed].

Wednesday 10 November 2010

Congregation - Congregatie

Congregatie (kongregatie): congregation (ME congregacioun fr.  MF & L congregation, congregatio), the act of congregating,: an assemblage of persons (or things); gathering, assembly of persons, body of Christians, body of believers; company or order of religious persons; deliberative meeting of governing body.  In the Old Testament a name given to the children of Israel.
F: Congrégation D: Gemeinde I: Parrocchiani



Under this tag "congregatie" you shall be able to find articles mostly talking about the community of men that together want to come to serve God.  The church community or fixed group of men that is part of an ecclesia or church. 

Further it shall be about the Old Testament name given to the children of Israel, the chosen People of God as used in. 

The community of men that stand behind one and the same belief point.  The administration body of a community.  Association of lay people or of clergymen who under ecclesiastic approval hold religious service.

But it can also be about 'The Congregation' (= collection, official name:  Sodali' tium, Sodaliteit'), a particular kind of pious association, with as purpose to perform godly work or charity. 

The congregation distinguishes itself of the usual pious association, because they are organized as a specific organic corporation, the members (congreganists) having the right to vote.  The Congregationalists or congregation members of The Congregation are also members of a brotherhood, set up to promote public service. 

In the Catholic Church the Congregations must be set up or approved by the competent ecclesiastic authorities.  As there are the Roman Congregations, Religious Congregation and Mary-congregation. 

+

Association, the members, the associated, those serving together and taking up an engagement, the belonging to, the inaugurated, the togetherness or assembling, the people meeting, the company, the alliance, confederation

confrery, confrère, partnership, trade-union, circle, federation, body, corps, corporation,  apostate, division, section, branching, department, clique, circle, coterie, club, debating-club, circle of friends, desk, collegium, governor, members list, guild,guildsmen, guildstaf, assembly, meeting, session, assembly, council session, members assembly, convent, conference






Congregatie (kongregatie) of broedergemeenschap, broederschap, gemeente of parochie, communiteit, geaffilieerden, aangeslotenen.

Op onze bladzijden zal het meestal gaan over de gemeenschap van mensen die samen willen komen om God te dienen.  De kerkgemeenschap of vaste groep van mensen die behoren tot een ecclesia of kerk.

Verder veel gebruikt voor de in het Oude Testament gegeven naam aan de kinderen van Israël, het verkozen Volk van God.

De gemeenschap van mensen die achter eenzelfde geloofspunt staan.  Bestuurslichaam van een gemeenschap.  Vereniging van leken of van geestelijken die onder kerkelijke goedkeuring godsdienstoefeningen houden.

+

Vereniging, de leden, de geassocieerden, diegenen die samen een engagement aangaan, de toebehorenden, de ingewijden of de ingekochten, de samen of bijeenkomenden, de samentreffenden, het gezelschap, de sociëteit, bondgenootschap, eedgenootschap,

aartsbroederschap, gildebroederschap, confrérie, vennootschap, veem, vakvereniging, kring, bond, lichaam, korps, corps, corporatie, gilde, apostolaat, afdeling, sectie, vertakking, departement, clique, cercle, coterie, club, debatingclub, vriendenkring bestuur, bureau, collegium, bestuurder, ledenlijst, gildestaf, vergadering, samenkomst, bijeenkomst, zitting, vergadering, raadszitting, achterraad, ledenvergadering, convent, congres, meeting,

groepsvertegenwoordiging, plenum vergaderplaats, vergaderzaal, verenigingslokaal, raadkamer, sociëteit, rendez-vous, gildehuis, gildekamer, kerkgemeenschap, godsdienstige groepering, godsdienstoverleg, overlegorgaan, geloofsorgaan de opname, aggregatie, incorporatie, coöperatie, voorzitting, leiding godsvruchtig orgaan, godvrezend orgaan, godsdienstige vereniging, godgevallige groepering, godgezinden, godminnenden, godlievenden, godverheerlijkenden,vromen, kerkgezinden,kerksen, heiligbegerigen, hemelsgezinden,godgelaten, devoten, religieuzen, pieuzen, piëtisten, God dienenden/prijzende/lovenden/erenden, godsgetrouwen

kerkbestuur, kerkregering, Bijbelcommissie, Bijbelgenootschap, Bijbelgetrouwen, herderlijke vereniging/genootschap, kloosterling, woudbroeder, heremiet, eremiet, kloostervolk, ordegeestelijken, ordebroeders, regulieren, lekenbroeders, kloosterjuffers, kloosterzusters, kloosternonnen, kloostermaagden, zusters, bruiden des Heer, masoeurs, koorvrouwen, van de wereld wegtrekkenden/terugtrekkenden,


+

De Congrega'tie (= verzameling, officiele naam: Sodali'tium, Sodaliteit'), een bijzonder soort vrome vereniging, met als doel het verrichten van godvruchtige of liefdadige werken.

De congregatie onderscheidt zich van de gewone vrome vereniging, doordat zij als organieke corporatie is ingericht, d.  w.  z.  dat de leden (congreganisten) stemrecht of zeggenschap hebben.  De congreganisten of congregatieleden van de Congregatie zijn ook leden van een broederschap, opgericht ter bevordering van de openbare eredienst.

De Congregaties moeten in de Katholieke Kerk door de bevoegde kerkelijke overheid zijn opgericht of goedgekeurd.
Zo zijn er de Romeinse Congregaties, Religieuze Congregatie en Mariacongregatie.

Expenses, costs - Onkosten, uitgaven

Onkosten: expenses, expenditure, outlay, costs.The financial burden involved typically in a course of action or manner of living. The losses to realise something.



Several times Christians are forced to make expenses without, seemingly any advantage or which lie outside the usual personal gain. 

Unfortunately we can not escape the financial matters because almost for everything must be paid.  To maintain a church community  and to do the the spiritual work of spreading the Word of God often a lot of money has to be paid for. We are bounded by many affairs which have to be paid for like all the material to realize the things.

To hold meetings a place is needed, something to sit on, sufficient heat or a dry spot, sufficient light.  All the things to receive people shall cast something. Mostly an ecclesia or parish brings  a lot of paper work, of which the parer, ink, print apparatuses, copy machines etcetera have to be paid for.  To maintain the church communities, the cleaning things, making contacts, telephones, internet connections, a.o. all bear a price ticket.

To cover the expenses of the meetings several churches hold during their service a passing of a little basket or an offering on plates as a collection.  In some churches, there is a division during a service with an offerande or an offering.  In the 'Offergang'  'offering' or oblation the people  present bread, wine and sometimes also other affairs, as flowers and money, as an offer in worship.



Bible researchers and Biblestudents will give the preference to the age-old use of the voluntary gift.  Although in some communities you also shall find collections. That option is chosen because one otherwise shall have too little earnings generated to be able to foresee all the necessary services for the church community.

The Biblestudents, Bible-researchers, Bible-scientists, and o. a. Christadelphians find that they received the Word of God for nothing they have to communicate it to others.  They will ask no money for the performing of services.  But naturally everybody can give freely a voluntary contribution to cover the expenses made.  Everybody may give to his or her own abilities or fortune, in kind or money, and only when he or they will.
Some students of the Bible, as in several protestant groups, talk about giving 'one tenth' of the persons income,  or 'Tithe' or 'tithing'.  Hereby the religious people are pointed out that God  asks us a small part of our belongings to share with the community.  Several protestant churches point or ask then also to take distance of a tenth of the income to the advantage of the church.

Personally we prefer to keep to voluntary contributions.  Only, unfortunately must we well observe that expenses often exceed the gifts.  We only can hope that everything always comes just on its legs.  And perhaps we may now and then remind the people that everything in life costs money and that we also are dependent of this world for the realisation of all the worldly things.  Thus for us gifts are also very welcome.





Onkosten: kosten die voor iets worden gemaakt, uitgaven, de prijs die men moet betalen om iets te kunnen verwezenlijken. De vorderingen die kunnen gemaakt worden of geëist worden voor geleverde diensten of producten.

Meermaals zijn het kosten die men gedwongen is te maken zonder dat men er, schijnbaar althans, voordeel van heeft, of die buiten het gewone persoonlijk gewin liggen.

Spijtig genoeg kan men er niet onderuit dat er bijna voor alles moet betaald worden. Om een kerkgemeenschap te onderhouden en om het geestelijk werk van verspreiding van het Woord van God te verrichten kan men er eenmaal niet aan ontkomen voor vele zaken te moeten betalen vooraleer men het materiaal kan gebruiken om de dingen te verwezenlijken.

Bijeenkomsten hebben een plaats nodig, mensen iets om op te zitten, voldoende warmte of een droge plek, voldoende licht. De voorzieningen om de mensen te ontvangen kosten dus geld. Meestal komt er ook papierwerk bij kijken, waarbij men dan de kosten heeft voor papier, inkt, afdruktoestellen, kopieerders enz.. De kerkgemeenschap onderhouden, poetswerk, contactopname, telefoons, internetverbindingen, e.d. dragen allemaal een prijskaartje.

Om de kosten van de bijeenkomsten te dekken houden verscheidene kerken tijdens hun dienst een ophaling of collecte. In sommige kerken is er tijdens een dienst een offerande deel of een offergang. In de Offergang wordt dan door het aanwezige volk brood, wijn en soms ook andere zaken, als bloemen en geld, aangeboden.


Bijbelonderzoekers zullen er de voorkeur aan geven om het eeuwenoude gebruik van de vrijwillige gave te verkiezen. Alhoewel men in sommige gemeenschappen toch ook nog collectes vind om dat voor die optie gekozen is omdat men anders te weinig inkomsten genereert om de kerkgemeenschap te kunnen voorzien van al de nodige diensten.

In de Rooms Katholieke Kerk was er vroeger buiten de collectes ook nog het Stipendium, of het aalmoes dat, volgens het uitdrukkelijk door de Kerk van Rome goedgekeurde gebruik, mocht gegeven worden aan de priester, met het verzoek de H. Mis tot intentie van de gever op te dragen.
Vandaag laten de priesters in de Rooms Katholieke Kerk zich betalen voor allerlei diensten.

De Bijbelstudenten, Bijbelonderzoekers, Bijbelvorsers, en o.a. Christadelphians vinden dat zij het Woord van God voor niets hebben gekregen en voor niets aan anderen moeten mededelen. Zij zullen geen geld vragen voor het verrichten van diensten. Maar natuurlijk staat het iedereen vrij om een vrijwillige bijdrage te geven om gemaakte kosten te kunnen dekken. Iedereen mag naar eigen vermogen geven, in natura of geld, en wanneer hij of zij maar wil.

Bij sommige studenten van de Bijbel wordt er, zoals in meerdere protestantse richtingen, ook wel over 'Tienden' of 'Tithe' of 'tithing' gesproken. Hierbij worden de gelovigen er op gewezen dat God ons vraagt een klein deel van ons hebben en houden of ons inkomen te delen met de gemeenschap. Verscheidene protestantse kerken wijzen of vragen dan ook afstand van een tiende van het inkomen ten voordele van de kerk.


Persoonlijk houden wij er liefst aan om af te gaan op werkelijk vrijwillige bijdragen. Maar, spijtig genoeg moeten wij wel opmerken dat kosten dikwijls de giften overstijgen. Wij kunnen slechts hopen dat alles altijd juist op zijn pootjes terecht komt. En misschien mogen wij nu en dan eens de mensen er aan herinneren dat alles in het leven geld kost en dat wij ook afhankelijk zijn van deze wereld voor de verwezenlijking van al de wereldse dingen. Dus voor ons zijn giften ook steeds welkom.

+

Onkosten blijven onherroepelijk verbonden aan het gebruik.

kasbehoeften, uitgave, uitgaaf, besteding, vertering, bekostigen, bekostiging, onderhoud, levensstandaard, onvoorziene uitgaven, expensen, impensen, spesen, spiesen, cum expensis, kost, schadepost

Uitgeven, besteden aan, verteren, opteren, de onkosten bekijken/bestrijden, de kosten dragen/maken, bekostigen, zich in kosten steken, geld gebruiken/uitgeven, geld in iets steken, botje bij botje leggen, in de bus moeten blazen, in de buidel blazen, de aap aanspreken, zijn korentje groen eten, zich onderhouden, van de hand in de tand leven, vertering maken, een gat in zijn hand hebben, een gat in zijn goed maken, naar de toon leven, doormaken, doorbrengen, doordoen, doordraaien, opdoen,

kosten, een hele kluit geld kosten, oplopen, er aan moeten geloven, in de papieren lopen, de centen bijten hem, het geld druipt (gaat gauw, glijdt, glipt) door de vingers, dat hakt er in, dat kan bruintje (grauwtje) niet trekken, dar hangt veel geld aan, het geld smelt mooi, de beurs slinkt aardig